016
Ik werd weer eens om 6 uur wakker. Ik sprong uit bed en liep de badkamer in. Mijn spullen lagen al klaar dus kon ik gelijk onder de douche stapen. Ik nam uitgebreid de tijd en waste mijn haren een paar keer. Ik liep de douche uit en droogde mezelf af. Ik trok een skinny jeans, een rood met zwart topje, een zwart jasje en sneakers aan. Daarna kamde ik mijn haren en deed het in een knot. Ik maakte me zelf op en liep de badkamer uit. Ik liep naar beneden en plofte neer op een stoel. Ik keek rond en zag overal koffers staan. Vandaag zouden de meeste leerlingen naar huis gaan want morgen begon de kerst vakantie. Ik keek op de klok het was 7 uur. Ik pakte mijn stok en verliet de leerlingenkamer. Het viel me op dat de gangen helemaal leeg waren. Normaal stonden er wel een paar mensen. Ik hoorde mensen praten. Wie het waren was niet duidelijk. Ik liep in de richting van het geluid en stopt dichtbij. Ik keek voorzichtig om de hoek en zag Marcel op de grond liggen. Hij keek bang voor zich uit. Ik liep naar Marcel toe en zag wie er voor hem stond. Draco bedreigde Marcel met zijn stok. Draco was niet veranderd. Hij was nog steeds het zelfde. Arrogant, sluw, onaardig en niet te vertrouwen. Ik keek hem vies aan. Waarom? Vroeg ik. Draco antwoordde niet. Ik liep verder naar Marcel toe en trok hem overeind. Toen hij eenmaal stond vluchtte hij weg. Ik draaide me om en liep weg. Iemand pakte mijn arm en ik draaide me om. Ik keek recht in de ogen van Draco. Ik slikte. Ik was bang niet weten waarom. Lucy wees niet boos het spijt me zei hij. Vindt je het normaal om iemand te bedreigen zei ik. Het spijt me zei hij oprecht. Ik wist niet of hij loog maar mijn hart zei dat ik niet lang boos op hem zou kunnen blijven. Waarom? Vroeg ik alweer. Om een persoonlijke reden zei hij. Je kunt best zeggen welke persoonlijke reden zei ik. Nu nog niet later vertel ik je alles ik leg ja dan alles uit maar niet nu zei hij. Goed ik ben niet boos zei ik. Zin om samen te ontbijten vroeg hij. Graag zei ik. We liepen naar buiten. Na een tijdje lopen liepen we de driebezemstelen in. Ik ging zitten en Draco haalde wat te drinken. Heb je honger? Vroeg hij. Nee jij wel? Ik eigenlijk ook niet. We hadden elkaar na een halfuurtje terug niks te vertellen. Een tijdje later liepen we weer naar buiten. Ey, Draco hoorde we achter ons. We stopten en draaiden ons om. Ey Korzel Kwast zei Draco. Kom gast we hebben nog wat dingen te regelen. Lucy ik moet gaan zei hij en liep mijn zijn vrienden mee. Ik draaide me terug en liep door. Fijn, hij liet me gewoon in de steek. Hoe kon hij dat doen. Het had vast iets te maken met zijn persoonlijke geheimen. Hij zou het me later vertellen. Ik wilde het weten nu. Inmiddels stond ik voor Zweinstein. Ik liep naar binnen en zag allemaal leerlingen afscheid nemen. Ik rende door de gangen en opeens werd alles wazig. De tranen stroomden over mijn wangen. Ik wilde naar mijn vrienden en familie maar mijn tante wilde dat ik hier bleef. Ik botste tegen iemand op. Sorry het spijt me zei ik. Ik keek naar de persoon die door mij op de grond lag. Nu pas zag ik dat het Harry was. Hij stond op en greep me vast. Lucy waarom huil je? Vroeg hij. Daar heb ik mijn redenen voor zei ik. Hij veegde mijn tranen weg en sloeg zijn arm om mij heen. Samen liep we naar de leerlingenkamer. Ik ging zitten op de bank en wachtte tot Harry Ron of Hermelien het woord zou nemen.
Reageer (1)
Nou draco zomaar weg lopen tss
1 decennium geledenwat zal draco verbergen hmmm...?