Vader!!
Je zit samen met Milan op de achterbank. Jullie hebben natuurlijk wel je gordels om!
Als jullie er zijn wil je eigenlijk niet naar binnen gaan. Je weet niet wat je zal aantreffen. "Schat, waar peins je over?" "Ik weet niet of ik mijn vader wel in deze toestand wil zien. " Milan neemt je arm en trekt je gewoon mee naar binnen. "Het komt wel goed, ik ben bij je" Je moeder vraagt aan de balie waar je vader ligt want hij zou naar een andere kamer worden gebracht. Na een tijdje door het ziekenhuis te hebben gelopen zie je het nummer op een kamer deur staan. Je moeder laat jou als eerste. Je loopt de kamer binnen en ziet een oude gerimpelde vent liggen. Is dit mijn vader? Je begint te huilen. Hij is zo erg toegetakeld. Hij heeft overal slangetjes en buisjes. Dan komt de vrouw van de balie naar jou toe gerent. "Het spijt me maar dit is de verkeerde kamer. Het is de kamer ernaast, ik was in verwarring met meneer Winterpeen." Je bent aan de ene kant op gelucht en aan de andere kant niet. Stel nou dat je vader er erger uit ziet. De vrouw van de balie neemt je mee naar de goede kamer en laat jullie alleen. Milan slaat zijn arm om je heen en jullie lopen samen als eerste de kamer in. Je ziet je vader bij het raam liggen. Hij draait zich om en je bent opgelucht. Hij is nog precies die vader van jou als eerst. Hij open zijn ogen en ziet jou staan. Het eerste wat hij vraagt is: "Is dat jouw vriendje?!" Je moet lachen en Milan ook. "Ja pap en hij is erg lief" Je vader kijkt je moeder met een blik aan en die knikt. "Dan is het goed" Je wilt nog van alles aan je vader vragen en vertellen maar dan komt er een zuster binnen en die zegt dat het bezoek uur voorbij is.
Samen met Milan loop je door het park heen. Het is al donker maar nog niet zo heel laat. Jullie kwamen terug van het ziekenhuis en zijn toen naar het parkje gelopen. Het mocht van je moeder, als je maar optijd thuis was. Jullie gaan op een bankje zitten zoenen. Je houd zoveel van Milan. Je wilt hem gewoon never nooit meer kwijt. Ineens zie je allemaal felle lichten. En een tering herrie. Je ziet dat er allemaal politie agenten aan komen rennen. Ze roepen door een luidspeaker: " Kom van dat bankje af en met je handen omhoog, laat alles vallen" Jullie keken om je heen maar wisten niet voor wie het anders bestemd zou zijn. Jullie doen wat ze vragen en de politie agenten doen handboeien om jullie polsen. "Heee!! Wat hebben wij fout gedaan?!" Roep Milan kwaad. De politie stopt ons in een busje en neemt ons mee naar het politie bureau.
"Nee! Ik weet daar niks van!" Roept Milan kwaad. "Ik was er niet bij betrokken en Sindy ook niet!!!" "Ik vraag het nog een keer: Wat hadden jullie te maken met de wapen handel?" Milan houd stijf zijn lippen op elkaar. Ze halen Sindy erbij. "En wat weet jij van de wapen handel, en waarom handelde een jonge dame zoals jij samen met haar vriendje in wapens? En hoe komen jullie aan die wapens?" "He? Wat ? Wapens?" "Ja, in de vorm van een ingepakt rechthoekig cadeautje!" Je schrikt. Zaten daar wapens in? Je stort uit mekaar. En vertelt hun het hele verhaal. Over Bill en al die gansters. En dat je helemaal geen idee had wat er in zat. "En het aller belangrijkste is dat Milan er niks mee te maken heeft! Hij wilde me beschermen en ik heb ook niet bewust met wapens gehandeld. U zou Bill moeten aanpakken!!!" Je word boos over Bill. Je haat hem je haat hem je haat hem!!!
"Sindy, ik hoorde wat er is gebeurt!! Je handeld met wapens. Het komt door je vriendje Milan!!! Ik verbied het je om nog langer met hem om te gaan!! Je maakt het uit en je krijgt hem nooit meer te zien!!!!" Je moeder is boos.
En jij bent heel verdrietig. Je kan niet zonder Milan. Hij is je alles. Je vertrouwde hem en Milan heeft niks slechts in de zin. Het was Bill. Hij was het niet Milan!!
Reageer (3)
ochermm,,, NuMoetzeSttiekemNaarMilanGaan:X
1 decennium geledenSpannend hoor!
1 decennium geledenSnel verder schrijven!
Zo erg! Maar wel mooi geschreven!
1 decennium geleden