het zelfde als bij de elven
deze versie heb ik speciaal gemaakt voor DwarfThorin

Het was mooi weer en ik zat in een boom, maar hoe ik hier terecht kwam, wist ik niet. Toen ik naar beneden keek wist ik waar ik was. Ik zat in de grote wilg in de tuin van de kribbe. Dat stond vlak naast mijn vorige school. Ik zag mijn jongste broertje en zijn beste vriend. Amras en Elensar, het gouden duo van het vierde leerjaar in mijn vorige school. Het zag er vredig uit maar wat deden ze daar alleen en waar de andere kinderen.

Ik hoorde een afgrijselijk geluid. Het klonk als een wolf maar ik had het eerder gehoord in een film. Wargs, die afgrijselijke beesten zijn zo groot als beren maar lijken nog het meest op wolven. Een stofwolk waaide op. Ik zag dat er orks op de wargs zaten. Zij lijken niet echt op een levend wezen, ze zij gruwelijk, verachtelijk en gelukkig ook heel dom. Mijn broer en Elensar gilden, Ik keek naar hun gezichten en zag de doodsangst in hun blik. Toen hij met mij naar "The hobbit" keek had hij twee weken nachtmerries over die vuile beesten.
Er reed een meisje langs de school, Ze had dezelfde fiets en dezelfde boekentas als mij, ook droeg ze dezelfde kleren als ik aan had. Toen ik beter keek zag ik dat het mij was, die daar langs reed. Mijn evenbeeld sprong van de fiets en rende naar de twee vrienden. Ze ging beschermend voor hen staan met haar boekentas in aanslag. De voorste ork kwam snel dichterbij.Mijn dubbelganger sloeg de ork tegen de grond met haar boekentas en pakte het zwaard. Mijn doodsbange broer en zijn vriend renden voor hun leven, richting het dorp.
Tegelijkertijd arriveerde een tweede fietser op de speelplaats. Ik hoefde niet eens goed te kijken om te weten dat het mijn andere broer was, Telrunas. Hij haastte zich naar mijn evenbeeld op de grond, nam een zwaard van een dode ork in zijn hand en begon mee te vechten. Die kant van mijn broer had ik nog nooit gezien, Hij vocht als vuur met een wilde blik in zijn ogen.
In de verte hoorde ik een diepe klank, het klonk als een jachthoorn. Ik besteedde er niet veel aandacht aan en keek terug naar mijn dubbelganger om te zien hoe zij er aan toe was. Misschien had ik dat beter niet gedaan, want wat ik daar zag was verschrikkelijk. Ze was zo druk bezig met de grootste en sterkste ork van de groep voor zich, dat ze de geniepige kleinere ork bewapend met een bijl achter haar niet had opgemerkt. Ik wou haar waarschuwen maar ik kreeg geen klank uit mijn keel die aanvoelde alsof er een kikker in zat. De bijl ging langzaam omhoog om daarna met veel kracht en snelheid omlaag te gaan. Ik keek ontzet toe maar kon niks doen. Mijn dubbelganger keek om maar zou nooit op tijd kunnen wegspringen om de bijl te ontwijken. Gelukkig hoorde ik toen het gefluit van een pijl en niet snel daarna viel de kleine achterbakse ork naar opzei met een pijl door zijn hoofd. Maar tijdens zijn val sneed het afschuwelijke wapen in de voet van het dappere meisje. Ze schreeuwde het uit en ik schreeuwde mee, want ik voelde de pijn ook in mijn voet. Er stroomde bloed uit haar schoen en uit de mijne. Ondanks de helse pijn zag ik nog net hoe kleine maar duidelijk sterke mensen met lange haren en baardende orks aanvielen. toen ze allemaal dood op de grond lagen namen ze de bewusteloze lichamen van mijn dubbelganger en Telrunas op en droegen ze weg. ik zag dat een van hen Amras en Elensar bij de hand meenam. Iets voor ik bewusteloos viel besefte ik dat die sterke mensen geen mensen waren, maar dwergen en niet zomaar een paar dwergen. Ik herkende ze als de dertien dwergen uit de groep van Thorin Eikenschild. Ik wist ook dat ik uit de boom zou vallen en waarschijnlijk mijn nek zou breken. Daarna zag ik niets dan zwart.



Ik werd zwetend wakker naast mijn bed en onmiddellijk schoten vele vragen door mijn hoofd.

Was ik dat meisje die haar broer te hulp kwam? Waarom lig ik naast mijn bed? Waar nemen die elven hen naar toe? Ik kwam overeind maar toen ik mijn voet neerzette schoot er een helse pijn door mijn teen. Toen keek ik naar beneden en zag een vreemde kronkel in een van mijn tenen. Daaruit concludeerde ik dat ik uit mijn bed was gevallen en mijn teen had gebroken toen ik viel.
Zo snel als ik kon lopen met een gebroken teen hinkte ik naar de kamer van mijn jongste broer, hij was er nog. Nadat ik mij verzekerd had dat geen van mijn broers weg was, ging ik terug slapen.

Reageer (1)

  • KingThorin

    Het zal je maar overkomen...

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen