Chapter twenty-four

Met zijn drieën lopen we door de gangen van het kasteel. 'Waar zijn je ouders eigenlijk?,' vraag ik aan Robin. 'Die zijn de troepen aansturen.' We lopen verder en komen dan weer bij de deur uit. Robin klapt een keer in zijn handen en ook bij hem verschijnen er vleugels. 'Kitty ga Sasha halen en kom dan naar het paleis van de koning van Dralinië, daar zul je ons weer tegen komen,' zegt Robin en Kitty gaat ervan door. 'Kan je vliegen?,' vraagt hij dan aan mij. Ik knik en vlieg omhoog. 'Kom, dan gaan we.' We vliegen omhoog en gaan zo ver mogelijk boven de wolken vliegen zodat we niet gezien worden door de drakenruiters. Als we bijna bij het kasteel zijn komt er ineens een drakenruiter achter ons aan vliegen. Robin en ik splitsen uiteen, maar de drakenruiter blijft achter me aan vliegen. 'Robin help,' roep ik naar hem in de hoop dat hij me hoort. Ik kan nog het vuur van de draak ontwijken dat hij naar mij spoot. 'Ga weg,' zeg ik terwijl ik mijn handen voor me hou. Ineens komt er een soort lichtflits uit mijn handen en valt de draak naar beneden. Robin komt naar me toe en kijkt me even onder de indruk aan. 'Je bent echt sterk,' zegt hij dan. 'Dank je,' zeg ik terug. We gaan weer verder naar het kasteel. We duiken het bos in en zien daar Kitty en Sasha al staan. 'Wat is het plan?,' vraagt Sasha gelijk. 'We moeten eerst Joel zien te bevrijden, hij en Caitlin zijn de enigen die de heer kunnen verslaan,' zegt Robin. 'Kitty, Sasha, jullie gaan Joel zoeken en bevrijden hem dan. Caitlin en ik gaan opzoek naar de koning van Dralinië. Als jullie Joel hebben gevonden zenden jullie een berichtje naar mijn armband, dan geef ik jullie door waar we zijn.' Kitty, Sasha en ik knikken waarna Robin en ik weer de lucht in gaan. We vliegen over de hekken heen en vliegen op het kasteel af. 'Jij gaat langs de linkerkant en zoekt dan een ingang en gaat naar binnen, en ik ga via de andere kant,' zegt Robin. Ik knik en dan splitsen we op. Ik ga via de linkerkant en zie al gauw een raam waar ik doorheen vlieg. Ik kom uit in een donkere kamer met allemaal kettingen aan de muur. Ineens zie ik in een hoekje van de kamer iets bewegen. 'Caitlin?,' hoor ik een stem ik die voor altijd zal blijven herkennen. Ik draai me om en ren gelijk naar hem toe. Mij armen sla ik om hem heen terwijl de tranen over mijn wangen stromen. 'Het spijt me zo. Ik had je niet alleen moeten laten,' zeg ik terwijl de tranen nog steeds blijven komen. 'Het geeft niet. Jij kon ook niet weten dat ze in het bos verstopt waren.' Ik kijk hem aan en zie dan pas dat er kettingen aan hem vast zitten. Ik kijk om me heen en zie dan een sleutel hangen. Ik pak hem en maak de kettingen los. Als de kettingen los zijn geven we elkaar en knuffel en kijken elkaar aan. 'Kom,' zegt hij dan en pakt mijn hand vast. We lopen naar de deur en kijken om het hoekje. Als we niks zien lopen we verder en even later zien we Sasha, Robin en Kitty ook door het kasteel heen lopen. 'Psst,' zeg ik is als ze aan de andere kant van de gang lopen. Robin draait zich om en als hij mij ziet krijgt hij gelijk een glimlach op zijn gezicht. 'Waar waren jullie?,' vraagt hij als we bij hun zijn. 'Jullie zoeken,' zeg ik en kijk door de gang. 'We moeten echt oppassen, overal lopen-' Sasha valt ineens naar beneden en achter haar zien we een paar bewakers staan. 'Hier zijn ze,' zegt een en rent naar ons toe. 'Ren,' zegt Robin en duwt ons vooruit. 'Maar jij dan?' Ik kijk hem bang aan. 'Zorg dat je hem vind, en vermoord hem dan,' zegt hij en pakt zijn zwaard. 'Ik help je,' zegt Joel en pakt een zwaard uit de want. Ik, Kitty en Sasha gaan verder en komen dan aan op een splitsing. 'Kitty, ga jij hier, dan ga ik daar en Caitlin, ga jij dan daar?' We knikken en gaan ons aangewezen pad in. Aan het einde van het pad kom ik uit in een grote kamer. Er staat een soort en als ik zie wie erop zit voel ik mezelf verstenen. 'Caitlin?' Degene staat op en komt naar me toe. 'Wat doe jij hier, en waarom zie je er zo uit?,' vraagt hij dan. Van schrik zet ik een stap achteruit. Hoe kan hij hier zijn. 'W-wat doe jij hier? Ben jij de heer van Dralinië?'