Part 15
Ik open mijn ogen en kijk rond. Merith ligt met haar ogen dicht op de grond. Ik lach, vast uit bed gevallen vannacht. Ik sta snel op en ga voorzichtig naast haar zitten. “MERITH WAKKER WORDEN” schreeuw ik hard. Ze schrikt en knalt hard met haar hoofd tegen het bed. “auw, kut Rein” zegt ze slaperig. “sorry” ik geef er een kus op haar hoofd. Samen gaan we op bed zitten, naast elkaar. “je was uit bed gevallen” grinnik ik. “jij nam heel het bed in stom kind” “het spijt me ik heb gewoon ruimte nodig” Merith kijkt de kamer rond “welkom terug in waalre” “ja..” Ze wordt onderbroken doordat haar mobiel afgaat. “het is Nils” zegt ze vrolijk en neemt op. Ze loopt de kamer uit.
Na een tijdje komt ze terug met rode ogen en een boze blik. “je moet weg” zegt ze en trekt me van het bed af. Hoe kan ze dit doen?! ze had mij nodig zei ze en nu moet ik weg “hoezo?” “dat is beter” “omdat het van nils moet? Merith hij kan de pest krijgen ik heb je zo lang gemist nu is het eindelijk weer goed, toch?” ze knikt en laat haar hoofd omlaag hangen. Ik ga verder “nu is het dus eindelijk weer goed en nu stuur je me weg omdat Nils het zegt..”
-vanuit Merith-
Ik word rood. Hij heeft gelijk.. Hij zucht en staat langzaam op. “dan ga ik maar” ik knik en loop met hem mee naar beneden. Hij doet zijn jas en schoenen aan, een beetje sloom maar wat maakt het uit. Ik kijk naar hem. Wil ik hem echt weg hebben? Hij steunt me en hij was zo blij dat het goed was. Ik voel me best wel schuldig. “ik loop mee..” zeg ik. Snel trek ik mijn schoenen en jas aan en lopen de deur uit. “alles is nog hetzelfde hier” zeg ik. Ik kijk rond. “klopt”. “Reiheeeiiiin” er komt een meisje aanfietsen. Rein begint te lachen. “cagnuuurrr” Ze geven elkaar een knuffel. Het meisje is echt mooi. “ik ben Merith” zeg ik. Cagnur kijkt me raar aan. “oja, jij brak het hart van Rein toch? Heey” zegt ze arrogant. Ik vind er nu al een schijnheilige trut. “nou.. niet gebroken, hij brak mijn hart eerder” Ze grinnikt. “Rein breekt geen harten geloof me” ze loopt op Rein af en zoent hem. Hij doet gewoon mee. Het voelt alsof iemand me 10 messen langzaam en pijnlijk in mijn hart steekt. Ik draai me om en ren zo snel als ik kan naar het parkje. Ik klim een random hoge boom in die ik zie. Ik kijk naar beneden en zie Rein rennen. Hij stopt bij de hoge boom “je moet een betere verstop plek zoeken” zegt hij. Ugh hij kent me te goed. Ik klim omlaag. “hoezo rende je nou weer weg?” vraagt hij op een rare toon. “ga gewoon met die cagnur lekker voor me neus zoenen” Rein doet een stap naar voren. “ho wacht?! Jij mag met iedereen zoenen met wie je wilt en ik mag niet eens met iemand zoenen terwijl wij niks hebben en je ook niks voor me voelt?!” Ik word rood. “ik voel wel wat voor je” zeg ik zacht. Ik kijk Rein recht in zijn ogen aan. “je hebt wat met Nils” Ik voel tranen in mijn ogen opkomen en kijk hem in zijn mooie bruinen ogen aan.
Er zijn nog geen reacties.