Voor mijn lieve lezers ^^

We reden Forks uit. Even later sloegen we eindelijk af. Ik belandde op een lange oprit naar een groot wit huis. De Volvo reed door naar een grote garage maar ik parkeerde me voor het huis. Ik was nog maar uitgestapt en de voordeur werd al opengedaan door Jasper. ‘Kom je nog?’ zegt hij lachend. ‘Ongeduldig, zoals altijd.’ Ik rol mijn ogen. ‘En? Wat vind je ervan.’ We stappen een grote woonkamer in, de achterste muur is helemaal van glas. Bijna alles is wit met zwarte accenten. ‘Wow.’ Kan ik alleen zeggen. Jasper grinnikt. ‘Kom, ga maar zitten.’ De rest van zijn familie zat al in de witlederen zetels. Ook een vriendelijk glimlachende vrouw. Beleefd geef ik haar een hand. ‘Ik ben Judy Mary, een oude vriendin van Jasper. Ik zet me in de zetel naast Rosalie, ik bleef maar beter weg bij Alice. ‘Ik ben Esmee, Jasper heeft nooit over je verteld, dat is raar.’ ‘ We hadden ruzie, toen we uit elkaar zijn gegaan. Daardoor waarschijnlijk.’ ‘Oh…’ ze wist even niets te zeggen, maar richtte zich dan op Alice. ‘Gaat Carlisle wel op tijd thuis zijn, voor de zon doorbreekt?’ Alice dacht even na en knikte dan. ‘Hij zit zo in de auto.’ Esmee zuchtte opgelucht. Er ontging mij iets, waarom zou Alice weten wanneer de zon zou doorbreken? Had ze een ingebouwd weerbericht in haar hoofd ofzo? Emmet zag me verbaasd kijken. ‘Alice kan de toekomst zien, daardoor wist ze dat het ging opklaren. Edward kan ook iets bijzonder; hij kan onze gedachten horen. En van Jasper weet je wel he.’ Ik knik, dat van de gedachten horen verontrustte me wel. ‘Geen zorgen over je gedachten, die zijn veilig voor jou. Door een of andere reden zijn jouw gedachten erg onduidelijk voor me, ik kan alleen het onderwerp horen, niets anders.’ Zegt Edward opeens gefrustreerd. De Cullens plus ik kijken hem verbaasd aan. ‘Wat? Hoe kan dat?’ vraagt Alice. ‘Ik weet het niet, ik hoor soms iets vaag uit haar richting komen. Het is irritant.’ Langs een kant was ik opgelucht, maar het betekende ook wel dat er iets mis was met mij. ‘Kun jij iets speciaal?’ vroeg Rosalie dan. ‘Rose, niet iedereen moet iets speciaal kunnen.’zei Esmee. ‘Nee, ik heb geen gave.’ Zeg ik met een glimlach. ‘Jude kan wel snel rennen he.’ Ik knikte, daar was ik trots op. ‘Jasper, iedereen van ons kan snel rennen.’ Zegt Emmet bijdehand. ‘Ja, maar Judy kan echt snel rennen.’ ‘Sneller dan ik?’ vraagt Edward. ‘Ohja, zeker weten. Je bent het toch niet afgeleerd, Jude,’ ‘Ben je gek? Rennen is mijn 2de natuur of misschien zelfs mijn eerste.’ Zeg ik lachend. ‘Wedden dat ik sneller kan rennen dan jou?’ ik richt me tot Edward. ‘Oh, je wil wedden he? Mij goed. Zullen we het nu doen?’ vraagt hij ook lachend, Edward komt al bijna overeind. Maar Esmee hield hem tegen. ‘Wacht eens even jullie. Carlisle komt zo thuis, hij wil Judy ook wel ontmoeten. En dàn pas mogen jullie van hier naar Europa rennen als je wil.’Lachend zetten we ons terug neer. Even werd ik afgeleid door het geluid van Edward s’ lage lach. Ik betrapte me erop dat ik hem even aanstaarde. Jasper keek me met vragende ogen aan, hij had waarschijnlijk mijn verwarring gevoeld.
(typing)

Reageer (2)

  • ariya

    verder!!
    X

    1 decennium geleden
  • Wasilewski

    verdeeer<3

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen