8.
Toen Bella opkeek zag ze dat ze bij het Dorpshuis waren aangekomen. Jacob en Bella gingen (nog steeds zwijgend) naar binnen. Ze liepen een trap af die naar de kerkers van het Dorpshuis leidde. Ze zagen een paar wachters staan en besloten om maar te doen wat Houw hun had gezegd. Bella liep naar een van de wachters toe en zei dat ze een vriend van Houw was. Hij ging met de andere wachters praten en ze besloten om Bella en Jacob maar naar binnen te laten gaan. De wachters zeiden dat ze vrienden van Houw waren en dat ze hun vrienden weer mee mochten nemen naar hun wereld. Hij zei ook dat ze niet moesten schrikken, omdat ze er nu nog erger aan toe waren dan voorheen. Eén van de wachters liep met Jacob en Bella mee. Ze kwamen langs allemaal cellen met allerlei gewonde mensen erin.
Aan het einde van de gang stopte de wachter en zei: ‘Hier zitten jullie vrienden.’ Bella liep de cel in en vroeg aan de bewaker: ‘Mogen we ze meenemen?’ De wachter knikte en zei: ‘Alleen als jullie zo snel mogelijk met ze weggaan hier. Het is hier veel te gevaarlijk voor hun en ook voor jullie.’ ‘We hebben alleen één probleem,’ zei Jacob. ‘Wat dan?,’ vroeg de bewaker. ‘Hoe krijgen we Edward en Blaine uit die grote boom en hoe krijgen we Kurt en Santana hier weg,’ zei Jacob. ‘Bij die boom heb ik vrienden die jullie wel kunnen helpen met die Blaine en Edward,’ zei de Bewaker. ‘Oké,’ zei Bella. ‘Misschien kunnen we beter eerst Edward en Blaine uit de boom halen. Dan kunnen hun weer helpen met Kurt en Santana. Maar hoe weten we dan eigenlijk wie uw vrienden zijn,’ bedacht Jacob zich ineens. De bewaker begon met uitleggen: ‘Als je bij de boom bent aan gekomen, loop je rondjes om de boom heen terwijl je het liedje ‘’Figther’’ zingt. Jullie kunnen toch wel goed zingen?,’ vroeg de bewaker. ‘Ik wel,’ antwoorde Bella. ‘En jij dan?,’ vroeg de bewaker. ‘Eeeuuuuh.........Nou eigenlijk kan ik niet zo goed zingen.’ ‘Aaaj,’ zei de bewaker. ‘Jullie moeten wel allebei goed kunnen zingen, want anders werkt het niet.’ Het was een moment stil tot Bella ineens zei: ‘Kurt kan wel heel goed zingen. Misschien kan hij met mij mee.’ Bella ging gelijk bij Kurt zitten en vroeg of hij kon lopen. Kurt antwoorde dat hij dat wel kon. Bella vroeg aan Kurt: ‘Kun je het liedje ‘’Figther’’ zingen?’ Kurt probeerde te zingen. De bewaker zei dat het goed genoeg was en dat ze na dat liedje vanzelf iemand zagen staan. Jacob bleef bij Santana in de cel zitten in de hoop dat ze het niet opvielen dat Kurt ervan door was gegaan. Bella ging samen met Kurt op weg naar de boom. Toen ze bij de boom aankwamen zagen ze Edward en Blaine hangen. Bella zei tegen hun: ‘We komen jullie redden.’ Toen Kurt Blaine zag hangen barstte hij in tranen uit. Niet tranen van verdriet, maar tranen van geluk. Kurt en Bella liepen al zingend rondjes om de boom heen, tot Bella ineens zei: ‘Shit.... Ik ben helemaal vergeten om ons allemaal ziek te melden.’ Kurt hield ook op met zingen en zei tegen Bella: ‘Dat je daar nu op dit moment aan kunt denken. School boeit me nu even helemaal niks, we moeten nu eerst onze vriendjes gaan redden.’ ‘Sorry, maar dat schoot me ineens te binnen,’ zei Bella die geschrokken was van Kurt´s antwoord. Ze keken voor zich en zagen een man voor hun staan. ‘Wie zijn jullie?,’ vroeg de man. ‘We, we k komen onze vrienden redden,’ stotterde Bella. ‘Jullie zijn zeker vrienden van de bewakers van de kerkers,’ vroeg de man. ‘Ja,’ zei Kurt. ‘Bent u de man waar de bewaker het over had.’ De man knikte en zei tegen een paar mannen dat ze Edward en Blaine uit de boom moesten halen. Langzaam kwamen Edward en Blaine naar beneden. Toen ze beneden waren omhelsde en zoende Blaine Kurt hartstochtelijk. Bella sloeg haar armen om Edward heen en knuffelde hem. Met zijn vieren liepen ze terug naar de kerkers van het Dorpshuis. Onderweg lieten ze elkaar niet meer los.
Er zijn nog geen reacties.