(M'n droom)
Ik zit in een gekropen in een hoekje met mijn hoofd tussen mijn knieën. Ik durfde niet te kijken. Maar naar wat? Ik keek op en zag dat er een spiegel voor mijn neus stond. Ik keek er naar maar het was mijn spiegelbeeld niet. Het was van een draak met glinsterende zwarte schubben en met grote rode vleugels en rode schuinstaande ogen waarbij hij daarmee mensen kon doden. Ik vond het raar dat dat mijn reflectie was. Omdat toen ik naar mij zelf ging kijken zag ik normale handen en lichaam. Ik kon ook zien dat de spiegelbeeld precies het zelfde deed als wat ik deed. Elke beweging was gelijk die spiegelbeeld was van mij. Als ik weer opkeek keek ik diep in de ogen van de draak. En mijn droom stopte.

Deze droom kreeg ik steeds vaker nu bijna iedere nacht. Ik wist niet wat ik er mee moest of hoe ik ervan af kan komen. Was die reflectie in de spiegel mijn echte spiegelbeeld. Ik hoopte van niet. Ik kan me niet veroorloven dat ik dat word. Of ben. Zo ja. Zal ik dan nog zelf denken zonder dat ik iedereen op mijn pad zal gaan vernietigen. Ik smachtte naar het antwoord maar die krijg ik niet. Ik moest wachten. Wachten op een nieuw stap van de transformatie. De stap naar mijn nieuw ik. Mijn nieuwe leven.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen