Hoofdstuk ~10~
'Schat je bent er weer!' Zegt mijn moeder en ze omhelst me.
'Mam, Sam Samantha is dood! En ze dachten dat IK het had gedaan! Wie vermoord er nou z'n eigen vriendin?!' Zeg ik.
'Ah meisje toch' zegt mijn moeder.
'Ik ga naar boven!' Zeg ik en ik ren naar boven.
Ik ga zuchend op bed zitten.
Opeens voel ik woede dus met volle kracht gooi ik het boek: het dagboek van Suzan op de grond, maar dan denk ik 'shit dat boek is van de bibliotheek!'
Dus ik sta op en loop er heen ik raap het boek op, maar dan valt mijn oog op een stukje papier wat uitsteekt uit de vloerplank.
Ik trek de plank omhoog en ik zie dat er brieven uitsteken.
'Chanel kom je wat thee drinken?' Roept mijn moeder naar boven.
'Is goed, ik kom eraan!' Roep ik terug.
Snel stop ik de brieven weer onder de vloer en loop naar beneden.
Mijn vader zit aan tafel en ik ga tegenover hem zitten.
'Ik vind het zo erg voor je' begint hij 'Samantha was een lieve meid'
Ik krijg weer tranen in mijn ogen en begin bijna te huilen.
Mijn moeder schept aardappelen op mijn bord en doet er jus overheen.
Ik pak de kom met sla en doe wat sla op mijn bord.
Mijn vader en moeder doen hetzelfde.
Rustig eten we onze borden leeg, het is helemaal stil en niemand zegt wat.
Na het eten zegt mijn moeder 'willen jullie nog vla?'
'Ja is goed' zegt mijn vader.
'Nee ik hoef niet, ik ga naar boven' zeg ik.
Ik pak mijn bord en leg het op het aanrecht, dan loop ik naar boven.
Ik ga op bed zitten en denk.
'Waarom moet nou juist Samantha vermoord zijn? En wie heeft het gedaan?'
Ik zit nog stil, totdat ik me bedenk dat ik die brieven nog moet lezen!
Ik loop naar de vloer en haal de brieven eronder vandaan.
Er zijn nog geen reacties.