De Zuidelijke Waterstam - 1
“Keylina, heb je even?” Ze keek om.
“Wat is er?”
“Ik, nou…” Ik zuchtte even. “Ik ben hier nu al meer dan een half jaar en…”
“Je mist het leven in de waterstam, is het niet?”, vroeg ze. Ik knikte.
“Het is niet dat ik, nou, dat ik hier weg wil, dat het hier niet goed is, maar…”
“Ik weet het, zusje. Er was immers afgesproken dat je zou proberen je tijd eerlijk te verdelen.” Ik knikte.
“Zou, zou je het heel erg vinden als ik wegging?”
“Ja.” Ze glimlachte triest. “Ik zou je vreselijk missen, maar ik kan je hier niet houden.”
“Keylina, ik, als je me echt nodig hebt, dan…”
“Nee Lizzie, je moet gaan. Zij hebben je ook nodig. En jij kan hier niet gelukkig zijn als je niet op tijd daarheen kan.” Ze omhelsde me.
“Bedankt”, fluisterde ik.
“Kom je wel terug als ik je nodig heb?”
“Natuurlijk”, beloofde ik. “Dat spreekt voor zich.”
“Wanneer vertrek je?”
“Over twee weken?”, opperde ik.
“Goed, dan heb ik toch nog even tijd om in te schatten of ik je snel nodig zal hebben, of al wat te regelen op voorhand.” Ik glimlachte. Ze zuchtte. “Weten mam en pap het al?”
“Ik wou het eerst met jou bespreken.”
“Lief van je, maar ga het hen nu ook maar zeggen. En wie weet, als ik hier even weg kan, kom ik daar wel een weekje op vakantie.”
“Dat zou geweldig zijn.”
De volgende dag kreeg ik een brief van Yue. Ik glimlachte, dan kon ik meteen antwoorden dat ik zou komen. Al sinds ze weer naar de Waterstam vertrokken was, nadat ze hier nog geholpen had alles te regelen, schreven we regelmatig brieven naar elkaar. Vaak zaten er ook brieven bij van de anderen daar, of schreef ik er hen uiteraard.
Mijn glimlach stierf tijdens het lezen van de brief echter weg.
Reageer (2)
Oeps...
1 decennium geledensnel verder!!!
O.O what happened?!
1 decennium geleden