Foto bij •Proloog

“At the bottom of her heart, however, she was waiting for something to happen. Like shipwrecked sailors, she turned despairing eyes upon the solitude of her life, seeking afar off some white sail in the mists of the horizon. She did not know what this chance would be, what wind would bring it her, towards what shore it would drive her, if it would be a shallop or a three-decker, laden with anguish or full of bliss to the portholes. But each morning, as she awoke, she hoped it would come that day; she listened to every sound, sprang up with a start, wondered that it did not come; then at sunset, always more saddened, she longed for the morrow.”




~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ ~



Snel loop ik door de lange gangen van het ziekenhuis. Mijn handen trillen. Ik loop richting de balie. 'Ik kom voor Juliette.' Zeg ik met trillende stem. De vrouw knikt en wijst naar een deur. 'Intensieve care.' Ik been de ruimte uit, naar de deur. Krakend gaat de deur open. Ik sta in een lange gang. Ik snuif de ziekenhuis deur op en loop verder. En man loopt langs. 'Sorry, mag ik wat vragen, weet u waar Juliette ligt.' Hij knikt en maakt een handgebaar dat ik hem moet volgen. We komen aan bij een grote witte deur. Ik sla mijn handen voor mijn mond als ik haar zie liggen. Juliette. Snel ren ik naar haar toe. 'Juliette!' Ik ga naast het bed zitten en kijk haar gebroken aan. Ik blijf even stil. Ik kijk naar de deur, ik ben weer alleen. Met tranen in mijn ogen kijk ik naar het levenloze lichaam voor me. Ik pak haar hand en schraap mijn keel. 'Het spijt me zo.'

'I Should, never let you go.'

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen