006
Al snel staan we voor de groene deur. Het teken is nog steeds zichtbaar en ik vraag me af of er nog meer komen, want het lawaai van de Dwergen binnen is vaag hoorbaar buiten. Fili duwt de deur open en we stappen naar binnen. 'Wie zijn er nog meer bij gekomen?' vraag ik als ik de toename van mantels op de kapstok opmerk. Ik hang de mijne erbij en leun tegen de muur. 'Balin en Dwalin waren er al, dus extra zijn Ori, Dori, Nori, Oin, Gloin, Bifur, Bofur en Bombur,' antwoordt Kili.
'Wie komen er nog meer?'
'Oom.' Ik bijt op mijn lip. Daar had ik niet aan gedacht. Natuurlijk zou hij komen, hij sprak alleen maar over Erebor terugnemen en hoe prachtig het was in de gloriedagen van weleer, toen Smaug aanviel. Die verhalen ken ik wel. Alleen jammer dat ik daar niet aan had gedacht toen ik mijn plan bedacht, want wij hebben niet echt een geweldige band, zoals hij heeft met Fili en Kili. Beter gezegd: we hebben vaak ruzie. De laatste keer dat ik hem zag nog, en het was niet bepaald een kleine, wel een onzinnige. Het was iets met mijn manieren geloof ik, ik weet het niet zeker meer, maar ik weet wel dat het helemaal geen punt had. 'Is er iets, Lee?'
'Nou, ik denk niet dat het slim is om mee te gaan,' mompel ik. 'omdat ik vaak ruzie met hem heb? Hij zou het nooit goedkeuren dat ik meega met jullie, en ik denk niet dat hij het gaat geloven als ik zeg dat mam toestemming heeft gegeven, omdat hij haar daar veel te lang voor kent. Jullie kon ik het nog laten geloven maar daar houdt het ook op!'
Fili en Kili wisselen een snelle blik en kijken me dan beiden aan. 'Wij helpen je wel,' zegt Kili. 'voor zover het lukt.' Ik glimlach naar mijn broers. Ze zijn echt geweldig. We kunnen flinke ruzie hebben, maar ik weer dat ze er altijd voor me zijn. Beter broers kan ik me niet voorstellen. 'Bedankt, echt waar, ik kan niet zeggen hoeveel jullie voor me betekenen, maar...zullen we naar de rest gaan? Ik wil nog bij de anderen zijn voor oom komt en ik dus waarschijnlijk hier moet blijven en ooit naar huis gaan. Niet dat ik dat zou doen.'
Kili grinnikt zacht. 'Goed idee.'
We lopen naar de eetkamer, waar stoelen om de tafel zijn gepropt en het lijkt net te passen. Gandalf is er ook al. De hobbit -Bilbo was zijn naam toch?- kan ik nergens vinden. Hij is vast...weet ik veel, ergens anders, maar waar? Ik begroet de dwergen en tovenaar als ik binnenkom en druk mezelf vervolgens plat tegen de muur om naar achteren te schuifelen. Ik ga zitten op de eerste vrije plek die ik kan vinden, naast Nori. Ik glimlach naar hem en kijk dan weg. Ik heb niet zoveel met Nori. Kili komt naast me zitten en Fili weer naast hem. Ik zie de hobbit langslopen met een verongelijkt gezicht. Ik glimlach vriendelijk naar hem. Ik begrijp zijn reactie wel, volgens mij staat zijn hele voorraad hier op de tafel. Hij glimlacht terug en loopt dan weer verder naar de keuken.
Ik loop wat door het huisje van de hobbit. Ik glimlach als ik naar de vakkundig gepolijste deuren kijk. Het ziet er oud, maar tegelijk net nieuw. Ik loop weer verder, maar moet abrupt stoppen als er een bord door de lucht vliegt. 'Wat was dat?' mompel ik, terwijl ik verder loop. Niet veel later volgt er nog een bord. Hierop rol ik met mijn ogen. Ik loop verder.
Blunt the knives, bend the forks
Dat klinkt als Kili. Ik zucht en loop in de richting van zijn stem.
Smash the bottles and burn the corks
Dat is overduidelijk Fili. Ik kom aan bij de eetkamer. De dwergen zie ik al het servies en bestek en wat er ook maar op tafel stond, naar elkaar toe gooien zodat het uiteindelijk bij Bifur in de keuken aankomt.
Chip the glasses and crack the plates
That's what Bilbo Baggins hates!
Ik loop naar Bilbo, die geen idee heeft wat ze ooit doen. 'Maak je geen zorgen,' zeg ik met een vage glimlach. 'ik ken die Dwergen al jaren, ze breken niks, daar zijn ze te idioot voor.' Ik kruis mijn armen voor mijn borst en kijk naar de over en weer vliegende borden.
'Zeker?'
Ik knik. 'Heel zeker.'
Cut the cloth, tread on the fat
Leave the bones on the bedroom mat
Pour the milk on the pantry floor
Splash the wine on every door!
Dump the crocks in a boiling bowl
Pound them up with a thumping pole
When you're finished if they are whole
Send them down the hall to roll!
That's what Bilbo Baggins hates!
Alles is nu in de keuken. Ik gebaar Bilbo om me te volgen en loop naar de keuken. Alles is, inderdaad, netjes opgestapeld en er ontbreekt helemaal niks. 'Wat zei ik je?' glimlach ik. 'Ze breken niks.' Bilbo lijkt opgelucht, maar dan klinken drie harde kloppen op de deur. Oh ja, helemaal vergeten dat er nog een gast zou komen. Thorin wordt woedend als hij mij hier ziet, nou ja, als hij in een goede bui is hooguit boos, ook al is dat in zijn geval bijna hetzelfde. 'Hij is er,' zeg ik zacht, meer tegen mezelf dan tegen wie dan ook om me heen. Als niemand aanstalten maakt om naar de deur te gaan, staat Gandalf op en opent de deur. De rest volgt ook, maar ik blijf wat treuzelend in de keuken staat. Het is nog niet te laat om terug te gaan naar de Groene Draak en die omweg naar Erebor te maken, iets wat ineens heel aantrekkelijk klinkt. 'Gandalf,' hoor ik Thorin's stem. 'je zei dat het makkelijk te vinden was, maar ik ben verdwaald. Twee keer. Ik had het niet gevonden zonder het teken.' Iets in zijn stem klinkt lichtelijk beangstigend. Met een schok bedenk ik dat hij misschien mijn paard al heeft opgemerkt, als hij ook langs de Groene Draak gekomen is, is dat best wel mogelijk. 'Teken? Er is geen teken.' sputtert Bilbo. Ik druk mijn nagels in mijn handpalmen om niet tevoorschijn te komen. Ik weet niet wat slimmer is, hier blijven, of wachten tot hij zegt dat hij mijn paard al heeft gezien. 'Dus dit is de hobbit,' ik haal bijna opgelucht adem als hij overgaat op Bilbo. Bijna. 'maar ik mis een Dwerg. Waar is Lili?'
'Lili?' hoor ik Fili 'Ze is..thuis.. Hoezo zou ze hier zijn?'
'Inderdaad,' valt Kili bij. 'hier is ze nooit geweest.'
'Denken jullie dat ik dom ben? Ik heb haar paard gezien en toevallig hangt haar mantel hier ook nog.' Ik vloek zacht in Khuzdul. We hadden inderdaad iets voorzichtiger kunnen zijn. Paarden lijken op elkaar, het had een ander paard kunnen zijn, maar hij zag mijn mantel, dus het is al zo goed als zeker. Ik zucht en loop de keuken in. Ik zie de dwergen, maar mijn broers en oom nog niet en zij zien mij niet. Ik kan nog terug.. Maar ik ben volwassen genoeg om de verantwoordelijkheid voor mijn daden te nemen. Ik stap de keuken uit. 'Hier ben ik.'
Reageer (1)
super snel verder Xx
1 decennium geleden