1.9 De stem van Dina
Met een klap beland ik in bed. Mijn kamer is daar nu ik mijn ogen open. Rustig, geen enkel windzuchtje. Merkwaardig, ik werd juist wakker omdat het stormde. Tenminste, dat dacht ik. Nu ben ik er niet meer zo zeker van. Ik hoor geen eens de regen tegen mijn raam aan slaan. Die put, ik moet nat zijn! Oh, wacht, hoe zit het ook al weer in elkaar? 'Als je in bed ligt... zomaar uit het niets... wordt je wakker uit een droom', herinner ik mezelf. Dit is de enige echte wereld. Dit is mijn huis. Mijn ouders slapen. Mijn broertje ook. Dina is mijn zus, slechts een stem in mijn hoofd. Als ik over haar begin denkt iedereen dat ik gek ben.
'Gefeliciteerd, je bent wakker', zeg ik tegen mezelf. Serieus, niemand anders heeft zoveel moeite met zichzelf te herinneren wat echt is en wat nep.
Misschien moet ik maar mijn bed uit. Die dromen zijn niet goed voor mij. Een grote kop koffie zal wonderen doen.
Ik loop naar beneden en pak de krant. Eens zien wat voor een slecht nieuws er is. Waarom staat er altijd zoveel negatiefs in kranten? Onze buurvrouw had haar kat terug gevonden... dat soort goed nieuws krijg je niet zomaar aangeboden. Nee, goed nieuws is geen nieuws. Oorlogen, moord, schandalen, dat is nieuws. Kijk, nog een man die beweert dat een stem in zijn hoofd hem beveelde een vrouw aan te vallen. Geen wonder dat mensen bang worden van het woord schizofreen. Dina is echt niet zo. Toegegeven; ze kan vervelend zijn. Maar zij zal mij nooit tot slechte dingen aanzetten.
'Ik hou ook van jou!', mompelt Dina sarcastisch. Fijn, zij is ook wakker.
'Goedemorgen', zeg ik terug tijdens het koffie maken.
Ik neem mijn kop mee naar boven. Er was gisteren iets... een boek. Misschien moet ik dat eens erbij pakken.
In de overvolle kast ga ik op zoek naar het boek. Het moet hier ergens zijn. Gister had ik het toch hier neergelegd. Wacht, natuurlijk! Het ligt onder die plank. Zodra ik de plank weg haal valt mij echter iets anders op. Iets groens ligt naast mijn boek. Het glinstert alsof maanlicht erin gevangen zit. Als het hier gisteren al had gelegen was het sowieso opgevallen.
‘Scheherasarah-de. Neem dit mee’, zegt Dina. Ik houd het voor mij. Moet ik dit niet aan mam geven? ‘Nee!’, schreeuwt zij. Woah, dat deed best pijn. Ik zal maar moeten luisteren. ‘Laat haar dit nooit zien. Ons geheim!’, fluistert zij met een zachte lach. Duidelijk. Het is voor mij. Niemand mag weten dat ik het heb. Al helemaal mijn moeder niet. Dus moet ik hem onder mijn kleding dragen.
‘Het zal je geluk brengen’, voegt Dina toe in een iets zachtere stem.
Geluk. Normaal gesproken geloof ik daar niet zo hard in. Pech of geluk, het hangt af van hoe je het bekijkt. Maar het betekent veel voor Dina. En wat extra geluk kan geen kwaad.
Terug naar het boek. Het is toch wel een apart boek. Mijn vingers strijken over de letters op de eerste bladzijde. Ik blader verder. Het kost even moeite om te lezen wat er staat. Niet dat het er rommelig staat! Het is toch zeker een mooi handschrift. Alleen wat sierlijker dan ik gewend ben van de meeste boeken. Het lijkt alsof de letters vers geschreven worden voor mijn ogen. Daarom neem ik de tijd om in mij op te nemen wat er verschijnt.
Once upon a time
Across acres of sand
There was the land
We belonged
To recover what you lost
You have to discover
Your past at any cost
That journey past brought us to the new
Follow me for I am you
Er zijn nog geen reacties.