Hoofdstuk 54
Inderdaad, precies zoals ik al voorspeld had kwam Cade een bericht overbrengen van Jordan, ‘over de dagen vrij’. Hij trok er zelf een relatief enthousiast gezicht bij. Toen ik hem vroeg waarom hij zo vrolijk was, antwoordde hij dat hij mee mocht.
‘Naar wat?’
‘Lees maar.’ Hij vond het veel te leuk om me te laten raden. Er moest wel iets aan de hand zijn.
Ik scheurde de envelop open – nutteloos overigens, om dat ding dicht te plakken. Er zat een klein briefje in, waardoor ik me dan weer afvroeg waarom dat per sé in een gesloten envelop vervoerd moest worden. Mocht Cade het niet zien? Stond er gevaarlijke informatie op?
Moraal van vandaag: ik werd echt paranoïde.
Beste maeve,
Het loopt alweer tegen het einde van de tweede maand aan en je hebt vanzelfsprekend recht op een beetje vrije tijd. Nu is het zo dat er een paar mensen zeer specifiek zijn geweest in wat ze van ons willen waar we je heen sturen. Er is een speciale opvoering met heel veel soldaten, iedereen die we kunnen missen, eigenlijk, in de hoofdstad, voor het grote gerechtsgebouw. Die mensen willen dat jij en cade daarheen gaan, om deel te nemen in de militaire oefening.
Je zult overnachten in het hoofdkwartier van je opleiding, op slaapzalen samen met andere meiden van jouw leeftijdscategorie.
Daarnaast ben je natuurlijk erg interessant, door je enigszins opmerkelijke keuze voor de strategie die je toepast op je stage-opdracht. Ik als mentor ben daar natuurlijk ontzettend trots op en ik denk dat zij ook blij zullen zijn met jouw vindingrijkheid en creativiteit. Hoe dan ook: ze willen je graag spreken, vlak na je aankomst. Hierom laat ik deze brief ook bezorgen in een envelop, omdat je anders misschien last krijgt van aanhangsels die weten dat je met misschien wel de belangrijkste personen van dit land in gesprek gaat. Je moet heel voorzichtig zijn, je mag dit aan niemand vertellen. Ook niet aan je collega’s.
Ik ben zelf nog nooit in gesprek geweest met onze leiders, maar ik geloof dat je je er wel uit kunt kletsen. Pas op je woorden, zelfs de kleinste fout kan daar opgevat worden als iets heel zwaars. Denk daaraan als je antwoord geeft op vragen.
Groetjes,
jordan.
Ik las de brief twee keer. Er was iets mee wat ik niet kon plaatsen. Iets wat ik herkende, waar ik mijn vraagtekens bij had. Midden in de derde keer zag ik het ineens: de hoofdletters. Jordan gebruikte geen hoofdletters, net als die keer dat de Commandant – of moesten daar aanhalingstekens omheen – me een brief schreef over de camera’s en microfoons die uit hadden gezet. Toen had ik een bericht over laten brengen aan de persoon die de brief had geschreven. Was dat Jordan toen geweest? Of had de boodschapper, in de veronderstelling dat ik met ‘de persoon die dit heeft geschreven’ de Commandant bedoelde, mijn verbeteringen aan de Commandant overgegeven? Had ik hem daarmee beledigd of tegen me in het harnas gejaagd? Dat was wel het laatste wat ik kon gebruiken, nu.
Voor dit moment riep het bericht heel veel twijfels op. Ik werd uit mijn vertrouwde omgeving gerukt, moest naar iets compleet onbekends toe met een militaire oefening (!) en waar waarschijnlijk enge mensen waren. En als kers op de taart, al was dat eigenlijk een veel te positieve uitspraak, wilden die doodenge mensen mij persoonlijk spreken. Ze kenden mijn naam, hadden onderzoek naar me gedaan. Moest ik me vereerd voelen omdat ze zich over mijn dossiers hadden gebogen? Of was dit slecht en hingen er grijze en zwarte donderwolken in de verte, waar ik ze slechts vaag kon waarnemen.
Zoals gewoonlijk beangstigde het vooruitzicht van allemaal onbekende mensen me. Dat ik samen met hen in één, hoogstwaarschijnlijk afgesloten kamer zou zijn, maakte mijn gemoedstoestand er niet beter op.
Ik keek Cade, de me nog steeds afwachtend aanstaarde – hij begon echt eng te worden –, aan. ‘Uhm… bedankt voor het nieuws? Wanneer vertrekken we? Moet ik zelf voor mijn dekking zorgen?’
‘Nee, je wordt een paar dagen apart gehouden vanwege een mogelijke infectie. Niets bijzonders. We kunnen gemakkelijk inspelen op de huidige problemen die spelen. Bovendien: als je nu weer iemand tot moes zou slaan, zou dat opvallen.’
Wel verdorie, daar had hij gelijk in. Ach ja, Appel had ook het recht om ergens gelijk in te hebben. Of niet? Nee, toch niet.
‘Wat gaat er met Eleanor gebeuren?’
‘Die kan tijdelijk bij Avery blijven. We willen haar niet aan Daniël en Jace…’
‘Nathaniël,’ corrigeerde ik. ‘Maar ga vooral verder.’
Hij rolde met zijn ogen. ‘Jezus, wat maken hun namen nou uit? Maar goed: we willen haar niet aan Nathaniël en Jace geven, omdat die eerste niet in staat wordt geacht voor een baby te zorgen en die tweede… nou ja, ook niet. Maar meer omdat hij nu niet bepaald het toonbeeld is van verantwoordelijk gedrag. Dus we hebben het maar zo gedaan.’
Wilde ik Bloesem wel aan Avery toevertrouwen? Eigenlijk was ze nu mijn hoofdverdachte nummer één, maar aan de andere kans zou de mol, zeker als Nathaniëls theorie klopte en hij of zij dus níet voor de Regering werkte, maar juist ertegen. Dus als zij mijn hoofdverdachte was, moest ik haar dan niet juist vertrouwen, omdat ze het kamp dan in andere, veiliger handen wilden brengen?
Mijn hoofd ontplofte zo langzamerhand van de complottheorieën die maar bleven komen. Kwam er dan geen einde aan? Was er geen moment waarop ik kon zeggen dat ik zeker wist wie het was en alles kon laten voor wat het was?
Nee, waarschijnlijk niet. Want zelfs áls er ooit nog ene moment kwam waarop ik zeker wist wie de mol was, kwam daar nog een hele reeks keuzes achteraan die me waarschijnlijk nooit lieten vergeten wat ik allemaal had meegemaakt. Alle keuzes die ik verkeerd had gemaakt en alles wat daaruit was voortgevloeid. Nooit kon iets mij gewoon loslaten. En zolang iets mij niet losliet, bleef het aan me vastplakken, dus kon ik het zelf ook niet loslaten.
Menselijk zijn had zo zijn voordelen, maar voor een leven zonder schuldgevoelens zou ik nu ook heel wat willen geven. Zelfs als ik dan mijn hele leven opgejaagd werd door soldaten. Met een beetje geluk kon ik steeds ontkomen aan de gruweldaden die me te wachten stonden in de centrums. Dan waren er niet veel verkeerde keuzes meer om te maken, alleen als ik daardoor niet kon overleven.
Maar zat ik al niet in dat leven? Alleen dan mét schuldgevoelens en verkeerde keuzes?
In elk geval moest ik alles op alles zetten om te blijven leven op een enigszins acceptabele manier, die mij wat geluk verschafte.
Reageer (4)
Hmm, die hoofdletters, ik weet zeker dat daar uiteindelijk iets mee is!
1 decennium geledenIk vind je verhaal echt tof, het blijft boeiend en ik wil het eigenlij in een ruk uitlezen. Maar het duurt dus nog wel een paar maanden voordat we alles weten
Snel verder!
Nouuuu stop nou niet
1 decennium geledenHeb vandaag 3 uur in de auto je verhaal zitten lezen, ((oeps daar gaat m'n 3G) Maar het was ook gewoon te spannend.)
Snel verder dus!!!
Oh, Maeve heeft ook last van het er-zitten-te-veel-complottheorieën-in-mijn-hoofd-syndroom.
1 decennium geledenIk ben benieuwd wat er gaat gebeuren straks!
1 decennium geleden