002 Eleanor
'Hoe durf je zo over me te praten? Denk je me echt te kennen dan Thorin?' vraag ik beledigd. Zijn kwade blik geeft aan dat hij niet er blij is met mijn vraag.
'Ik ben er zelfs zeker van. Zo elegant en getalenteerd als een elf, maar zo koppig als een dwerg.' zegt hij, waarna verschillende paar ogen hem niet begrijpend aankijken.
'Wat bedoeld hij Eleanor?' vraagt een verbaasde Legolas.
'Wel Legolas, ik heb je ooit vertelt dat je de man die mijn hart heeft gestolen en gebroken heeft achtergelaten ooit zou ontmoeten he.' zeg ik hem, waarbij hij gewoon knikt. 'De man waarover ik het toen had, staat nu hier voor ons.' zeg ik, over Thorin sprekend.
'Wel daar wist zelfs ik niets van. Ik bedoel, ik wist wel dat je je hart verloren had aan een dwerg maar ik wist niet dat het aan Thorin was.' zegt Gandalf, waarna ik flauwtjes naar hem glimlach.
'Wel dan weet je het bij deze.' antwoord ik simpel.
'Maar door een foutje dat er gemaakt is in het verleden, kan je toch moeilijk ons allen de dood injagen toch?' vraagt Fili. En dan realiseer ik me dat hij gelijk heeft, niet iedereen moet door onze fouten gestraft worden natuurlijk.
'Hmmhm, daar heb je een punt.' mompel ik. 'Hofdame, zou je aan de kok kunnen melden dat we voor vandaag een grote aantal gasten hebben en vergeet er niet bij te zeggen dat het dwergen zijn, zodat hij wat meer vlees klaarmaakt.' vertel ik haar en met een glimlach gaat ze naar de keuken. 'Legolas, ik ga nog even rusten. Zou je aan mijn hofdame willen doorgeven om me te komen melden als het eten klaar is?' vraag ik hem, waarop hij enthousiast ja knikt op mijn vraag. Ik glimlach flauw, wetend dat mijn blik leeg en dof is. Ik heb niet veel zin meer om nog iets te doen en zeker niet na het weerzien van Thorin. Er is gewoon teveel gebeurd om zomaar weer vriendelijk en vrolijk te zijn zoals ik vroeger deed. Ik sta recht, kijk even naar de groep die zich verzamelt aan tafel om wat te drinken en ga dan naar de deur richting mijn slaapkamer. Eenmaal daar aangekomen, pak ik een dun laken en plof me daarmee neer op bed om rustig slapen.
Om me heen zie ik dat ik op het zacht, groene gras van Ëandor ben. Het eens zo vredig en mooi landschap dat ik gewoon was van te zien, zie ik nu weer eens sinds tijden. Hiermee weet ik dat ik een flashback heb tijdens mijn slaap. Naast me staat Thorin, waarvoor mijn hart overuren doet door snel te slaan en vlinders in mijn buik die me een fijn gevoel geven. Mijn haren op mijn schouders glazen goudblond, mijn ogen voelen licht aan en ik voel me vol met energie. 'Wat gaan we nu doen?' vraagt hij ongeduldig.
'Even geduld, blijf over het water kijken, je zult het zo wel zien.' zeg ik, terwijl ik naar het meer staar. In mijn ooghoek zie ik Thorin raar naar me kijken, maar toch kijkt hij vervolgens naar het water. Na een paar seconden komt het tevoorschijn, een prachtige regenboog die ontstaat door de lichte mist en de warme zon. Verschillende vlinders en libellen maken het plaatje af en ik hoor hoe Thorin zijn adem even inhoudt, om daarna diep uit te adem.
'Het is prachtig.' zegt hij haast sprakeloos.
'Ja ik vond dat je dit zeker moest hebben gezien, voor je weg ging naar huis.' zeg ik hem, met een treurige ondertoon.
'Ik vind het echt waar prachtig. Ik ga vandaag wel terug naar huis, maar ik beloof je dat ik snel zal terug keren Eleanor.' zegt hij me, terwijl ik voel hoe hij me aan staart. Ik draai mij half om, zodat ik hem beter in de ogen kan kijken. Het valt me wederom op dat hij best groot is voor een dwerg, aangezien onze ogen op ongeveer de zelfde hoogte zijn. Hij heft zijn hand op en voorzichtig raakt hij mijn gezicht aan.
'Ik hoop dat je een goede reis naar huis hebt en dat ik je snel terug zal zien, Thorin.' zeg ik met een vleugje verdriet.
'Natuurlijk zal ik dat, ik heb het beloofd en ik kom steeds mijn belofte na.' zegt hij lief. Zijn duim streelt zachtjes mijn gezicht en vervolgens drukt hij een kus op mijn andere wang. 'Tot snel, Eleanor.' zegt Thorin, waarna hij richting zijn boot stapt en deze losmaakt. Hij draait zich nog even om en buigt lichtjes waarbij ik zijn voorbeeld volg, hij glimlacht naar me en gaat dan zijn boot in. De boot komt langzaam in beweging en ik zwaai nog even naar Thorin.
'Elke morgen zal ik hier zijn Thorin, wachtend op jouw bezoek.' roep ik hem toe, waarna een grote glimlach zijn gezicht siert. Hij maakt daarna wat meer vaart, om richting zijn thuis te varen.
Plots schrik ik wakker, ik zet me meteen rechtop wat ik duidelijk niet had mogen doen. Mijn hoofd tolt erg snel, waardoor het lijkt dat ik ieder moment kan gaan overgeven. Er wordt hard geklopt op de deur en na een paar tellen weer als ik niets zeg. 'Kom binnen.' zeg ik, als ik nogmaals geklop hoor. Tot mijn verbazing komt niet mijn hofdame maar Thorin naar binnen.
'Eleanor, zou je even mee naar beneden kunnen komen? Het eten zal zo dadelijk klaar zijn en we hebben nog iets te bespreken.' zegt Thorin. Ik zwier mijn benen uit mijn bed, wacht even en zet me dan recht. Meteen heb ik er spijt van, want mijn benen voelen zwak aan en mijn knieën begeven het, waardoor ik erdoor zak. Net voor ik de grond kan raken, houden twee sterke armen me stevig vast en houden me recht. 'Wat scheelt er Eleanor? Zo heb ik je nog nooit gezien.' vraagt Thorin me bezorgt, terwijl hij me op bed neerzet.
'Moest ik het zelfs eens weten, zou ik er wat aan kunnen doen. Maar tot zo ver weet niemand wat er met me aan de hand is, dus kan ik het ook niks aan doen.' zeg ik, terwijl ik me erg slecht voel.
Reageer (4)
ohhh dem feels!
1 decennium geledensnel verder
1 decennium geledenOmg Thorin feeeeeels
1 decennium geledenMooi geschreven!
Aaaw tis zo zielig voor die twee
1 decennium geledenMake love not war
Snel verder! X