1. Ready or not?
Marise was het geruzie van haar vader en broer zo beu dat ze er zo snel mogelijk aan wilde ontsnappen. Gelukkig was Tessa, haar beste vriendin die hier op een kwartier lopen woonde, er altijd voor haar. Zo trok ze haar zwarte rijlaarzen aan, want het pad liep door het bos, en vertrok. Ze pakte onderweg haar gsm uit haar broekzak om Tessa te zeggen dat ze even langskwam, maar struikelde over een boomwortel en verloor haar gsm. Zoekend kroop ze over de grond om hem terug te vinden, maar zag ineens iemand staan. Hij had een los wit T-shirt aan en een grijzige broek wat hem best wel goed stond. Hij was lang en dun, maar niet ongezond dun. Zijn halflange haar waaide naar achteren toen ze een beetje beschaamd opstond. Hij lachte vriendelijk naar haar alsof hij niet had gezien dat ze net als een hond over de grond gekropen had. “Ik ben mijn gsm verloren,” stamelt ze, maar lacht dan ook omdat zijn glimlach gewoon zo aanstekelijk was. Maar in plaats van aan te bieden om te helpen zoeken, zei hij: “Je bent uitgekozen als nieuwe studente in het paradijs. Je bent speciaal, en wij denken dat je er klaar voor bent.” Verward staarde ze hem aan. Waar had hij het in hemelsnaam over? “Ik zal je begeleiden naar het Paradijs, van daaruit kun je doen wat je wilt,” zei hij. “Als je mij wil volgen?” Hij draaide zich om en, in plaats van door te lopen na drie stappen, strekte hij zijn arm om iets in de lucht aan te raken wat Marise niet kon zien. Er verscheen een rimpeling in de lucht om zijn hand heen wat leek op water. De rimpeling vormde een steeds groter wordende cirkel, tot hij groot genoeg was om er doorheen te kijken. Het deed Marise denken aan een zeepbel die nooit zou ontploffen, hoe groot je hem ook maakte. Zo behandelde de jongen hem ook. Het bleek uiteindelijk een manshoge poort te zijn waar zij met gemak doorheen kon, maar of de jongen door zou passen, was te betwijfelen. Ze had geen idee of ze nu mee moest of niet, wie weet wat hij allemaal met haar zou doen. Ze vertrouwde hem niet helemaal. Hij stond te wachten als een wachter voor de poort die hij met één vinger nog steeds aanraakte, waarschijnlijk om hem zo intact te houden. Toen ze er doorheen keek naar waar ze uit zou komen als ze er door zou lopen, zag ze een prachtige plek met hoge bomen en bloemen en blije mensen die maar niet ophielden met lachen. Ze kon hen niet horen, maar het leek haar niet echt. “Wat is dat?” vroeg ze wat onzeker. “Dat is het Paradijs, gelegen aan één kant van de hemel. Hier kun je worden wat je altijd al had willen zijn.” Marise was in de war. Betekende dit dat ze dood was en dit de weg was naar de hemel? Ze had dan eerder iets van een licht verwacht of zo. En trouwens, ze wist wel zeker dat ze niet dood was, want ze was net gevallen en had haar knie geschaafd wat behoorlijk pijn deed. Voorzichtig raakte ze de poort aan, de bel waarvan ze verwacht werd om doorheen te stappen. Ze voelde het niet eens. Toen ze zag dat hij haar nog steeds aanstaarde, voelde ze zich verplicht om iets te doen, dus ademde ze eens diep in en uit en liep door de poort.
De koude klamme lucht was verandert in een aangename bries die met haar losse blonde haar speelde. Nu kon ze de geluiden wel horen, die allemaal even vrolijk klonken. Er was muziek, maar ze zag niet waar die vandaan moest komen. Haar hart maakte een sprongetje toen dezelfde jongeman als daarnet ineens zei: “Ik ben Jake en ik zal je begeleiden tot je een eigen leerkracht gevonden hebt om je verder te helpen. Deze hele tuin staat vanaf nu tot je beschikking en je zult behandelt worden als een koningin. Je kunt iedereen alles vragen. Je mag nu je eigen leerkracht uitkiezen. Het mag iedereen zijn, behalve een andere leerling.” Ze staarde hem een paar seconden aan tot hij me weer een stralende glimlach toewierp en ze zichzelf dwong ergens anders naar te kijken. Marise kon duidelijk groepen onderscheiden tussen alle mensen die ze hier zag rondlopen. Ze kon zo zien wie de leerlingen en leerkrachten waren, wie de hulpjes waren die overal rond gecommandeerd werden, en wie hier overal boven stonden. De leerlingen waren, zoals Jake al zei, koning en behandelden hun leerkrachten hier ook naar. Toen ze wat beter keek, zag ze dat het niet allemaal zo’n vrolijke boel was. De leerlingen behandelden hen eerder als slaven, waar Marise meteen medelijden mee kreeg. Voor haar lag een lang zandpad die ze een eindje volgde, tot Jake haar vroeg: “Hoe mogen wij je eigenlijk noemen? Je mag zelf een nieuwe naam kiezen, als je dat wilt.” Hier moest Marise even over nadenken. Ze wilde eigenlijk wel een andere naam, want er was niemand meer die haar naam nog volledig uitsprak. Meestal heette ze Mar of Miesje, wat ze echt een hatelijke bijnaam vond. “Leyli. Je mag me Leyli noemen.” Ze had geen idee waarom Leyli, maar ze vond het zo mooi klinken. Jake knikte. “Dus Leyli, wie wil je als leraar? Ik kan je wel vertellen wie waarin gespecialiseerd is,” bood hij aan. Toen Leyli aan een leerkracht dacht, dacht ze aan een ervaren en wat ouder persoon die haar alles haarfijn zou uitleggen, iets wat je hier veel zag. Ze knikte naar Jake, die meteen mensen begon aan te duiden die duidelijk geen leerling hadden. Het waren er veel, veel meer dan het kleine aantal leerlingen die ik hier zag. Tussen al die mensen zag ze iemand zitten. Hij was jong en gespierd en redelijk knap, maar dat zei niets want iedereen leek hier er goed uit te zien. Net als Jake die Leyli nu bijna volledig negeerde. Ze zag dat de jongen geen leerling was, maar hij zag er niet uit als een leerkracht. “En hij daar? Wie is hij?” vraag ze, Jake midden in een zin onderbrekend. “Dat is Kaye, hij is nog maar net afgestudeerd als leerkracht en heeft nu al een leerling verloren. Daarom kijkt hij ook zo verdrietig,” legt Jake uit. Hij had gelijk. Kaye zat op een grote witte steen – waarschijnlijk door gebrek aan lege bankjes – en keek treurig naar zijn schoenen met zijn hoofd in zijn handen. “Wat bedoelde je met ‘verloren’?” vraagt ze. “Hij heeft het niet gehaald. Hij was een heel erg veeleisend persoon, en Kaye kon hem niet geven wat hij wilde. Hij deed er ook niet echt zijn best voor, maar ik denk dat hij liever niets deed, dan voor zijn toekomst werken. Hij was niet geslaagd voor zijn testen, en ze dachten dat het hem ook niet meer zou lukken als hij door bleef studeren. Zeker niet op zijn manier, dus hebben ze hem pas geleden nog terug naar de aarde gestuurd,” legde hij uit met een treurige klank in zijn stem. “Oh,” was het enige wat Leyli kon uitbrengen, want ze moest weer terug denken aan aarde. Hoe raar het ook klonk. Ze miste haar broer en vader niet, maar hoe zou Tessa hierop reageren? Ze werd nu waarschijnlijk al gezocht door haar. “Kan ik nog terug?” vroeg ze dus. “Nee, tenzij je opnieuw geboren wil worden, maar dan herinner je hier niets meer van.” Dat antwoord maakte haar bang. Waar was ze beland? Was dit echt de hemel? In dat geval was er niets aan te doen. Zonder verder na te denken liep Leyli naar Kaye en, alsof ze hem al jaren kende, zei ze: “Hé Kaye, ik hoorde wat er gebeurt was. Sorry daarvoor.” Ze kon zichzelf wel voor haar hoofd slaan, en ze zag dat ze ook niet onopgemerkt naast hem ging zitten. Veel leerlingen en leerkrachte keken naar hun drieën. Kaye hief zijn hoofd op en keek haar aan om vervolgens een glimlach te forceren. “Je hoeft me niet op te beuren, hoor. Het was mijn schuld, anders niet. Zoek maar beter een goede leerkracht.” En daarna, alsof hij iets verkeerd had gezegd, verontschuldigde hij zich. Leyli begreep niet waar hij zich voor verontschuldigde, maar ging toch verder: “Jake zei dat het zijn eigen schuld was. Hij was veeleisend, dat kan toch niet jou schuld zijn?” Ze voelde hoe hij zich ongemakkelijk verschoof. “Ik kende hem niet goed genoeg. Ik had beter moeten weten.” Leyli zuchtte omdat ze dacht dat het onmogelijk zou zijn om hem op te beuren, toen Jake ineens zei: “Maar ik kende hem wel. Niemand zou hem zo lang getolereerd hebben als jij. Hij was echt onmogelijk op te leiden, je moet je daarvoor niet schuldig voelen maar juist tevreden. Nu kan hij beter leren op aarde.” Ze keek hem dankbaar aan, wat haar weer een gulle glimlach opleverde. “Je kunt mijn leerkracht worden als je wil,” bood ze hem aan. Kaye keek geschrokken. “Er is niets wat je verkeerd zou kunnen doen met mij,” zei ze er zonder nadenken achterna. Nu lachte hij eindelijk. “Als dat is wat je wilt,” mompelde hij, maar Leyli schudde haar hoofd. “Enkel als jíj het ook wilt.” Zijn stem was zacht toen hij zei: “Dank je dat je mij een keuze geeft. Het is een eer om jou leerkracht te mogen zijn.”
Reageer (1)
Aww
1 decennium geleden