54~
Ohhh en ik weet niet of jullie Once Upon a Time kennen maar dat is echt een geweldige serie! Ik raad het jullie echt aan die te gaan kijken! Veeeeel sprookjes enzo! En ik schrijf samen met Fennec een fanfiction over die serie, het heet In books we belong! Als je je verveeld moet je het zeker eventjes lezen (;
xx
‘Koekje?’ Ik schud mijn hoofd. ‘Uitleg,’ dring ik aan. Ik hoor een grinnik van links komen, William, terwijl mijn oma knikt. ‘Je hebt groot gelijk, Belle. Je verdient uitleg,’ zegt ze terwijl ze weer terug in haar stoel gaat zitten en de schaal koekjes op de tafel zet. Mijn blik vliegt van Oma naar William en weer terug. Oma schraapt haar keel en zet een lieflijke glimlach op. ‘Goed. Het boek dat jij bezit, heb je van mij gekregen. Het is geen gewoon sprookjesboek, maar daar ben je denk ik nu al wel achter. Het boek is een portaal naar de sprookjeswereld. Een wereld die echt bestaat. Niet vele kunnen van de ene wereld naar de ander reizen, maar jij en ik kunnen dat wel. Het spijt me dat je moest denken dat ik dood was, maar dat was de enige manier om voor eeuwig hier mijn leven op te bouwen. Misschien kunt u haar wat meer vertellen over deze wereld?’ sluit mijn oma vragend af terwijl ze William aan kijkt. William begint met praten, ik kijk hem niet aan, mijn gedachten zitten nog bij wat oma zei. Het spijt haar dat ze haar dood heeft opgezet, maar heeft ze enig idee hoe dat was? Hoe de enige die ik vertrouwde van de ene op de andere dag weg was? Hoe heeft ze dat kunnen doen? Waarom wou ze naar deze wereld? Was de gewone wereld niet goed genoeg? Was ík niet goed genoeg? ‘Belle?’ Ik kijk op naar William die een bezorgd gezicht trekt. ‘Was je weer in gedachten?’ Grijnst hij. Ik knik maar hou mijn mond als een vlakke streep. Ik heb geen zin in dit gezeik. Hoe mooi het hier is, hoe goed het hier is, hoeveel beter het hier is. Ik wil het niet weten, want dat doe ik al. Heel mijn leven heb ik verlangt naar hier. Verlangt naar een wereld die ik mijn thuis kan noemen. En toch, het enige wat ik nu wil is gewoon weer op mijn kamer zijn. Dromen over de verhalen die ik lees in mijn boek. Verlangen naar meer.
Belle, focus. Je maakt jezelf gek. Je maakt jezelf helemaal depressief zo. Ik zucht hardop wat de aandacht van oma en William trekt. Ze stoppen hun conversatie en kijken me vragend aan. ‘Ik ga even wandelen?’ zeg ik vragend. Onzeker sta ik op en draai ik me snel om. Met grote passen loop ik het pad af. De eerste weg neem ik meteen links, vanaf daar zet ik het op t rennen. De jurk trek ik een beetje omhoog zodat ik grotere stappen kan nemen. Ik twijfel nog even als ik voor een groot doolhof sta. Erin gaan? ‘Ah, schijt,’ mompel ik terwijl ik het doolhof in loop. Links? Rechts? Rechtdoor? Ik besluit links te gaan. Ik til mijn jurk weer een stuk op, wat een lastig ding. Ik glip een opening door naar rechts. Tot mijn grote ergernis is dit ook weer doodlopend. ‘En, weer terug,’ mompel ik terwijl ik me omdraai. Ik maak een hoog piep geluid als ik ontdek wat er voor mijn voeten op de grond ligt. ‘No-way,’ zeg ik verbluft. Ik ga door mijn knieën en pak het briefje op. Hoe komt dat nou hier? Damn. Ik kijk schichtig om me heen. Niemand te zien. Het is stil. Wacht. Voetstappen? Ik hoor ze! Ik spring op en sluip richting het voetstap geluid toe. Waarom naar het gevaar toe lopen? YOLO, toch? Van binnen geef ik mezelf een reeks peptalks terwijl het voetstappen-geluid harder wordt. Het lijkt ook wel of het geluid zich niet verplaatst. Met een hartslag die vijftig keer te snel gluur ik om een van de grote hagen heen. Snel trek ik me terug. Tapdans? Dát had ik niet verwacht. Oh ja, en een dwerg is ook niet echt iets wat je verwacht. Ik gluur nogmaals. Een kleine grinnik ontsnapt uit mijn mond. Shit, Belle! De dwerg stopt met tapdansen en staart me met grote ogen aan, voordat hij het op het rennen zet. ‘Wacht!’ schreeuw ik hem na. Ik trek mijn jurk weer een stuk omhoog en zet de achtervolging in. Mijn ogen blijven gefocust op de dwerg. Hij maakt veel schijnbewegingen maar uiteindelijk bereikt hij de uitgang van het doolhof, en ik dus ook.
De andere kant van dit doolhof is compleet anders dan de tuin van William. De hoge bomen geven zoveel schaduw dat je zowat een zaklamp nodig heb om alles goed te kunnen zien. Het rennen wordt nu iets lastiger door alle losse takken en stenen op de grond. De dwerg is nu erg dichtbij, aangezien ik sneller ren dan hem. ‘Hè!’ Roep ik voor de zoveelste keer naar hem. Ik moet flink afremmen als de dwerg plots stopt met remmen. Ik wijk uit naar links om niet op hem te botsen en hem te pletten met mijn grote lichaam. We hijgen beide uit en wisselen wat blikken voordat hij begint te praten. ‘Dat, heb je niet gezien,’ zegt hij nors. Ik frons. ‘Wat heb ik niet gezien?’ Vraag ik hem. Zou hij het over het tapdansen hebben? ‘Dat ene in het doolhof,’ sist hij zacht. Ik maak een “ohh” geluid. Dus toch het tapdansen. ‘Ik ben Belle,’ stel ik mezelf voor met een uitgestrekte arm. Hij schudt mijn hand en stelt zich voor als Grumpy. ‘Grumpy, vanwaar die naam?’ Vraag ik uit pure interesse. Het enige wat ik terug krijg is een grom. Aha, dat verklaart. Grumpy begint weer met lopen, een einde van ons korte gesprek. Ik besluit hem te volgen, dat doolhof wil ik liever niet weer in. Ik voel aan het bandje van mijn bh, waar ik het briefje tussen had geschoven. Gelukkig is het er nog. Of nouja, gelukkig? Ik had het liever niet weer terug gezien. Iets zegt me dat dit briefje meer ongeluk brengt dan geluk. In de verte komt een klein huisje in zicht. Er komt een grote pluim rook uit de schoorsteen en er is vanaf hier al gefluit te horen. Het komt erg bekend voor. Ik sla mezelf letterlijk voor mijn kop. Tuurlijk! Het sprookje van sneeuwwitje! ‘Hoe is het met sneeuwwitje?’ Vraag ik Grumpy, die inmiddels weer naast me loopt omdat ik hem in drie passen al weer had ingehaald. ‘Sneeuwwitje?’ Bromt hij vragend. Overdreven knik ik. ‘Het meisje dat jullie opvingen? Samen met de zes andere dwergen?’ Geef ik als hints. Grumpy blijft staan en knijpt zijn ogen samen. ‘Hoe weet jij van de zes andere dwergen?’ Vraagt hij terecht. ‘Dat heb ik gelezen,’ antwoord ik snel. Shit, hoe red ik me hieruit? ‘Ohhhh, Grumpy!’ Hoor ik een vrolijke stem in de verte zeggen. In de deuropening staat een dwerg die ik herken als Happy. Hij wuift vrolijk terwijl zijn mutsje op en neer gaat. Ik wil een stap naar voor zetten maar een klein beentje houdt me tegen. Ik trek mijn wenkbrauw op. ‘Ik ben te vertrouwen, geloof me,’ overtuig ik hem. Een grommend geluid vat ik op als een “ja”, en ik neem nog een paar stappen in de richting van het huisje.
‘En toen werd je wakker gekust?’ Met grote ogen kijkt Happy me aan. Ik knik en een paar “aww” geluidjes verlaten de tafel, natuurlijk laat Grumpy een zucht los. ‘Dat is werkelijk wonderbaarlijk,’ constateert de dwerg die zich Doc noemt. Ik knik wat verlegen en neem nog een slokje thee uit het kleine kopje. ‘En nu?’ Vraagt Sneezy terwijl hij op zijn stoel heen en weer schuift. Ik haal mijn schouders op. ‘Terug gaan, denk ik. En kijken wat deze wereld me te bieden heeft?’ Het laatste komt er iets wat verdrietig uit, hopen dat ze dat niet door hebben. ‘En je ouders dan?’ Vraagt Sleepy, waarop ik weer mijn schouders op haal. Mijn ouders. Tja, daar had ik nog niet zo aan gedacht. En mijn broertjes. En… Monroe. Ik zucht hardop. ‘Vind je iemand leuk?’ Vraagt Bashful met rode wangentjes. Uit de verhalen weet ik dat hij altijd zeer verlegen is, dat hij me iets vraagt is dus een wonder. Al snel matchen mijn wangen die van Bashful. Zo rood als tomaatjes. Ik schud vlug mijn hoofd maar er is nu geen weg terug meer. ‘Wie dan?’ Vraagt Happy terwijl hij hyper op zijn stoel op en neer gaat. Mijn blik valt op de klok. ‘Is het al zo laat?’ Denk ik hardop. De dwergen kijken ook op de klok maar halen hun schouders op. ‘Is dit soms wat ze noemen “de ontkenningsfase”?’ Hoor ik Sneezy aan Doc vragen. Ik onderdruk een grinnik en drink snel het laatste beetje thee op. ‘Jongens ik moet echt gaan. Wil iemand me de weg door het doolhof wijzen?’ Mijn blik rust op Grumpy, die mijn blik behendig ontwijkt. ‘Grumpy?’ Dring ik aan. Hij zucht en kijkt me dan aan, een kleine knik bevestigt mijn weg terug. Ik groet alle dwergen en beloof terug te komen. Ik ben benieuwd waar sneeuwwitje is, ik hoop dat ik haar ooit ontmoet.
De weg terug is stil, op het breken van takjes na dan. Als we bijna aan het einde van het doolhof zijn haalt het geschraap van een keel me uit mijn gedachtes. ‘Dus, wie vind je leuk?’ Vraagt Grumpy plotseling. Ik zucht. ‘Ik weet het niet precies,’ zeg ik oprecht. Een “hmm” geluid vanuit Grumpy’s richting beëindigt het gesprek. Het grote bord met “Einde” brengt een grote glimlach op mijn gezicht. Ik heb echt honger! Ben benieuwd wat ze hier zoal eten. Ik wil door lopen maar een kleine hand houdt me tegen. ‘Ik ga nu weer terug,’ zegt Grumpy terwijl hij vlug mijn hand los laat. Ik knik en buk om hem een knuffel te geven. Blijkbaar is Grumpy daar niet zo van gediend en springt een stukje achteruit. ‘Wat? Geen knuffel?’ Vraag ik hem beschaamt terwijl ik nog op mijn hurken zit. Hij schudt vluchtig zijn hoofd. Ik haal mijn schouders op en ga weer recht staan. ‘In ieder geval erg bedankt. Ik had de weg niet zonder je terug kunnen vinden,’ ik schenk hem een glimlach voordat hij zich omdraait en weer terug de schaduw in verdwijnt. Ik draai me om in de richting van het grote kasteel. Zullen ze boos zijn? Ik bedoel, ik heb gezegd dat ik een stuk ging wandelen. Het is niet zo dat ik weg ben gelopen of iets. En trouwens, ik ben volwassen, ik weet écht wel wat ik- ‘Belle!’ Mijn hoofd schiet naar rechts waar een gevaarte op me af komt rennen. Ik doe een paar stappen achteruit voordat ik volledig omklemt wordt door twee gespierde armen. ‘Hoi,’ piep ik zacht.
Reageer (4)
GRUMPY!!!!!!!!!!
1 decennium geledenik hou van de zeven dwergen!!!!! <3
heel snel verder tis echt geweldig!!
dikke knuff xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
geconduleerd met je hammie
1 decennium geledenEn wauw, ik wil alles weten over dat sprookjes rijk (ik krijg zin om in mn sprookjesboek dat op mn kamer ligt te springen en ook in sprookjeswereld te komen)
Gecondoleerd met je hamster
1 decennium geledenSneezy en Bashful
Ahw, arme hamster....
1 decennium geledenDe muis van m'n zus is trouwens ook dood gegaan
Snel verder, het was weer super geschreven!