Foto bij The Story of Moon deel 35

Moon deel 35


Vijf dagen lang , zat ik in mijn vertrouwde gouden sofa, nog steeds in het blokhutje. Ik had geen teken gekregen van Aron, geen briefje, geen telefoontje helemaal niets. Ik keek naar buiten, zoals ik iedere dag deed, wachtend op Aron die uit het bos zou stappen en me in zijn armen nam, maar geen van deze dingen gebeurden. Ik stond op en sloeg mijn badjas steviger om me heen. De pijn was veel minder dan de eerste dagen, ik kon nu gewoon lopen zonder dat ik pijn had. Ik had er over nagedacht, om Aron te zoeken. Ik was nu vampier half weerwolf. En kon dus ontzettend hard rennen. Even mijn kanten van vampier en weerwolf. Vampier : Ik ben bleker geworden, ik heb geen hart meer, ik kan nu nog sneller rennen. Weerwolf : Ik ben warmer, nu dus nog sneller rennen, ik kan niet meer transformeren naar mijn harige vriend, ik eet nog wel en slaap nog gewoon, en ik drink dus geen bloed, en mijn lichaamstemperatuur is nog steeds boven de normale lichaamstemperatuur. Ik was nog steeds ongelofelijk sterk, maar ik had jammer genoeg geen speciale gaven. Ik liep naar de fruitschaal en pakte een appel uit de kom. Ik begon rustig te knabbelen met mij gedachten ergends anders. Ik schrok op, er kwam iets uit de bosjes. Tot mijn teleurstelling was het een stelletje dat aan het geinen was, ze liepen gearmt naar hun eigen blokhutje. Ik was klaar met dit gedoe, opstaan, douchen, voor het raam zitten uit te kijken of Aron kwam, avond eten, slapen. En dat was mijn routine. Ik was er helemaal klaar mee. Ik gooide mijn badjas op de grond en deed mijn jas aan. " I Gotta find you. " zei ik terwijl ik mijn jas dicht knoopte. Het liedje kwam in me op ' You're the voice I hear inside my head, the reason that i'm singing, I need to find you,Gotta find you.' De tekst klopte precies, ik kon alleen maar aan Aron denken. " Gotta find you " herhaalde ik weer, en sloot de deur achter me. Toen ik buiten was keek ik om me heen, of niemand me zag. Gelukkig, niemand. Ik deed een paar stappen naar achteren, maar werd bij mijn arm gepakt...

Aron -

Ik keek vanuit een boom toe hoe een hert stond te grazen, een prima maal dus. Niet veel later stortte ik me op het hert en dronk het tot de laatste druppel leeg, want morgen zou ik de hele dag weer bij Moon zijn. Ik keek op mijn horloge, half 11. Ik moest opschieten, anders zou Moon ongerust worden. Ik trok een sprint en zag het licht dichterbij komen, wat dus betekende dat ik steeds dichterbij de blokhutten kwam. Ik was er bijna, totdat alles zwart werd.

Ik kwam bij mijn bewustzijn door een uil, dat zijn roep geluid maakte, en zich klaarmaakte voor de jacht. Het maanlicht scheen op de grote uil, en al gauw vloog ie weg. Ik was in het bos, besefte ik en het was nacht. Ook merkte ik dat ik tegen een boom leunde. Ik duwde mezelf met mijn schouder bladen van de boom. Maar het hielp niet, ik kwam niet van mijn plek. Ik keek naar onderen, en ik zag duizenden kettingen om mijn lichaam en de boom gespannen, en mijn borst was ontbloot. Ik probeerde me los te trekken, maar het was te vergeefs. Het had geen zin om te roepen. "O, hij is er weer " hoorde ik een meisjes stem zeggen. Ik zag 4 mensen, waarvan ik zeker wist dat het vampieren waren, voor mijn gezichtsveld stoppen, op zo'n vijf meter afstand. " We moeten ons wel even voorstellen " zei de man. " Ik ben Mattheus, dit is - hij wees naar de andere man - Olivier. En dit zijn - terwijl hij met een sierlijk gebaar naar de vrouwen wees - Ruby en Demose. " Fijn." zei ik sarcastisch. " En je wilt weten natuurlijk waarom je hier zit?" vroeg de man die Mattheus heetten. " Ha, nee natuurlijk niet. Ik zit hier voor me lol. " zei ik bits terug. " Omdat je het zo lief vraagt, Demose lieverd. " zei hij en gebaarde naar haar. Ze deed een stap naar voren en hield haar vier vingers net onder mijn kaaklijn. Ik verstrakte helemaal, ik kon geen woord meer zeggen, alleen maar knipperen. "Zo dat gaat wat beter bij mijn uitleg." zei hij en lachte hees. " Zoals je weet, hebben we regels in de vampieren wereld. Een van die regels is, dat je niet mag omgaan met weerwolfen. Als ik dit gezegt heb weet je wel wat ik bedoel, nu jou uitleg. - hij keek naar de vrouw - " Demose. " De vrouw keek naar mij, en ik kon weer bewegen. " Mijn vriendin is geen weerwolf, ik heb haar getransformeerd, ze is nu een zo genoemd een Wolfpire. - ik grinnekte even, bij de domme verzonnen naam van een schepsel dat ook zo was. - Ze is dus half vampier, en dat staat nergens in het boek of Hell, dat het niet zou mogen " verklaarde ik. "Hmm. " de man ijsbeerde even. "Ruby, Olivier " mompelde hij. Ik zag twee felle blauwe lichten die omhoog wezen. En de vampiers waren verdwenen. " Waar zijn ze? " " Ze komen zo terug, zoals de mensen het noemen, ze zijn even naar de Hell." ik moest lachen. " Oh ja. Je kent dat nog niet. We zijn wel vampiers, maar hebben krachten die echte vampiers niet hebben. En we komen uit een koninkrijk dat de Hell heet, vroeger werd je verdoemd naar dat koninkrijk toen je vampier werd, nu niet meer. Maar de bewoners uit de Hell zijn veel machtiger. We moesten klussen klaren, zoals deze. " weer zag ik blauwe licht flisten. Het meisje dat Ruby heette kwam woedend op me aflopen. De drie andere vampiers pakten haar vast "Ruby wat is er aan de hand." " Mattheus, hij is..."

Reageer (9)

  • EsteeM

    LOVE IT AS ALWAYS (H)

    1 decennium geleden
  • cssst

    Verder!!!

    1 decennium geleden
  • DewiiS

    Spannend!:D
    Snel verder!(H)

    1 decennium geleden
  • MysticFool

    snel verdeerrrr

    1 decennium geleden
  • MyDearLove

    de zoon van de koning van de Hell
    en omdat ze hem hebben vastgeketend worden ze gedood(Y)(Y)

    -x snel verder

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen