Foto bij 1. Late

Tom

Ik stap moeizaam door de sneeuw. Mijn sjaal die om mijn nek gebonden in trek ik voor mijn mond. De ijzige wind maakt het bijna ondragelijk buiten te zijn. Als ik mijn blik op een etalage werp merk ik hoe ik onherkenbaar ik ben. Ik zou zo een bank kunnen overvallen. Ik had beter de bus genomen. Ik kan nooit meer op tijd in het station zijn… De sneeuwt vertraagt me zo. Een zucht verlaat mijn lippen wanneer de trein uit het station rijdt. De volgende vertrekt binnen een paar uren. Ik grijp in mijn broekzak naar mijn iPhone. “Ik heb de trein gemist. Ik vertrek vanavond,” stuur ik naar mijn moeder. Ze zal niet blij zijn. Niet mijn schuld. Ik was niet van plan wat mee te nemen uit mijn kot maar nu ik nog een paar uur zal moeten wachten op mijn trein naar huis kan ik zowel nog even wat vuile was ophalen.

De sneeuw komt me nogmaals tegemoet als ik uit de bus stap. Unter den Linden. Eén van de straten die me voor altijd zullen bij blijven. Telkens opnieuw voel ik me hier zo klein. Ik blijf keer op keer versteld staan als ik tussen de bomen heen wandel. Op de hoek is er een Starbucks met uitzicht op de Brandenburger Tor. Andreas vertelde me dat een vriend hier van hem werkte. Zijn naam ben ik vergeten. Laten we daar maar eens naartoe trekken. Ik had toch al zin in iets warms. Koffie of chocomelk ofzo… Er staan een paar mensen voor mij, het is hier rustig. De muziek is duidelijk hoorbaar. Niet zoals gewoonlijk. Morgens immer müde – LAING. Mijn gedachten worden bevestigd door het refrein. In een redelijk tempo worden de klanten bediend. Er kijken mij twee bruine ogen aan, geaccentueerd door zware, zwarte make-up. “Toffee Nut Latte, alsjeblieft,” – “En je naam?” – “Tom,” Ik zie een kleine glinstering in de bruine ogen. “Ok, je mag doorschuiven,” Ik merk voor het eerst een glimlach op. Wanneer ik op het einde mijn koffie ophaal, merk ik voor het eerst dat de eigenaar van de ogen en mond een jongen is. Mijn leeftijd. Hij werpt me nog een blik. Een lieve blik. Ik ga een tafeltje uitzoeken. Ik kies eentje met uitzicht op de Tor. Ik leg mijn cursus neer. Het kan nooit kwaad wat te herhalen of samen te vatten.

Lila Wolken –Marteria. Het lied wordt langzaam luider tot ik merk dat de jongen van eerder het tafeltje naast afveegt met een vochtige doek. Hij zingt zacht mee. Hij kijkt op met dezelfde glimlach. Ik hef spontaan mijn map omhoog zodat hij ook mijn tafeltje kan schoonmaken. “Mag dit weg?” Ik knik. Als hij wilt doorgaan stop ik hem. “Zou ik…,” Ik kijk rond. Veel volk is er toch niet. Het is het vragen waard. Ik kijk op zijn naamkaartje. Bill. “Zou ik nog een koffie kunnen krijgen?” Hij kijkt me verwonderd aan. Ik denk niet dat dit de normale gang van zaken is hier. “Ja, tuurlijk,” Hij verdwijnt. Ik sluit mijn map en stop ze weg. Het wordt tijd dat ik maar eens doorga. “Alsjeblieft,” hoor ik zacht. Ik geef hem het gepaste geld. “Dank je,” Ik krijg een knipoog terug. Als hij zich omdraait, merk ik hoe strak zijn broek om zijn billen zit. Als ik ze in de boekjes zou zien, zou ik denken dat het die van een vrouw waren. Ziet er goed uit. Het zou kinderachtig zijn om te denken dat ik ze plots niet meer mooi vind omdat hij een man is. Ik kom hier zeker weer eens drinken, al is het om zijn achterkant te bewonderen, het enige dat niet bedekt is door die lelijke groene schort. In een behoorlijke tijdsspanne drink ik mijn koffie uit en sta op. Op naar mijn kot om daarna naar Hamburg te vertrekken. Normaal doe ik dit niet zo vaak. Maar omdat de feestdagen eraan komen, wil ik mijn moeder dit wel gunnen.

Reageer (1)

  • syllie1992

    Leuk verhaal :) Ik heb abo genomen.

    Snel verder (H)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen