O4 | Oliver Wood
Nadat Percy naar de slaapzaal was gegaan liep ik naar Alec, Mason en David. Ze waren - gelukkig - gestopt met hun gesprek over voetbal en speelden nu knalpoker. Ik plofte neer op een stoel. Ze waren net klaar met het potje.
"Vond je het zo saai bij ons?" vroeg Mason.
"Fred had nieuws over Quidditch. Dat is veel interessanter dan voetbal." antwoordde ik naar waarheid. Over Quidditch kon ik uren praten zonder dat ik verveeld raakte.
"Ik snap niet wat je zo erg aan voetbal vindt, het is praktisch hetzelfde als Quidditch. Maar dan zonder het vliegen, en je doet het met de voet.' zei Alec. En de Bludger, Snitch en nog een heleboel andere dingen, dacht ik in mezelf.
"Zelfs Jenna vind het leuk, en zij doet ook aan Quidditch." Dat was waar. Jenna mijn zusje, speelde in het Quidditch team van Ravenclaw én vond voetbal helemaal geweldig. Ik haalde mijn schouders op.
"Als jij daar drie jaar geleden niet over begonnen was, had ze het waarschijnlijk helemaal niet leuk gevonden."
"Nog een potje?" Onderbrak Mason onze discussie, hij wilde gewoon knalpoker spelen. David schudde zijn hoofd beslist.
"Jij wint elke keer. Ik ga slapen." Hij stond vervolgens op en liep weg, zonder op een antwoord of iets dergelijks te wachten.
"Ik doe wel mee." zei ik, ik had ook geen zin om naar beneden te gaan en wilde wel eens kijken hoe goed ik was.
Na drie potjes stopte ik. Mason was té goed. "Ik ga ook slapen." zei ik. Mason knikte even en legde de kaarten weer goed neer.
"Doe jij nog wel mee?" vroeg hij aan Alec, die vervolgens knikte. Ik stond op en liep naar de slaapzaal, de twee jongens vogelden het zelf wel uit. Daarbij was ik eigenlijk al best wel moe. De gordijnen rond David's bed waren open, waardoor ik hem heel duidelijk hoorde snurken. De gordijnen rond Percy's bed daarentegen waren strak dichtgetrokken, viel me op. Ik vroeg me af waarom. Stilletjes liep ik naar het voeteneinde van mijn bed en opende mijn hutkoffer, in de hoop niemand wakker te maken. Ik wist hoe hinderend het was als iemand mij wakker maakte, dus probeerde ik het ook zo min mogelijk bij anderen te doen.
Binnen vijf minuten was ik klaar en lag ik in mijn bed. Ik had de gordijnen goed dichtgetrokken in de hoop het gesnurk van David wat te dempen. Het hielp niet echt, dus ik trok één van de kussens over mijn hoofd. Dat sliep niet echt geweldig, aangezien ik amper adem kon halen. Daarom haalde ik het kussen na een tijdje weer met een zucht van mijn hoofd af. Oordoppen waren eigenlijk best handig geweest. Jammer dat ik niet zo goed was in Charms, anders had ik misschien nog een of andere spreuk kunnen gebruiken. Serieus, was het normaal dat een jongen van zeventien zulke berengeluiden maakte? De voorafgaande jaren had David ook gesnurkt, maar nooit zo heftig.
Met een zucht ging ik rechtop zitten. Het geluid was nog steeds niet gedempt, wat me behoorlijk ergerde. Het kon zo toch niet de hele nacht doorgaan? Ik keek de kamer rond, mijn blik bleef automatisch op Percy's bed hangen. Door de strak dichtgetrokken gordijnen zag ik een klein lichtje. Waarschijnlijk was hij iets aan het lezen of zoiets. Ik wreef even in mijn ogen en ging weer liggen, in een poging om toch in slaap te komen. Dit zou een jaar met lange nachten gaan worden, dat was me alweer duidelijk geworden.
Er zijn nog geen reacties.