Verweer tegen de Zwarte Kunsten
Met haastig aangetrokken mantels, verkeerd dichtgeknoopte overhemden en losjes gestrikte stropdassen renden de Marauders door de gangen. Natuurlijk werden ze niet geholpen door de trappen, die de verkeerde kant op gingen.
Na enkele lange minuten hadden ze hun weg naar beneden gevonden. Nu moesten alleen nog door deze ene gang, en dan stonden ze bij mevrouw Pomfreys kantoor.
Ze hadden alleen één ding over het hoofd gezien: hun Verweer tegen de Zwarte Kunsten docente liep door diezelfde gang, en voor de jongens hun fout konden inzien, stond de lerares al voor hun neus.
"Wel, wel, als het de Marauders niet zijn..." Terwijl ze sprak, klonk de stem van de docente bitter. "Potter, Black, Lupin, Pettigrew! Jullie komen nu met me mee, jullie zijn te laat!" zei ze boos.
"Maar, mevrouw Greenleaf, we moete-" begon James, maar hij werd onderbroken door de lerares.
"Nee, het enige wat jullie moeten, is met mij meekomen," sprak ze.
"Maar, mevrouw, we moeten echt met Remus naar mevrouw Pomfrey!" zei Sirius snel.
"Ik ben jullie excuses meer dan zat," zei Greenleaf. "Lupin ziet er prima uit, alleen een beetje moe. Nu, meekomen, anders zorg ik ervoor dat jullie vier van school getrapt worden!"
Zuchtend liepen de jongens naar het lokaal en namen plaats aan de overgebleven tafel.
"We hebben nog niet eens ontbeten..." jammerde Sirius.
"Ja, hoe moeten we ons concentreren als we honger hebben?" zeurde James.
Hun docente vertelde ze nogal bot dat ze stil moesten zijn voordat ze aan de les begon. "Nu, sla jullie boeken alsjeblieft open op pagina twintig. De les van vandaag gaat over weerwolven."
Remus zuchtte en opende zijn boek. Hij bekeek de afbeeldingen van de mythische wolfman. Hij had hier erg weinig zin in, want iedere keer dat de les over weerwolven ging, probeerde Severus Remus' identiteit te onthullen. Gelukkig mocht hij het niet direct zeggen en snapte nog niemand zijn hints, maar Remus was bang voor de dag dat iemand erachter zou komen.
"Nou, wat weten jullie al over wonden veroorzaakt door weerwolven?" vroeg Greenleaf, terwijl ze in de klas rondkeek naar een leerling die het antwoord wist. "Ja, Severus?"
"Nou, ten eerste zorgen alleen hun beten voor de ziekte, en alleen muggles of tovenaars kunnen het krijgen." Severus sprak met een bittere stem. "Ten tweede helen wonden gemaakt door hun klauwen langzaam en ze laten bijna altijd nare littekens achter."
"Goed zo, Severus," complimenteerde de docente. "Nu, klas, ik wil dat jullie voor volgende week een opstel schrijven over de weerwolf van tenminste drie pagina's."
"Nou, dat wordt makkelijk," zei Sirius, terwijl hij Remus een speelse duw gaf.
"Als alles begrepen is," zei mevrouw Greenleaf, "dan is de les afgelopen."
Er zijn nog geen reacties.