Chapter 13
comments?
Het is avond. Ik zit samen met pap in de woonkamer. Ik ben weer terug naar huis gekomen. Ik voel me nu een stuk rustiger. Op mijn gemak zit ik een boek te lezen, van de bieb. Het gaat over een jongen die geadopteerd is, maar dat weet hij niet. Maar hij krijgt allemaal visioenen uit het verleden, van zijn echte ouders. Dat zet me aan het denken. Is pap ooit met me in een bebost gebied geweest? Hebben we ooit in een dorp gewoond? Daar staat me wel vaag iets van bij. Een dorpje, bij bergen, en een rivier. Of zijn we daar een keer op vakantie geweest? Misschien toch eens vragen. 'Pap?' vraag ik hem. Hij kijkt op van zijn krant. 'Ja, lieverd?' 'Zijn wij ooit ergens op vakantie geweest, bij bergen? Daar valt me nu iets van in.' Hij slaat zijn krant dicht. 'Nee, daar zijn je moeder en ik nooit naar toe geweest. Jij wel.' Verbaasd kijk ik hem aan. 'Pap, het is volgens mij niet Alaska, want dat was in Middle School, en dat kan ik me nog goed herinneren.' 'Het was ook niet Alaska, het was een dorpje Servië.' Waar heeft hij het over? 'Wanneer ben ik naar Servië geweest? Daar kan ik me niks van herinneren.' 'Zo te horen, toch wel.' Hij gaat rechter zitten. 'Lieverd, er is iets, wat ik je moet vertellen. Iets wat ik je eigenlijk wilde vertellen, als je ouder was. Maar je herinnert je dingen. Dat heb je je hele leven al gedaan. En altijd wist ik me eruit te lullen.' Ik kijk hem aan. 'Pap, ik snap het niet.' Hij legt zijn krant weg, en ik leg mijn boek weg. 'Voordat ik het je uitleg, wil ik je alleen zeggen, dat ik zielsveel van je houd. Je betekent de wereld voor me. En ik snap het, als je hierna boos bent, en verward. Dat zou ik ook zijn. Maar ik ben niet je vader. Althans, niet je biologische vader.' Met grote ogen kijk ik hem aan. 'Ik ben geadopteerd?!' Hij knikt. 'Ja, dat klopt. Iets minder dan 16 jaar geleden, hebben je moeder en ik je geadopteerd. Zelf konden we geen kinderen krijgen. Ik heb traag zaad, en ook je moeder was niet heel erg vruchtbaar. Eerst hebben we het kunstmatig geprobeerd. Dit hebben we 2 keer geprobeerd, en ze kreeg beide keren een miskraam. Daarna hebben we een koppel gevraagd om een kind voor ons te krijgen, en dat geprobeerd. Ook dat ging fout, want ze ging er uiteindelijk zelf met het kind vandoor. En omdat we wettelijk niks geregeld hadden, hadden we dus ook geen poot om op te staan. Het was wettelijk gezien hun kind. Je moeder was er kapot van, en ik ook. Toen zijn we overgestapt op adoptie. Na een procedure van bijna 2 jaar, om een vergunning te krijgen, zijn we naar weeshuizen gaan kijken. We kwamen uit bij het toenmalige Servië en Montenegro. Daar kwamen we in contact met een jonge man, van ongeveer 20. Hij was niet ouder dan 23. Servië was in die tijd, een gevaarlijke plaats, met veel rellen en aanslagen. Hij was net dakloos geworden, en zijn vriendin van 19, was ervandoor met een andere man van 33. Het enige wat hij nog had, waren zijn kleren, en zijn kindje. En dat kindje, dat was jij. Hij verbleef in het weeshuis. Dankzij zijn oom, mocht hij daar een paar weken blijven. We hadden medelijden met hem. Hij was totaal radeloos. Hij was dakloos, had geen werk, maar wel een kind. Door alle rellen, kon hij de stad niet uit. Ik zie hem nog zo zitten. Hij had jou in zijn armen. Je lag te slapen. Hij was helemaal op. Ik heb wat met hem gepraat. Hij sprak zijn talen heel erg goed. Hij vertelde me, dat je een ongelukje was. Het was nooit zijn bedoeling geweest, om zo jong vader te worden. Hij vertelde me, dat hij bang was. Bang, dat er iets met zijn dochter zou gebeuren. En toen vroeg hij het. Hij vroeg, of wij je misschien wilden adopteren, zodat jij tenminste wel nog een goed leven had. Zodat hij zich over jou, geen zorgen meer hoefde te maken. Ik wist, dat ik je niet achter kon laten. Dus toen hebben we je meegenomen. En je bent bij ons gebleven.' De tranen lopen over mijn gezicht. Ik kan het niet geloven. Ik ben geadopteerd? Ik kijk naar mijn schoot, en pruts aan mijn haar. 'Ik snap dat dit moeilijk voor je is.' 'Waarom heb je het me niet al eerder verteld?' 'Omdat ik het niet over mijn hart verkreeg. Je schonk ons zoveel vreugde. Ik wilde je niet kwijtraken.' Ik veeg mijn tranen weg. 'Wat is met mijn vader gebeurd?' 'Voor zover ik weet, heeft hij werk weten te bemachtigen, en een huis gekregen. Het is een wonder, dat je er zelf niet bent achtergekomen. Je lijkt heel veel op hem. Hij was zelf heel muzikaal. Hij speelde 8 muziekinstrumenten, op hoog niveau. En kijk naar jou. Je hebt zoveel talent op muzikaal gebied. Dat heb je niet van mij, en ook niet van je moeder. Je bent ook erg slim voor je leeftijd. Dat heb je misschien zelf niet door. Toen je nog maar een peuter was, was je al erg pienter. Je moeder en ik wisten soms niet wat we met je aanmoesten. Snoep en koekjes hoefden we niet te verstoppen, dat had je zo gevonden. Je bent sterk, en veerkrachtig. Je bent een vechter. Er zit een vuur in je, Haley. En dat had je vader ook. Hij zat misschien in een verschrikkelijke situatie, maar hij bleef vechten. Denk niet dat hij je zomaar heeft weggegeven. Niks is zo erg, als een kind verliezen. We hebben nog een paar jaar contact met hem gehad. Ik weet niet hoe het nu met hem gaat. We hebben het contact verbroken.' 'Waarom?' 'Je moeder wilde het niet meer. Je was nu ons kind, en het ging hem niets aan, hoe het met je ging. Ik heb hem nog een keer een brief gestuurd, en antwoord ontvangen. Toen was het over.' 'Maar, dan kan ik hem dus nooit meer terugvinden! Zijn jullie helemaal achterlijk!? Het is mijn vader! Hij is mijn biologische vader, dus hij heeft het volste recht om me te zien!' Ik sta op, en storm naar mijn kamer.
Er zijn nog geen reacties.