Hoofdstuk 1
Het is een druiperige dag, er zit een meisje dromend uit het raam van haar school te kijken. Het regent. Voor haar zit Maarten met zijn beste vriend Lyon. De lerares Nederlands legt iets uit over de feestweek die er aan kwam. ‘Het is heel belangrijk dat je in je eigen kleur komt, het is leuk als je iets met 40 in je kleding heb want daar kan je pluspunten mee verdienen’ ja, het was zo de school bestaat 40 jaar deze maand. Ik luister niet, ik kijk naar Maarten. Niemand weet het maar ik was verliefd op hem. Niemand weet het omdat dat ik met Robin heb. Hij doet al de hele tijd raar sinds de vakantie afgelopen was. Mijn beste vriendin Layla zit naast me en stoot me aan. ‘He, Mallisa let je wel op?’ Ik knik. Ik kijk weer naar buiten. Op dat moment gaat de bel. We pakken onze spullen en gaan naar de aula. Daar zit hij dan Robin, de meest populaire jongen. Hij gaat met een ander zeggen mijn vriendinnen ik geloof ze niet. Layla komt naast me zitten en zegt ‘Ik heb gehoord van hem dat hij het wil uitmaken’
Ik kijk haar geschokt aan, dat meen je toch niet?, hij het perfecte vriendje wilde me niet meer! Ik kijk zijn kant op. Zijn perfecte gezicht zo mooi als altijd kijkt op en glimlacht naar me. Ik kijk weg en bloos. Op dat moment vind ik mezelf stom bezig. Maarten komt naar ons toe ‘Hoi, Mallisa ik hoorde dat Robin het gaat uitmaken? Dat is echt balen voor je’
‘Ja, ik weet het maar ik geloof het niet echt’ hij kijkt me raar aan en loopt weg. ‘Wat een rare jongen is het toch’
Dat is Niny niet geliefd bij de meeste mensen, maar ik mag haar wel. Ze woont bij mij in de straat. Ze zit naast Mariesia de beste vriendin van Kina die aan de andere kant van mij zit. We pakken ons eten en beginnen over jongens te praten. Ik was de enige van de groep die een vriend had. Dat was soms wel irritant want dan gingen ze ‘Speklapjes spotten’ zo als zij dat noemde. Achter jongens aanlopen en kijken hoe ze reageerde en er op wezen. Ik ging soms mee, gewoon voor de lol. Maar binnenkort ging er iets veranderen ik voelde het. De bel ging voor het 3de uur. De gangen waren een drukte van jewelste. We konden er net door. ‘Al die 2de klassers ook’ zei Kina ‘Ja’ zei ik. We rende naar het beeldende vorming lokaal. Dat boven aan het einde van de gang was. Mevrouw van Morens keek ons raar aan toen we met rode hoofden de klas binnen kwamen. Kina en ik gingen bij Mariesia zitten. We waren bezig met een logo maken. De mijne was al bijna af, en ik zelf vond hem heel erg lelijk. Ik liep naar mevrouw van Morens en vroeg of we nog een stuk hout hadden. ‘Nee’ antwoorde ze nors. Ik liep naar de restjesbak toe en begon te zoeken naar een ander stuk hout dat ik kon gebruiken. Ik liep weer terug naar mijn plek. Kina die naast me zit zei net iets tegen Layla. Wat een geheimzinnig gedoe altijd meestal vertelt Layla met het wel dus ik wacht rustig af. Vijf en veertig minuten later ging de bel. Layla sleurde me mee naar de WC. ‘Oh deze keer is het wel weer raak hoor. Het wordt wel elke keer steeds serieuzer. Wil je het weten?’
‘Ja Layla ik wil het echt weten’
‘Nou oke dan je weet dat Robin het wilt uitmaken, nou Kina is dus ook verliefd op hem!’
‘Wat sinds wanneer?’ op dat moment komen Kina, Niny en Mariesia binnen. Layla houdt meteen haar mond. ’Hoi meiden’ zeg ik. ‘Hoi’ antwoorde ze in koor. Layla trekt mij weg. We lopen naar beneden, ik kreeg opeens een idee kreeg
‘Waarom zend ik hem niet gewoon een Sms’je?’ dat is een goed idee vind ik zelf dus pak ik mijn mobiel. ‘Nee’ zegt Layla ‘Je moet het nog even een dagje aan kijken het is Maandag dan heeft bijna niemand zijn dag’ Ik geef haar gelijk en we lopen naar de Aula. Daar zitten de meiden al aan tafel. Ik pak mijn eten en ga zitten, opeens valt er een eigenaardige stilte. ‘Waarom zijn jullie zo stil?’ vraag ik. Layla fluistert in mijn oor ‘Kijk eens wie er achter je staat’ daar staat hij dan zo goddelijk als altijd, Robin. Ik sta op en omhels hem. Hij kijkt mij aan en fluistert in mijn oor ‘Die geruchten die ze zeggen zijn niet waar, ik hou van je met heel mijn hart’ ‘Waarom ontliep je me dan?’ fluister ik terug ‘Dat deed ik niet ik was boven ik moest even praten met meneer de Wit’ ‘Oh liep die oude man weer te zeiken?’ ‘Ja zoals gewoonlijk’ ik gniffel en ga bij hem op schoot zitten.
Er zijn nog geen reacties.