27.

Rose:
Ik was verward. Ik had me stom gedragen. Ik had me weer eens laten gaan. Was ik niet vertrokken om Draco te vergeten? En nu was het allemaal voor niks geweest.
Ik zat in de Toverdrank les en staarde wazig voor me uit. Draco was er niet. Ik zat alleen aan de tafel. Patty park zat aan het andere eind, maar ik praatte niet met haar. Ik merkte dat ze stiekem naar me keek. Zodra ik haar aankeek, keek ze me vals aan en draaide zich weer om.
Waar was Draco? Was hij ziek? Dat kon toch niet. Misschien dacht hij er hetzelfde over als mij. Dat hij een fout had gemaakt. En dat hij me nu niet onder ogen durfde te komen.
Pff..Ik weet het niet meer hoor. Wat moet ik nou met hem? Ik vond hem leuk, dat was duidelijk. En hij mij ook, toch? Tenminste, na wat hij gister had gezegd, zou je toch denken van wel.
Draco:
Verdomme. Die stomme opdracht ook. Het lukte me niet. Ik kon de kast niet repareren. Ik trapte er tegen aan en de pijn schoot door mijn been. Ik had er meteen spijt van. Maar gelukkig dacht ik niet aan Rose. Ze was de rest van de ochtend in mijn hoofd geweest. Ik was verliefd. Ik wilde haar vasthouden, zoals gisteravond. Het voelde goed. Ik wilde haar zien, maar ik moet eerst proberen de kast te repareren. Anders kreeg ik problemen met de Heer van het Duister.
Jezus, waarom werkt die kut kast niet mee?
Ik sloeg er met mijn vuist tegenaan, maar er gebeurde niets.
Rose:
De bel ging. Snel pakte ik mijn tas en haastte me het lokaal uit. Ik ging Draco zoeken. Maar waar kon hij zijn?
Snel holde ik naar de Grote Zaal, maar hij was nergens te bekennen. Buiten misschien? Terwijl ik plaatsen bedacht waar hij kon zijn, rende ik naar buiten. Hij was niet buiten.
Treurig liep ik weer naar binnen. Ik wilde hem zien, ik miste zijn aanwezigheid.
Terwijl ik de hal weer binnenliep, hoorde ik iemand mijn naam roepen. Draco.
Ik schrok me dood.
Hij liep naar me toe.
'Rose.' zei hij.
Ik pakte zijn arm en trok hem mee in een nis. Niemand mocht ons zien. Dit moest geheim blijven.
'Wat is er?' vroeg hij.
'Niemand mag het weten.'
'Waarom niet?'
'Omdat het niet goed is.'
Hij leek het niet te snappen.
'Laat maar. Zorg gewoon dat niemand iets ontdekt, oké?'
Hij knikte.
'Waar was je tijdens Toverdranken?'
'Ik was..euhm..'
'In de kamer van Hoge Nood?' giste ik.
Zijn ogen werden groot van schrik.
'Hoe weet je dat?' vroeg hij angstig.
'Ik weet alles van jou missie, remember?'
'Owja..' Even keek hij naar de grond.
'Weetje, het is niet eerlijk.'
'Wat is niet eerlijk?' vroeg ik verbaasd. Dat had ik beter niet kunnen vragen.
'Waarom weet je alles van mij en ik niks van jou?'
Wat moest ik zeggen?
'Ik kan er ook niks aan doen. Ik beloof je dat ik het je uiteindelijk zal vertellen, maar de tijd is nog niet rijp.'
'Rijp? Hoe bedoel je? Waarom kan je het me niet gewoon vertellen?' Een beetje van zijn aroogantie kwam terug.
'Ik kan het je niet vertellen. Het spijt me.'
Ik liet zijn hand los en liep weg. De trap op, naar de Zevende Verdieping.
Reageer (3)
ASAAAAAH SNEL VERDER(hoera)
1 decennium geledenaaahh!!
1 decennium geledenecht super;)
snelverder
X
Aaaaah leukleukleuk :'D
1 decennium geleden