De Wegisweg (hfst 2.2)
Na tien minuten te hebben gelopen kwamen ze aan bij Goudgrijp.
Ze liepen Goedgrijp binnen, ongeveer 25 meter voor hun zat een nogal Chagrijnige kobold. Eenmaal bij de kobold aangekomen, zei Harry: “Ik wil graag kluis nummer 687 bezoeken. “
De kobold wilde eerst de sluiten zijn voordat zij naar de kluis toe mochten. Na een tijdje te hebben gezocht, slaagde Harry erin om de sleutel te vinden.
Nog geen minuut later zaten ze met een kobold in een karretje naar kluis nr. 687.
Eenmaal bij de kluis aangekomen vroeg de kobold of hij de sleutel mocht. Gelukkig had Harry de sleutel ditmaal goed en toch makkelijk opgeborgen, zodat hij hem niet weer zou verliezen. Albus wist niet wat hij zag toen de kluis open ging. Hele grote stapels met galjoenen lagen op hem in de kluis te wachten. Er lagen zeker tienduizenden galjoenen voor hem en misschien wel tweehonderdduizend sikkels, af en toe lag er nog een knoet tussen, maar die waren er niet veel.
Nadat Harry een stuk of 100 galjoenen had gepakt verlieten ze de kluis weer. “Zo dat was veel geld hè pap. “ zei Albus toen ze weer buiten stonden. “ Ja dat is het zeker. “ zei Ginny tegen haar zoon. Zelfs Ginny wist namelijk niks van de kluis af. Toe ze onderweg waren naar Olivander kwamen ze de gewadenwinkel tegen. Daar hebben ze gelijk een gewaad voor Albus aan laten meten, het bleek dat Albus erg klein was voor zijn leeftijd, want zijn maten waren kleiner dan er normaal wordt opgenomen. “ Als jullie een half uurtje hebben, is het gewaad klaar. “ zei een vriendelijke stem vanachter de balie. “ Maar voordat jullie het gewaad krijgen, kost het 3 galjoenen. “ zei de vrouw alsof ze het geld niet zou krijgen.
Pas na een half uur te hebben gewacht kreeg de vrouw haar geld een Albus zijn gewaad.
“ Gaan we nu naar Olivanders? “ vroeg Albus. “ Nee, nog lang niet. “ zei Harry. “ We hebben nog veel te doen en anders moeten we iedere keer heen en weer lopen. “ zei hij er vlot achteraan. “ Voor de ketels en glazen potjes moeten we op de hoek wezen, voor je boeken bij klieder en vlek en voor de rest moeten we gewoon goed zoeken. “ zei Ginny.
Een half uur later waren ze bijna bij Olivanders toen Albus ineens een mooie Oehoe uil zag, maar hij durfde niks te zeggen.
Er zijn nog geen reacties.