{68} Arena - Jordan Moonshine
Alles goed met je, Lia? Vraag ik vrolijk, ik was net wat bessen gaan plukken.
Ze smaken anders dan de bramen die we thuis hebben, maar ze zijn heel voedzaam.
We zijn nu ver verwijderd van ons kamp, dat tussen de rotsenstreek en de woudstreek ligt.
We moeten hier zien weg te komen, want er zijn wolven.
Ik hak met mijn mes wat neer in het grote dennenbos.
Ik doe niets nuttigs, behalve een plan bedenken.
'Goed, hoe lang zou die jongen uit 11 het uithouden?' vraagt Lia.
'Hoezo?'
Ze neemt een grote hap rundsvlees. 'Het zijn niet voor niets de Hongerspelen.' antwoord ze smekkend.
'Hij heeft het tot nu al uitgehouden, misschien heeft hij een goede mannier om aan voedsel te komen?' vraag ik af.
Hoewel ik het wel zeker weet dat hij gemakkelijk aan eten en water kan komen.
'De voorraad die we mee hebben is bijna op' gromt Edmund, terwijl hij aan zijn ijzeren speerpunt voelt.
'We moeten terug vertrekken naar ons oude kamp, anders overleven we dit niet.'
'Goed idee, dan laten we ook die vervelende Swaggerboy hier achter' antwoord ik.
'Precies' de zware stem van Edmund klinkt niet echt bepaald gelukkig.
'Kom, pak je spullen dan maar' besluit Lia.
Het blonde meisje uit district 2 legt haar boog op haar rug, en steekt haar pijlenkoker vast.
We nemen elk ons zwaard, dat we in onze riem steken, en doen onze rugzakken aan.
Ze zijn veel lichter dan eerst, we moeten echt wel terug.
Maar het landschap is moeilijk om over te steken. Ofwel moeten we naar het spinnengedeelte, ofwel moeten we over hele steile rotsen kruipen.
Ik durf nog niet te zeggen welke mannier het kortste gaat duren, maar ik voel me beter bij het spinnengedeelte.
Ze zullen waarschijnlijk allemaal dood zijn, en als we niet opschieten kunnen we verhongeren.
We moeten ook die stomme Vulcan te pakken zien krijgen, en ik heb geen flauw idee waar hij zit.
Het bewijs dat hij genezen is van zijn wonden is dat hij de jongen uit 8 heeft kunnen doden.
Toen was Swaggerboy dicht bij ons, en Orlando met zijn vriendje zou dat nooit doen.
Na dat we door het spinnengedeelte terug zijn gegaan lopen we langs de rivier, stroomafwaarts.
Ons kamp halen we niet meer tegen vanavond.
De uren zijn verstreken, en Het begint al stilletjes aan donker te worden.
'We moeten doorgaan tot we een goede schuilplaats vinden.' meent Lia.
Ik steek een lucifer aan , en ga op zoek.
Het vuurtje aan het stokje geeft bijna geen licht, dus ik doof het.
Ik was vergeten dat we zaklampen hadden.
We zetten alledrie ook een nachtkijker op, wat veel verschil geeft. We houden ons warm met een dikke lap stof, terwijl we bijna heel de nacht voorttrekken.
Uiteindelijk moeten we wel slapen, dus we zoeken een goede vertakking om ons schuil in te houden.
Edmund slaapt liever op de grond, en daarbij, hij wou de wacht houden vannacht.
Ik schat de afstand die we nodig hebben tot aan ons kamp, en bedenk dat we er morgen zullen zijn.
Ik voel me plots op één of andere mannier niet meer thuis bij de beroeps.
Hoewel het de twee zijn die ik het meeste mocht van de hele troep, ik wel hier weg.
Ik wil bij Orlando zijn.
Reageer (1)
woow, echt goed verhaal. Ik zit er helemaal in !
1 decennium geleden