Het begint (hfst 3.4)
“ Mag ik bij jullie zitten? “ vroeg Harry aan James en Albus. “ Maar natuurlijk. “ zeiden ze in koor. Terwijl ze dit eigenlijk niet wilde, maar ze moesten wel want het was hun vader. “ En hebben jullie er al zin in? “ vroeg Harry aan zijn zoons. Waarop hij van James kreeg te horen dat hij er niet zo veel in zou hebben als hij hun nieuwe leraar Verweer tegen de Zwarte kunsten zou worden, wat natuurlijk niet leuk was om te horen. Albus daarentegen dacht daar heel anders over. Hij vond het namelijk wel gaaf dat zijn vader op zijn school kwam werken. “ Meende je echt wat je net zei? “ vroeg Harry aan James. “ Natuurlijk anders zeg ik het niet. “ zei James heel gemeen. “ Zit Roos ook in de trein? “ vroeg Albus aan zijn vader. “ Ik heb echt geen idee, misschien moeten we haar even gaan zoeken. “ zei Harry. “ Dat vind ik nou nog eens een goed plan. “ zei James, terwijl Harry het aan Albus vroeg. “ Zullen we dan
maar? “ vroeg Albus aan zijn vader.
Even later waren ze opzoek naar een roodharig meisje da ergens in de trein moest zitten, want dit zou ook voor haar het eerste jaar zijn dat ze naar Zweinstein gaat. Het enige probleem dat begon was dat hij al een paar maanden niet meer met Ron had gepraat, omdat Ron en Ginny een kleine ruzie hadden gehad, hadden ze Ron niet meer gezien.
Na zo’n 5 minuten zoeken, hadden ze Roos eindelijk gevonden. Dit was voor het eerst dat James Roos zou zien, want James is nooit mee geweest naar de familie Wemel. “ Zij ziet er goed uit zeg! “ floepte uit de mond van James. Harry moest hier best om lachen. Roos was wel een beetje beschaamt toen ze dat hoorde. “ Dat zijn complimenten die je niet vaak hoort. “ zei Roos.
Er zijn nog geen reacties.