De Zuidelijke Waterstam - 24
De commandant riep zijn soldaten bij zich. Een mengeling van angst en opluchting was te lezen op de gezichten van de mensen van de Waterstam.
“Wat zijn uw orders, prinses?”, vroeg generaal Ylein.
“Zorg dat deze mensen in het dorp blijven. Ik wil hen straks nog spreken. Geen geweld gebruiken als het niet hoeft.” Hij knikte. “Prinses Yue, helpt u mee de gewonden te verzorgen?”
“Natuurlijk.” Ze maakte een buiging. Ik glimlachte even naar haar, voor ik samen met de commandant het dorp uit liep. De andere soldaten volgden.
“Zo, commandant. Mag ik vragen welke regels u heeft ingevoerd voor deze mensen en waarom?”
“Welke regels?”, vroeg hij verbaasd. “Hoe bedoelt u, prinses?”
“Wat ze wel en niet mogen, bijvoorbeeld.” Ik keek hem spottend aan. “U gaat me hopelijk niet vertellen dat u niet weet wat ‘regels’ zijn?”
“Ik, ja, natuurlijk wel.”
“Nou, vertel op.”
“Ik, ik heb me alleen aan de regels van de vuurnatie gehouden, prinses, de regels die uw zuster ons heeft opgelegd. Belastingen betalen en niet vechten.”
“Juist. En hoe zorgt u ervoor dat ze zich aan die regels houden?”
“Simpel, wie vecht, gaat de gevangenis in en wie niet betaalt, mag geen eten kopen.”
“Geen eten kopen?”, vroeg ik verbaasd. “Ze kunnen toch gewoon zelf gaan vissen dan?”
“Dat mogen ze niet meer”, zei de commandant.
“Hoezo niet?” Ik trok mijn wenkbrauwen op. “U zei net dat de enige regels hier de belastingen en niet vechten waren.”
“Nou, ja, dat niet gaan vissen komt daardoor. Ziet u, eerst mochten ze dat natuurlijk wel. Alleen gingen ze niet alleen vissen, ze gebruikten dat als excuus om te kunnen trainen om te vechten, ze wilden een opstand beginnen. Dus was de enige manier om dat te voorkomen hen verbieden nog te gaan vissen.”
“Een opstand? Juist, dus u wilde dat voorkomen.”
“Ja, prinses, het is toch beter zoiets te voorkomen dan nog meer gevechten als we hen moeten stoppen?”
“Natuurlijk.” Ik wist met moeite een glimlach tevoorschijn te toveren. “Maar waarom mogen ze dan niet helen?”
“Dat zou gebruikt kunnen worden in de strijd. Hun gewonde vechters verzorgen zodat die weer mee kunnen doen. Wie vecht heeft een straf verdiend en heeft geen recht op verzorging. Die kinderen daarstraks mochten al blij zijn dat we hen niet opsloten in de gevangenis.”
“Ze vielen uw soldaten toch niet aan? Ze vochten met elkaar, heb ik begrepen.”
“Ze trainden in het gevecht.”
Reageer (2)
Ik weet niet hoe het mogelijk is, maar met elk woord dat hij zegt krijg ik een grotere hekel aan hem
1 decennium geledensnel verder
Uhm nee ze waren aan het spelen! sul...
1 decennium geleden