Dit is de ''grande finale'' van Deel 4. Er komt nog een Deel 5, don't you worry your little pretty heads!

''Draco, you have ten seconds. Do it, or I’ll do it.''

Toen ze terug ging om te kijken hoe het met Draco ging, zag Louise tot haar ergernis dat Pansy Parkinson, samen met Blaise, naast het bed zat. Om het bed van Potter stond een gordijn en af en toe waren er kreunen of andere geluiden te horen wanneer zijn botten rechtgezet werden of zijn wonden geheeld. Louise kon niet zeggen dat ze spijt had van haar actie. Hij had ten slotte haar broer bijna vermoord.
'Parkinson, jij ook hier?' vroeg Louise en ze wierp het varkensgezicht een kwade blik toe. Op datzelfde moment keek Blaise Louise ook waarschuwend aan en ze zou zweren dat hij licht zijn hoofd schudde.
'Ja, natuurlijk! Ik hoorde ervan en ben meteen gekomen!'
Louise ging op haar vriends schoot zitten, zichzelf erover verbazend dat het nieuws zich hier zo snel verspreidde.
'Wat- wat kan het jou schelen,' mompelde ze nog, maar blijkbaar had Parkinson het toch verstaan.
'Genoeg hoor. Je doet echt zo arrogant sinds je een Malfoy bent, Louise!'
Pansy rolde overdreven met haar ogen en dit zorgde dat het beetje woede dat Louise nog in zich had naar boven kwam borrelen. Ze wilde opstaan om het wicht een klap in haar gezicht te geven, maar Blaise was haar voor en greep haar beide polsen stevig vast.
'Waag het niet, Louise. Niet nu,' siste hij in haar oor.

Pansy vertrok 's avonds om naar bed te gaan en Blaise ging met haar mee. Hij dacht dat Louise het liefst alleen zou zijn met haar broer en gaf haar daarin alle ruimte.
Nu zat Louise in stilte naast haar broer, zijn hand nog steeds in de hare. Ze streelde met haar duim over de rug van zijn hand en bestudeerde zijn gezicht. Eerder was het haar nog niet opgevallen, omdat ze alle drie zo bezig waren geweest met Louise's spraakvermogen terug te verkrijgen, maar Draco zag er weer slechter uit. De zwarte kringen en wallen om zijn ogen waren nog iets erger en zijn gezicht was bleker en smaller dan ooit. Ze krulde een pluk van zijn haar om haar vinger en zuchtte. Dit ging weer de foute kant op.
Ze steunde met haar hoofd op haar hand, haar elleboog op de armleuning, en sloot haar ogen een momentje. Ze begon te merken hoe de ring de energie uit haar woede en andere emoties had gezogen en voelde zich slaperig. Madam Pomfrey had haar toegestaan in de nacht te blijven, en ze was haar heel dankbaar. Ze had het niet over haar hart kunnen verkrijgen nu van haar broers zijde te wijken.
Ze dacht na. Ze zou kunnen zweren dat ze het effect van de ring's opgeslagen energie had kunnen voelen, zo vlak voor ze zich uit begon te leven op Potter.
"Ze moet enkel proberen haar woede onder controle te houden, dan komt alles goed," klonk moeder's stem in haar hoofd. Ja, en daar was ze flink in gefaald. Ze moest er beter aan gaan werken, haar emoties onder controle houden.... ja... dat zou ze doen...

Louise werd midden in de nacht wakker door een gekreun afkomstig van haar broer. Haar ogen vlogen open. Draco lag nog steeds op bed, zijn ogen gesloten. Maar zijn gezicht was vertrokken van de pijn en zijn voorhoofd glansde van het zweet. Zijn handen begonnen wild om zich heen te grijpen en Louise stond gehaast op.
'Draco, Draco, het is al goed!' riep ze uit op fluistertoon. Ze probeerde zijn polsen vast te pakken zodat hij zou stoppen met in het rond te slaan en misschien wakker zou worden.
Zodra ze eenmaal een sterke grip op zijn armen had vlogen zijn ogen open en verliet een paniekerige kreet zijn mond.
'Rustig broer, r-rustig...' fluisterde ze tegen hem. Hij leek iets te kalmeren toen hij zijn zus zag en knipperde verdwaasd met zijn ogen.
'Je bent veilig...' mompelde ze, zonder stotteren deze keer. Was dat maar waar.

Binnen een week mocht Draco de Hospital Wing verlaten. Voorbde zekerheid hield Louise hem ten alle tijden in de gaten, maar helaas was dit niet altijd mogelijk. Aangezien het einde van het schooljaar steeds dichterbij kwam en ze er nog steeds niet in geslaagd waren de Headmaster te vermoorden, werkte Draco nu elk vrij uurtje - overdag én 's nachts - aan de verdwijnkast terwijl Louise op de uitkijk stond. Ze was zelfs in staat om Polyjuics Potion te drinken en steeds in een andere persoon te veranderen. Ze had werkelijk alles over om haar familie te redden.
Het was inmiddels juni en Louise stond op de gang, deze keer niet vermomd als eerstejaars, maar gewoon zoals zichelf. Ze zat met haar rug tegen de ijskoude, stenen muur en draaide haar hoofd loom om toen de deur van de Room of Requirment openging.
'Louise,' zei Draco enthousiast en hijgend, een brede grijns op zijn gezicht. 'Het is tijd.'

Kort nadat haar broer in de deuropening was verschenen, werd hij gevolgd door een aantal Death Eaters die Louise herkende van meetings, waaronder Fenrir Greyback.
'Greyback?!' snauwde Louise, en ze stormde op hem af. 'Niemand heeft jou toestemming gegeven mee te komen. Wat doe je hier? Onze medestudenten vermoorden?!'
Vol woede prikte ze haar vinger in zijn borst en ze kon zijn smerige, stinkende adem ruiken. De enige reactie die ze van hem kreeg was een scheve grijns, daarna werd ze door haar broer bij hem weggetrokken.
'Kom op Louise, hier hebben we geen tijd voor. We moeten het Dark Mark in de lucht laten verschijnen zodat die ouwe eerder terug komt van Hogsmeade en we hier een einde aan kunnen maken...'
Met die woorden trok hij zijn zus mee door de gangen, op de voet gevolgd door de vier Death Eaters.
'Er komen zo meteen meer mensen,' hijgde Amycus Carrow terwijl hij achter hen aan liep. Ze liepen enorm snel en stopten op elke hoek om te zien of er geen leerlingen of leraren uit bed waren. 'Maar er pasten maar vier mensen in die verdomde kast...'
'De rest weet ons wel te vinden,' snauwde zijn zus, Alecto. 'Hou nu maar je snavel en loop door.'
Louise kon een kleine grijns niet onderdrukken en ook hoorde ze Fenrir licht grinniken, maar toen ze omkeek naar haar broer zag ze dat zijn gezicht ernstiger stond dan ooit tevoren. Haar grijns vervaagde meteen en in plaats daarvan concentreerde ze zich op de verlaten gangen die naar de Astronomy Tower leidden.
Maar in de laatste gang, bij de spiraaltrap, kwamen ze alle zes tot halt. Leden van de Order of the Phoenix stonden hen op te wachten, en ze waren in de meerderheid. Allemaal hadden ze hun toverstok in hun hand, en Louise, Draco en de andere vier Death Eaters volgden al gauw het voorbeeld, net voordat de spreuken van alle kanten heen en weer flitsten.
Het geluk stond geheel aan Louise's kant. De ring om haar vinger gaf haar, telkens als ze een spreuk op de anderen afvuurde, een stoot energie die ervoor zorgde dat ze nauwelijks mistte. Zodra ze merkte dat iedereen in een gevecht zat behalve zijzelf, besloot ze alvast de trap op te rennen en ze hijgde het woord "Morsmordre", waarbij ze haar toverstok de sterrenhemel instak en een doodshoofd in de lucht verscheen. De groene gloed verlichtte haar gezicht licht en er kroop net een trotse grijns haar gezicht op toen ze haar broer's stem haar naam hoorde schreeuwen. Meteen draaide ze zich om en rende met twee treden tegelijk de trap af. Eenmaal onderaan aangekomen zag ze dat er nog meer mensen bij waren gekomen, waaronder leraren en, tot Louise's grote verbazing, leerlingen uit Dumbledore's Army. Ze ging meteen op zoek naar haar broer, diep vanbinnen vreesde ze voor het ergste maar ergens wist ze ook dat Draco niet zo snel op zou geven. Ze moest nog een paar spreuken afvuren op de anderen voordat ze haar broer bij zijn elleboog kon nemen en hem richting de trap kon trekken. Maar, tot haar ergernis, was ze zo druk bezig met het voortduwen van haar broer dat ze geraakt werd door een Verlammingsspreuk. Gelukkig was de spreuk zo slecht uitgevoerd dat alleen haar benen uitgeschakeld werden en ze vooruit op de grond viel.
'Ga!' schreeuwde Louise tegen Draco. 'Ga en maak die ouwe af!'
Draco leek even te twijfelen en wilde haar overeind trekken, maar ze vloekte zo furieus dat hij zich terugtrok.
'Ga, verdomme! Jij moet het doen!'
Hij knikte kortaf en rende de trap op, een blik van angst gemengd met vastberadenheid uit zijn ogen af te lezen. Louise zag zijn blonde haar uit het zicht verdwijnen en draaide zichzelf op haar rug, waarna ze haar toverstok, die ze nog in haar hand had, op anderen begon te richten waarvan ze zeker wist dat het geen Death Eaters waren en hen overlaadde met spreuken en vloeken.
Ergens voelde ze zich schuldig toen ze Ron Verlamde, maar ze wist dat ze geen andere keuze had. Fenrir, Amycus, Alecto en tot Louise's opluchting ook haar tante Bellatrix, liepen door het gevecht heen alsof het niets was. Af en toe vervloekten ze iemand, waarna dan een kakelende lach van Bella volgde, maar ze leken zich voor de rest niet in te spannen. Haar tante trok Louise weer rechtop, haar benen begonnen weer te functioneren.
'Fijn u te zien hier, tante,' zei Louise toen ze door haar de trap op geholpen werd. Bellatrix had enkel haar arm vastgegrepen en trok haar de treden op, maar het was beter dan het helemaal alleen te moeten doen.
'Ja, ja... als je broer Dumbly maar vermoord heeft als we boven aankomen, dan is alles helemaal goed.'
Ze grinnikte gemeen en haar ogen glinsterden gevaarlijk. Louise kon zo zien dat haar tante het geweldig zou hebben gevonden om Professor Dumbledore af te maken.
Met zijn vijven stormden ze de Astronomy Tower op om te zien hoe Draco zijn toverstok op de oude en duidelijk vermoeide Professor had gericht. Louise had nu de controle over haar benen weer terug en ging naast hem staan.
'Ik had gehoopt dat je al klaar zou zijn,' siste ze in zijn oor. Ze kon tranen in zijn ogen zien, maar op dit moment mocht ze zich daar niet door laten ophouden.
'Miss Malfoy, wat een aangename verrassing u hier ook te zien vanavond,' begon Professor Dumbledore, die zo te zien moeite had met overeind te blijven staan.
'Zwijg!' snauwde ze naar hem. Haar ogen leken wel vuur te spuwen toen ze de man aankeek met niets anders dan haat. 'Jouw einde is gekomen, oude dwaas, en ik kan nauwelijks geloven dat het zo makkelijk gaat...'
Louise stak nu haar eigen toverstok in zijn richting.
'Draco, je hebt tien seconden. Doe het binnen die tijd, of ik doe het. Tien, negen...'
Langzaam begon ze af te tellen. Draco leek enorm met zichzelf in de knoop te zitten en alle zogenaamde aanmoedigingen van de Death Eaters achter hem leken dit alleen maar erger te maken. Hij slikte moeizaam toen Louise bij de laatste drie seconden was en liet zijn toverstok zakken toen de deur met een knal opensprong.
'Louise, nee-' klonk de strenge en bevelende stem van Professor Snape.
Maar Louise luisterde niet. De ring leek haar compleet te bezitten en een brede grijns vormde zich om haar lippen bij het heerlijke, gewichtloze gevoel. Haar lichaam tintelde en ze kon haar eigen stem nauwelijks horen toen ze de laatste drie tellen uitsprak.
'Drie... twee... een...'
Een kort moment bleef het stil, iedereen leek zijn adem in te houden. Tot haar verbazing was het Louise's eigen stem die de stilte verbrak.
'Avada kedavra!'

~~

Buiten was het donker, op het licht van de maan na, terwijl drie paar voetstappen over het gazon richting de poorten snelden. Voorop liep Professor Snape, die Louise hardhandig de trappen af, de gangen door, en later het kasteel uit had getrokken. Achter hem liep Louise zelf, aan haar broers zijde.
Nog steeds wist Louise niet wat er aan de hand was, geen woord had haar Professor tegen haar gesproken terwijl hij zo vlug voor haar uit liep. Ze verkeerde nog steeds in shock; had ze Professor Dumbledore echt vermoord? Dé Albus Dumbledore, de machtigste tovenaar aller tijden? Ze zou zweren dat dit allemaal een nare droom was, zo voelde het in ieder geval voor haar aan.
'Louise, je zit diep in de problemen,' snauwde Snape plotseling terwijl hij zijn pas vertraagde. Ze trok nieuwsgierig en een beetje angstig haar wenkbrauwen op en ging was sneller lopen.
'M-maar ik heb alleen maar gedaan wat ons opgedragen was!'
'En dat is de grootste fout die je ooit gemaakt hebt. Loop door.'
Professor Snape keek geen één keer haar kant op en ze werd nerveus. Ze wilde net een nieuwe vraag stellen toen ze links van zich een rode flits voorbij zag komen - toen Louise zich omdraaide zag ze dat het Potter was, en woede laaide meteen in haar op.
'Ren, jullie allebei,' commandeerde Snape. 'Kijk niet om en maak dat jullie hier wegkomen.'
Ze knikte en pakte automatisch haar broers hand vast. Beiden begonnen ze te rennen, maar de stem van Professor Snape hield hen nog een laatste keer tegen.
'En Louise - geef ze geen reden je pijn te doen!'
Nu klopte Louise's hart in haar keel door de nervositeit, en ook haar broers blik gaf aan dat hij bang begon te worden.
'Kom,' zei hij zachtjes, en opnieuw begonnen ze richting het hek te rennen. Louise wist niet wat ze moest doen of denken. Waarom zouden ze haar pijn doen? Wie waren "ze"? Als het de Dark Lord en de Death Eaters waren, zou ze niet hoeven te vrezen, aangezien ze haar opdracht perfect had uitgevoerd. Of toch wel..?
Het beeld van gevecht tussen Professor Snape en Potter stond nog vers op haar netvlies toen ze samen met Draco de poorten bereikte en net daarbuiten met een harde klap Verdwijnselde.

Reageer (5)

  • Traitor

    En dat het allemaal startte met de ruzie tussen Louise en Harry in het vierde jaar.
    Zucht...Dumby is dood =,',','(

    1 decennium geleden
  • Girls22

    snel verder!

    1 decennium geleden
  • Gisborne

    Snel verder! <3333

    1 decennium geleden
  • Altaria

    wow please snel verder!!!

    1 decennium geleden
  • Kauwgomjunky

    super snel verder Xx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen