Uit de hemel gevallen
Het wordt dan opeens heel moeilijk de
De grond knartste onder haar huid. Zand gaf haar een droge smaak in de mond. Opeens drukte er iets tegen haar schouders. Ook zat er een of andere gek in haar oor te schreeuwen. Ze kon het niet verstaan, het bezorgde alleen een ontzettende hoofdpijn. 'Stop het', siste Denise.
Falco schrok op. Had hij haar nou echt horen praten? Dus zij leefde? Wacht, wat moest hij stoppen?
'Stop wat?', vroeg de jongen bezorgd.
'Dat geschreeuw', kreunde zij; 'Mijn oor doet pijn'
Als dat alles was. 'Natuurlijk', zei Falco snel. Hij kroop ietsje achteruit.
Haar armen voelden aan als lood, maar ze waren stevig genoeg om Denise op te drukken. De grond, die zich haar gezicht gedrukt had, verdween. Denise kon de omgeving weer zien. Ze waren een heel eind verderop geraakt.
'Falco, waar zijn we?', vroeg Denise terwijl zij de omgeving in zich op nam. De verraderlijke bloemen waren nergens te bekennen. 'Geen idee', antwoordde Falco.
'Hoe hadden jij en Romé mij in eerste instantie gevonden?'
'Met een elfenkaart', wist Falco.
'Heb jij die nog?', wilde Denise weten. Falco haalde een rol uit zijn zak. Nog voordat hij hem kon uitrollen, griste Denise hem. Ze hield hem voor zich. 'Laat zien waar Romé is'
Niks gebeurde. Hoofdschuddend pakte Falco de kaart terug. Hij deed precies hetzelfde maar bij hem werkte het wel. Hij zag het huis. Een klein hutje van buiten, maar een paleis aan de binnenkant. De zon stond er recht boven. Donderwolken maakten het echter om de zon te zien. Falco wees naar het noorden.
'Die kant op!'
Met lichte tegenzin strompelden ze naar het noorden.
'Had je trouwens niet eerder kunnen zeggen dat je dit ding had?'
'Jij wilde dat wij jou volgden'
'Nou, mijn vers geplette vossenneus werkt niet zo perfect als net'
'En ik wist niet zeker waar we naar op zoek moesten eerst'
'Nou, sporen blijven ook niet zo lang goed.'
'Ga je me nog bedankten?', vroeg Falco die genoeg had van het onzinnige gemopper.
Denise negeerde hem en zette de pas er stevig in. Falco begreep dat hij nog lang zou kunnen wachten. Ze liepen door tot de aarde begon te trillen. De twee keken elkaar raar aan. In Nederland, al zeker in Utrecht, zijn aardbevingen niet bepaald normaal. Maar in dromen...
'Nog iets uit jouw droom ontsnapt?', mopperde de jongen.
'Nee', zei Denise kortaf. 'Ik heb alleen maar Emily en Melanie gezien. Volgens mij zitten zij ons achterna. Wist jij dat die twee naar ons op zoek zijn?'
Ondertussen beefde niet de grond, maar de lucht bij Olivier en Emily. Het viertal hield hun ogen stijf op de hemel gericht. De sterren die hoog boven hen stonden, begonnen te groeien. Of, niet groeien, ze kwamen dichterbij. De grond en omgeving werd lichter terwijl de vuurballen naderden. Ze konden het geruis al horen, maar alsnog beleven zij als versteend staan. Olivier kon zijn ogen gewoon niet geloven.
'Buk', gilde Melanie; 'Ren!'
Als een dolle schoot zij de bosjes in. Het duurde even voordat Olivier doorhad wat er gebeurde. Een komeet vloog recht op hem af. Plots werd hij door meneer de Bruin vastgegrepen. Meneer de Bruin trok de jongen aan de kant, uit de weg van de bewegende ster. Met een klap knalde de ster op de aarde in. Vuur ontsprong aan weerszijden van de gloeiende steen.
Voorzichtig veegde Emily de takken opzij. Gelukkig was zij niet geraakt. Net toen zij opgelucht wilde zuchten, hoorde zij een gil. Voordat zij het wist vielen meer en meer sterren uit de hemel. Ze begon te rennen, maar er was geen ontkomen aan. Ze was omgeven door vlammen. Zelfs boven haar dreigde het vuur.
Reageer (1)
Hahaha, oeps Al heb ik zelf een personage die qua uiterlijk is gebaseerd op zo'n jongen die ik ken. Dat levert ook nog wel eens aparte momenten in mijn hoofd op :')
1 decennium geledenMaar wow, die dromenwereld is best wel apart, waarom vallen de sterren opeens uit de lucht?
Snel verder!