Hoofdstuk 4.

Ik word wakker met een hele erge hoofdpijn.
Ik heb ook te veel gedronken gisteren.
Ik sta op en loop na beneden.
Het is al half 11 en iedereen is al weg.
Megan zal wel bij Hanna zijn en Susan is al aan het werk.
Ik pak een aspirientje uit de kast en stop hem in een glaasje.
Daarna drink ik het op en pak ik de krant.
Niet dat ik graag de krant lees maar wat heb ik anders te doen.
Er is niks interessants in de krant te lezen dus ga ik naar boven om me aan te kleden.
Ik trek mijn boek aan en daarna een T-shirt.
Net als ik na beneden wil lopen gaat de bel.
Ik loop na de deur en zie dat het Dean is.
Dean is mijn beste vriend maar woont een uur rijden van mij vandaan.
‘hoe is het’? vraagt Dean.
‘goed kom binnen’ zeg ik en ik laat Dean binnen en doe dan de deur dicht.
Dean gaat zitten en ik loop na de kast.
‘wil je wat drinken’?
‘ja lekker, doe maar koffie ofzo’ zegt Dean.
‘is goed’ zeg ik.
Ik pak 2 kopjes en doe er koffie in.
Ik zet de kopjes op tafel en ga zelf zitten.
‘hoofdpijn’? vraagt Dean.
‘gister teveel gedronken’ zeg ik.
‘dip’?
‘nee ben samen met Zara na een club geweest’.
‘maar het was toch uit’?
‘ja we zijn weer bij elkaar’ zeg ik.
‘oké, maar hebben jullie nog plek voor iemand in huis’?
‘ja Megan gaat bij Hanna wonen dus is er een plek vrij’ zeg ik.
‘haha weetje nog toen ik hier nog woonde in plaats van Alfie’.
‘ja toen je verliefd was op Hanna’ zeg ik ‘dat was echt lachen’.
Dan hoor ik ineens de bel gaan.
Ik loop na de deur en doe hem open.
‘hey Zara’ zeg ik.
‘hey Nathan, mag ik binnen komen’?
‘ja tuurlijk, kom binnen’ zeg ik.
Zara komt ook na binnen.
We lopen na de keuken.
‘Zara je kent Dean nog wel toch’?
‘ja ik ken hem nog’ zegt ze ‘hoe is het Dean’?
Zara gaat naast Dean zitten met haar hoofd op zijn schouder.
Misschien is Zara niet veranderd.
‘maar ken je iemand die nog een kamer zoekt’?
‘ja een goede vriendin van mij, Ava’ zegt Dean.
‘hier komt geen meisje bij wonen hoor, straks verlijd ze jou’ zegt Zara in een keer.
‘nee jij zit nu ook niet met je hoofd op de schouder van Dean ofzo’ zeg ik boos.
‘ja dus’ zegt Zara nu nog bozer.
‘jij wil elke keer een andere, ik ben er klaar mee het is uit’ zeg ik boos en wijs haar de deur.
‘maar … Nathan ik kan niet zonder jou’ zegt ze zielig.
‘je probeert het maar’ en loop met der na de deur.
Eerlijk ge zegt heb ik het er wel moeilijk mee want ik hou echt van haar maar ze is niet te vertrouwen.
‘doeg Zara’ zeg ik en wil de deur dicht doen.
‘wacht Nathan’ zegt ze en ik hou de deur even open.
‘wat is er’? vraag ik.
‘dit’ zegt ze en zoent me.
Even weet ik niet meer wat ik moet doen en ben ik van de wereld.
Zara duwt me zachtjes tegen de muur.
Dan besef ik dat dit niet goed is en duw ik Zara van me af.
‘doeg Zara’ zeg ik en duw haar na buiten en gooi de deur dicht.