Foto bij 55. What is going on?

Abby POV.

Ik zat eenzaam in een cabine van de Zweinsteinexpress. Ik was natuurlijk de enige die nu naar huis ging. Ik voelde me leeg vanbinnen, alsof al mijn emoties uit mij waren gerukt. Mijn gedachten waren nog steeds in Zweinstein, bij mijn vrienden. Alles begon daar, mijn geluk, mijn liefde met Fred en mijn vriendschap. Maar alles eindigde daar ook, mijn geluk was verdwenen, Fred wou me waarschijnlijk nooit meer zien en mijn vrienden... Mijn vrienden waren misschien de enigen die me echt zouden missen. Tranen stroomden over mijn wangen toen ik dacht aan Fred. Al die geweldige momenten met hem zouden voor altijd in mijn hart zitten. En door die Angelina met haar leugens, was alles nu verpest. Door haar moest ik weg, door haar was ik nu bedroefd. Ik balde mijn vuisten toen ik haar gezicht met dat blauwe oog weer voor me zag. Maar als Perkamentus me geloofde, waarom liet hij me dan van school sturen? Ik zag Ginny en Hermeliens huilende gezichten weer voor me. Ook ik hield het niet droog. Het ergste was dat ik niet eens afscheid kon nemen van Fred en George. Niet dat ze dat waarschijnlijk wouden.

Piepend kwam de trein tot stilstand. Dit was het. Het definitieve einde voor mijn Zweinsteinervaring. Ik had nu niet alleen gefaald bij het beschermen van Harry, maar ging nu mijn vrienden waarschijnlijk nooit meer zien. Ik stond op, liep uit de cabine, uit de trein. Het hele perron, dat ik alleen maar met een volle menigte had gezien, was nu helemaal leeg, behalve één iemand. Mijn vader. Zijn gezicht was niet boos, zoals ik had verwacht, maar ongerust. Hij liep snel naar me toe en trok me in een dikke knuffel. 'Pap, het spijt me zo erg dat ik...' begon ik, maar hij suste me. 'Nee, nee, wees stil. We moeten snel gaan.' zei hij en hij trok me mee. Hij pakte zijn toverstok en ik wist dat hij ging verschijnselen. Wat was er aan de hand? Waarom gingen we niet gewoon naar huis op de manier die we altijd gebruikten?

'Pap, wat is er aan de hand?' vroeg ik nu ook ongerust. 'Er is een reden, waarom Perkamentus je van school stuurde, Abbygail.' zei mijn pa met zijn toverstok al in de hand. Ik had het gevoel dat dit niets te maken had met Angelina's leugen. 'Maar pap, ik moest Harry toch beschermen?' vroeg ik verbazend. 'Niet meer, het wordt tijd dat je aan je eigen bescherming denkt.' zei hij en hij zwaaide met zijn toverstok en we verschijnselden. Ik had al eerder verschijnseld met anderen, maar elke keer kreeg ik een misselijkmakend gevoel. Alles draaide dan en het was alsof ik zweefde, tot ik terug op de grond terechtkwam. Ik was niet in mijn vertrouwde huis, maar in een kleine, donkere kamer. Er lag een bed, een klein zeteltje en een kleerkast. 'Dit is je kamer.' zei mijn vader en mijn koffers ploften op mijn bed. 'Wat heeft dit allemaal te betekenen? Waarom zijn we niet gewoon thuis?' vroeg ik argwanend en verbaasd tegelijk. 'Dat gaan we je nu uitleggen.' zei hij en hij liep de kamer uit. Ik volgde hem en we gingen vele gangen door en kwamen toen terecht in een grote kamer, met enkele grote zetels, een lange tafel met wel zeker tien stoelen en een keukentje. Meteen kwam er iemand aanrennen en ik nam haar in mijn armen. Lisa was hier ook, samen met haar ouders. Toen ik haar losliet, kwam mijn moeder ook aanrennen en knuffelde me hard.

Er was ook nog iemand die ik niet kende. Een man met blond haar, rond de 30 schatte ik, een klein stoppelbaardje en blauwe ogen. Hij kon best knap zijn, maar hij had grote wallen onder zijn ogen, alsof hij al dagen niet had geslapen. Hij was best wel lang, ik schat ongeveer even groot als Fred, en had een buikje, ik gokte door de alcohol. Waarom ik dat dacht? Wel hij had een glas whisky in zijn rechterhand, waar hij gulzig een grote slok van nam. 'Hamilton Stevens is de naam.' sprak hij met een lage stem.'Wat gebeurt er allemaal?' riep ik hysterisch. 'Abbygail, je weet dat Jeweetwel je bij zijn leger wil voegen.' sprak mijn moeder stilletjes. Ik knikte langzaam als teken voor haar om door te gaan. 'We moeten je beschermen, hier zal hij je niet vinden.' vervolgde mijn vader. Toen hoorde ik de aarde beven, alsof er een trein boven ons reed. We waren ondergronds. 'En wat moet ik dan doen? Iedereen gaat vechten en ik moet hier blijven?' riep ik uit. Hamilton zuchtte. 'Je gaat leren om te vechten. Jezelf te verzetten tegen zijn wil.' sprak hij. 'Door wie?' vroeg ik gefrustreerd. 'Door mij.' zei hij duidelijk geïrriteerd door mijn vragen.

Einde deel 1.

De andere delen volgen gewoon bij dit verhaal, maar deel 2 gaat dan overeen komen met HP en de halfbloed prins.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen