18
Ik voel hoe mijn lichaam los komt van het zadel van mijn scooter. Mijn stuur glipt uit mijn handen. Er klinkt een doffe knal. Mijn scooter is waarschijnlijk hard op de grond terecht gekomen. Zelf vlieg ik nog door de lucht. Het lijkt uren te duren. Plots gaat het snel. Ik daal en beland met een harde klap op de grond. Een klein kreetje verlaat mijn mond. Dat deed pijn. Even lig ik stil op de grond. Niet in staat mij te bewegen. Pas als i van de schrik bekomen ben, durf ik voorzichtig mijn vingers en mijn tenen te bewegen. Als ik merk dat die het nog doen, beweeg ik voorzichtig mijn handen en voeten. Ook die schijnen nog te reageren. Voorzichtig steun ik op mijn armen. Ik merk dat mijn armen zelfs dat nog aankunnen, durf ik overeind te komen.
Een beetje beduusd sta ik naast mijn scooter. Tenminste wat daar nog van over is. De rode lak is aan de rechterkant behoorlijk beschadigd en de uitlaat is er afgeknald. Ik durf mijn scooter niet eens aan te raken, bang dat ie meteen zal ontploffen. Zuchtend laat ik mij langs een lantaarnpaal naar beneden zakken. Ik sla mijn armen om mijn knieën en staar wat voor me uit. Wat moet ik nu? Mijn vader slaapt vast al, die neemt de telefoon nooit meer op. Daarnaast weet ik niet eens zeker of mijn telefoon nog genoeg bereik zal hebben om te bellen. Ik pak mijn mobiel uit mijn zak en zie dat ik welgeteld nog drie procent batterij heb. Ik zucht opnieuw en laat mijn telefoon naast mij in het gras vallen. Er steekt een windje op en voel dat het steeds kouder wordt. Hier zit ik dan; op een plek die ik niet ken, met een telefoon die niets meer kan en een kapotte scooter. Ik kan alleen maar hopen op een wonder.
De minuten strijken voorbij en mijn ogen vallen langzaam dicht. Ik heb het gevoel alsof er al uren voorbij zijn gegaan. In mijn gedachten zie ik mij hier de rest van mij leven zitten. Ik zal door niemand ontdekt worden en een stille eenzame dood sterven. Een traan rolt over mijn wang. Wat moet ik nou? Ik kan hier echt niet uren blijven zitten. Ik raap de moed bijeen en langzaam kom ik overeind. Ik raap mijn scooter van het fietspad en pak het stuur stevig vast. Met mijn scooter aan de hand begin ik langzaam te lopen. Mijn benen voelen stijf en mijn scooter is zwaar, maar ik beweeg. Stap voor stap loop ik terug in de richting waar ik vandaan kom, met de hoop dat ik het op een gegeven moment weer zal herkennen. In de verte zie ik een lichtje mij te gemoed komen. Misschien is het iemand die mij kan helpen met het vinden van de weg. Een klein sprankje hoop verwarmt mijn lichaam. Het lichtje komt alsmaar dichterbij. Pas als het vlakbij is, herken in een fietser. ‘Alice, wat doe jij nou hier?’ Verbaasd bekijk ik de fietser nogmaals. Hoe kan diegene weten wie ik ben en heet? Pas als de fietser naast mij stopt herken ik wie het is. ‘Dat kan ik beter aan jou vragen, Luke.’
‘Ik heb een avondje uitgehad in Sydney en nu ben ik op weg naar huis. 'Zo gek is dat toch niet?’ Ik haal mijn schouders op. ‘Woon jij buiten Sydney dan?’ Luke knikt. In een dorpje vlakbij de stad, eigenlijk kan je nu wel bijna Sydney noemen, zo dicht ligt het bij elkaar.’ Ik zwijg. Ik heb nooit geweten waar Luke woont. Ik dacht altijd dat iedereen van de school uit Sydney komt, maar blijkbaar is dat niet zo. ‘Je ontwijkt mijn vraag, Alice.’, zegt Luke plotseling. Ik kijk hem vragend aan. ‘Wat jij hier doet.’, zegt Luke nu ietsje ongeduldiger dan net. ‘Oh, gewoon.’, mompel ik. In de hoop dat de blonde jongen niet verder zat vragen. ‘Alice!’ Luke kijkt me doordringend aan. ‘Ik was naar een café en toen ik naar huis ging, raakte ik de weg kwijt. Nu zit ik hier met een kapotte scooter, een lege mobiel en een richtingsgevoel van niets.’, verzucht ik. Luke grinnikt. ‘Kom laat mij je helpen.’ Hij stapt van z’n fiets en pakt mijn scooter van mij over. Voorzichtig zet hem hij op de standaard. Hij haalt de sleutel uit het slot en opent met de andere sleutel het grote zware kettingslot. Hij ketent mijn scooter aan de lantaarnpaal en overhandigt de sleutel aan mij. ‘Zo die staat wel veilig.’ ‘Denk je?’, vraag ik aarzelend. ‘Ja, mijn broer haalt hem morgenochtend wel op.’ ‘Je broer?’ ‘Ja, hij is goed met scooters. Kom stap achterop, dan krijg je warme chocolademelk bij mij thuis.’
#5SOSFacts At a concert, Luke said, “Alright, this is a new song, it’s called ‘All I Need’. Yes, this song is about boobs.
Nieuw hoofdstukje. Vinden jullie het wat?
Oja, voor de mensen die het vroegen, ik studeer geschiedenis. En die studie bestaat uit: lezen, lezen, lezen, lezen, lezen en nog meer lezen.
Liefs,
Sas
Reageer (4)
Aahwe dit is zo cute!
1 decennium geledenNew abo, snel verder xx
jeej nieuw stukje
1 decennium geledenaaahw cuties wel
1 decennium geledennice writing! x
Luke is lieffff
1 decennium geledenEn is de studie wel leuk?
Xx