002
's Avonds ga ik vroeg naar mijn kamer, met de smoes dat ik de vorige nacht amper heb geslapen en dus wat slaap wil inhalen. Mijn mantel leg ik naast mijn bed op de grond en ik zorg dat Fili en Kili er niks aan zullen merken. Ik vermoed dat mijn broers vroeg zullen vertrekken, dus ik moet goed op mijn hoede zijn. ondanks het feit dat ik een lichte slaper ben, ben ik als de dood dat ik wakker zal worden en zij al weg zijn. Ik wil ze niet alleen laten gaan. natuurlijk, ze zijn ouder dan ik, maar ze hebben een talent voor zichzelf in de problemen werken. Vooral Kili, ook al kan ik er ook wel wat van. Ik kleed me niet om en laat me meteen op mijn bed vallen, dat is sneller morgenochtend. Ik trek mijn deken over me heen en sluit mijn ogen in een poging om te slapen. Eigenlijk ben ik nog helemaal niet moe, maar ik probeer in slaap te vallen. Maar het maakt niet uit hoeveel ik draai, ik kan de slaap niet vatten. Na een tijd, hoe lang weet ik niet, hoor ik dat de deur langzaam open gaat. 'Denk je dat ze slaapt?' hoor ik Fili zacht vragen. Het blijft even stil. Ik weet vrijwel zeker dat Kili merkt dat ik niet echt slaap. Ik doe dat te vaak. Fili weet het nooit zeker. Kili heeft het negen van de tien keer door. 'Ze slaapt niet,' fluistert Kili terug. 'volgens mij.'
'Laat ook maar,' mompelt Fili. Hij zegt iets tegen Kili, maar te zacht om het te verstaan. Waarschijnlijk hoe laat ze weggaan morgen. Maar dat maakt me niet uit, ik hoor het hopelijk wel als ze vertrekken.
Ik word wakker van het geluid van metaal tegen metaal. Ik open één oog voorzichtig en zie Fili en Kili. Ze staan in het midden van de kamer en zijn bezig met hun wapens. Ze gaan dus weg. Ik sluit mijn oog weer en houd mijn ademhaling zo rustig mogelijk tot ik hoor dat de deur zacht dichtgetrokken wordt. Dan spring ik uit mijn bed en pak mijn mantel. Alleen ik trek te hard, waardoor al mijn wapens op de grond kletteren. Ik vloek zacht en ik wacht tot mijn broers de kamer inkomen. maar ze komen niet. Ik haal opgelucht adem en pak mijn wapens. Vervolgens sla ik mijn mantel om mijn schouders en loop zo stil mogelijk in de richting van de stallen. Ik zie dat de pony's van Fili en Kili al weg zijn. Ik zadel de mijne op en pak de teugels. Dan spring ik op mijn pony en rijd mijn broers achterna. Ergens voel ik me schuldig dat ik wegga zonder enig bericht. Mam zal wel ongerust worden. En Leanole, mijn beste vriendin en haar familie, die ik ook als mijn eigen familie beschouw. Over de reacties van oom en mijn broers kan ik nog niks voorspellen, maar ik denk niet dat ze heel enthousiast zullen zijn. Ach ja, ze hadden het toch kunnen verwachten?
Ik merk niet dat ik te snel voortga en binnen de kortste keren rijd ik bijna achter mijn broers. Ik wil vaart minderen, maar Kili heeft opgemerkt dat er iemand achter hem rijdt en draait zijn hoofd. 'Lili?!'
'Hai,' zeg ik, terwijl ik met een onschuldige lach mijn hand opsteek.
'Wat doe jij hier? Hoezo rijd je achter ons aan?' Kili stopt zijn paard abrupt en Fili doet hetzelfde. Ik ben gedwongen het ook te doen.
'Nou,' begin ik terwijl ik een goede reden bedenk. Ik had ook niet kunnen verwachten dat ik eeuwig onopgemerkt zou blijven. 'mam heeft me toestemming gegeven.'
Fili trekt een wenkbrauw op. 'Meen je dat serieus?'
Ik knik. 'Ja, heel serieus. Ze heeft me toestemming gegeven om jullie te vergezellen. Ik dacht dat ze het verteld had...ik vond het al zo vreemd dat jullie al weg waren toen ik wakker werd.'
'Oké..' Het is duidelijk dat Fili niet weet wat hij moet zeggen en of hij me kan geloven. 'als mam je toestemming heeft gegeven..' Ik glimlach. Ik kan niet geloven dat het zo makkelijk ging. Ik had verwacht dat ik het nog minstens twintig keer had moeten herhalen voor hij me zou geloven, maar deze keer kom ik er makkelijk mee weg. Geluk is blijkbaar aan mijn zijde.
Reageer (1)
super snel verder Xx
1 decennium geleden