Hoofdstuk 14
Jilliana pov
Woest veegde ik de tranen van mijn natte wangen.
Ik moest naar Sanne. Meteen begon ik te rennen en liep naar onze verblijf plaats.
Ik zag haar niet. Paniek borrelde op en ik begon paniekerig heen en weer te lopen.
'Sanne?' Schreeuwde ik. 'Sanne?'
Mijn stem sloeg over terwijl ik bijna hysterisch om me heen keek.
Mijn ogen puilden uit toen ik in de verte een soort zwart gat zag. Misschien kunnen we daar terug, terug naar huis.
'Sanne, kon te voorschijn.' Ik dacht dat ze misschien verstoppertje met me speelde. 'Doe niet zo flauw'
In de verte klonk ineens een luide schreeuw. Een gil, die alleen van Sanne afkomstig kan zijn.
Ik begon met rennen meteen nadat ik het volledig besefte. Ik keek achterom en zag het zwarte gat, waar we door heen moesten om thuis te komen, verdwijnen.
'Nee' mompelde ik zielig in me zelf. Ik kwam aan en zag Sanne in een gat staan. Blauwe mannetjes, die verder gevreesd bij ons,
Stonden naast haar en zagen er niet heel vreedzaam uit.
'Pak mijn hand' schreeuwde ik naar haar terwijl ik mijn hand uit stak.
'Jilliana?' Zei ze verbaasd me te zien. Ze pakte mijn hand en met alle kracht trok ik haar uit het gat. De blauwe mannetjes sloegen op de vlucht.
Een beetje hijgend vielen we beide naar achteren. Sanne begon van opluchting te lachen. Ik kon er niet om lachen.
Ik had net misschien wel onze laatste kans om hier weg te kunnen zien verdwijnen.
Reageer (1)
jeej, schrijf verder!
1 decennium geleden