Hoofdstuk 1
Premierekoorts, het is een veelgebruikt woord in onze wereld, maar nu pas besef ik wat er mee bedoeld word. Bij het zien van de eindeloos lange rode loper waar naast de journalisten zich verdringen, notitieblokken, camera's en andere opname apparatuur in de aanslag, slaat mijn hart over en verspreid een onrustig en opgewonden gevoel zich door mijn hele lichaam. Dit is het Nederlands filmfestival en straks stap ik die loper op acteur van één van de films die staks getoond gaat worden. Een droom natuurlijk, maar op dit moment lijkt het ook een beetje op een nachtmerrie. Zenuwachtig? Suzan legt zacht haar hand op mijn schouder, nu zij er is ontspan ik direct. Ze is niet alleen mijn tegenspeelster in de film, maar ook een goede vriendin. Ik lach" ja, heel zenuwachtig, maar ik ga staks gewoon jou nadoen dan komt het wel goed'. "Ben je bang, dat ze je iets vragen over relaties ofzo"? ze spreekt de vraag zach uit alsof niemand het mag weten terwijl het in de filmwereld allang geen geheim meer is dat ik nooit voor een vrouw zal vallen. "Nee, je moet er gewoon eerlijk over zijn als ik me er niet druk om maak doet de wereld dat ook niet', behalve al die teleurgestelde vrouwen natuurlijk". "Tuurlijk, meneer de ijdeltuid". sneert Suzan. Dan komt de menigte voor ons in beweging en haakt Suzan haar arm door de mijne en trekt me mee. Op naar de rode loper en zijn permusiekten. Zodra ik mijn eerste voet op de loper zet lijkt het alsof ik een andere wereld betreed. Overal zijn stemmen, acteurs en actrices in dure kleren en verblinde flitslichten even blijf ik bewegingloos staan bang dat mijn lichaam me nu in de steek zal laten, dan zet ik aarzelend mijn eerste stappen en begin te poseren. De eerste minuten geniet van ik van de aandacht van iedereen die om me heen dromt, een foto van me wil of iets van me wil weten. Maar namate de tijd verstijkt begint het steeds vermoeiendere te worden telkens weer dezelfde vragen, weer een neppe glimlach op mijn gezicht vastplakken en mijn gezich alle kanten opdraaien om de talloze fotograven tevreden te stellen. Nee, ik ben echt opgelucht als ik het eind van de loper nader en Suzan, die in gesprek in met een reporter van de landelijk omroep, me wenkt. Zodra ik bij haar sta duwt de verslaggever ook mij de microfoon onder me neus. "Ik zou graag willen weten.... begint hij, maar dan kijken we elkaar aan. Het is Maarten. Maarten uit VWO 4, Maarten de vriend van Ricardo, Maarten de pester, die erbij was die nacht op het blakon, Maarten die ik nooit meer terug wilde zien. Hij kijkt verbaast aan, zijn ogen hebben nog steeds dezlefde zelfbewuste blik. Hij schraapt zijn stem om zijn vraag af te maken, maar ik ben hem voor. "Sorry, geen tijd" snauw ik en draai me om. Ik ben een arrogante acteur die een vervelende persmuskiet afsblaft.
Wat vond je ervan?, vraagt Suzan terwijl ze me een glas champagne aanreikt. Waarvan?, vraag ik terwijl ik met mijn ogen de menigte aftast op zoek naar Maarten. Ik wil weten of hij naar me kijkt of beter me bestuudeert zolas hij ook tijdens de film deed. Eerst zijn ogen strak gericht op mij en dan op mijn filmversie op het witte doek terwijl hij zijn ogen halfdicht knijpt en op zijn lippen bijt alsof hij nadenkt over welke versie hem het meest aanstaat. Raar eigenlijk, vroeger vond ik het vreselijk als hij naar me keek maakte het me bang en onzeker. Nu geeft heet een sterk gevoel alsof ik boven hem sta en zich nu klein zou voelen als ik naar hem keek. Daniel, luister je wel? Suzan wappert met haar hand voor mijn gezicht net of ze de gedachten zo weg wil laten waaien. Ik vroeg wat je van de film vond. De film...die heb ik eigenlijk niet gezien. Ik had het te druk met het bestuderen van Maarten. Een wee gevoel van teleurstelling komt naar boven. Mijn eerste echte film en van de premiere heb ik niks mee gekregen omdat ik het te druk had met Maarten. En dan uitegerekend Maarten. Maarten die altijd alles verpeste, mijn schooltijd, mijn zelfverzekerheid, mijn vriendschappen en bijna mijn leven. En nu dus mijn filmpremiere. Maarten, wat vond je ervan? dringt Suzan ongeduldig aan. Erg mooi, zeg ik en schenk haar een glimlach. Ik moet nu niet aan Maarten denken. Hierna zie ik hem toch nooit meer. Ga ik gewoon verder met mijn eigen leven. Met de toneelacademie en met films. En ik was natuurlijk onweerstaanbaar mooi? lacht Suzan terwijl ze mijn champagneglas nog eens bijvult. Ja, als je ik op vrouwen viel was direct verliefd geworden op je, plaag ik terug.
Reageer (2)
Dankje! Lees anders ook de proloog van het verhaal, krijg je een beetje een idee welke kant het opgaat
1 decennium geledenIk ben benieuwd!
1 decennium geledenXx RinOkumura