Chapter 13 ~~ It just sucks!
Haaii, zoals beloofd weer een stukje
Ik heb even weinig op te zeggen dus..
I hope you likte it!
Ik heb even weinig op te zeggen dus..
I hope you likte it!
History Of Magic, is eigenlijk hetzelfde als altijd. Professor Binns leest zijn aantekenen voor met zijn monotone stem en wij maken aantekeningen, terwijl we proberen niet in slaap te vallen. We maken aantekeningen, springen opgelucht op na de les en gaan snel door naar de lunch. Na de lunch gaan we door naar Potions. Potions is moeilijk. Ik geef toe dat ik Potions leuk vindt en dat ik het later zou willen geven. Dus ik vind het leuk, maar ik heb het nog nooit gedaan zonder te kunnen zien. Toch hoop ik dat hij goed gelukt is en opgelucht verlaten we het lokaal.
‘Oké, wie heeft er zin om naar buiten te gaan?’ Vraagt Jay.
‘Wij!’ Schreeuwt Elizabeth.
Lachend gaan we richting buiten, maar halverwege bedenk ik me.
‘Moeten we Adam niet meenemen?’ Vraag ik.
‘Ik ben hier,’ zegt Adam.
‘He broer,’ grijns ik. ‘Sorry, ik wist niet dat je er was.’
‘Maakt niet uit zus,’ zegt hij. ‘En ik heb net mijn schouders nonchalant op gehaald.’
Lachend schud ik mijn hoofd.
‘Fijn om te weten.’
Hij slaat zijn armen om me heen en ik voel de wind om me heen slaan, als de deur naar buiten open wordt gedaan. Het waait hard, maar de zon schijnt op mijn gezicht. Stom genoeg vergeet ik het trapje en trek Adam met me mee, als we op de harde grond vallen.
‘Oeps,’ zeg ik lachend. ‘Sorry Broer.’
‘Geen probleem zus,’ zegt hij lachend en hij trekt me overeind. Ik weet waar we heen gaan. We zitten altijd onder de zelfde boom bij het meer. We ploffen neer en ik voel me een beetje triest. Dit soort momenten zijn altijd mijn favoriet geweest. Staren over het meer en een beetje lachen, maar het is allemaal anders. Ik kan niet meer over het meer staren. Cedric is er niet meer bij. Ik mis hem op dit moment het meest. Hoe we samen aan de oever zaten, starend over het meer. Zijn armen om me heen geslagen, lachend over stomme dingen die we gedaan hadden. Ik probeer me het weer even voor te stellen. Hoe het meer de uitzag en Cedric. Het lukt me niet. Het voelt niet hetzelfde zoals het toen altijd voelde. Veel mensen dachten dat we iets hadden, maar dat was helemaal niet zo. We hadden Cho heel wat moeten uitleggen, maar uiteindelijk had ze ons geloofd. We waren gewoon super goede vrienden. Ik zucht diep. Ik mis mijn zicht en ik mis Cedric. Ik hoor geschuifel achter me, maar ik reageer er niet eens op. Ik voel hoe twee armen zich om me heen slaan.
‘Cedric,’ fluister ik terwijl ik weet dat hij het niet kan zijn. Hij is dood. Ik snuif zijn geur op, maar het is niet de vertrouwde geur van warme chocomelk en slagroom. Het is de geur van sinaasappel en hout. De geur van Jake.
‘Jake?’ Fluister ik zachtjes.
‘Ja,’ fluistert hij. ‘Ik weet dat je Cedric mist. Je mag best huilen lieve schat.’
Ik schud mijn hoofd. ‘Ik wil niet huilen.’
Ik voel hoe Jake over mijn rug wrijft en ik zucht nog eens diep. We zeggen niets, we luisteren naar het waaien van de wind.
‘Weet je,’ zeg ik. ‘Het is gewoon allemaal klote op dit moment.’
‘Dat weet ik, lieverd. Dat weet ik. Het is moeilijk.’
‘Oké, wie heeft er zin om naar buiten te gaan?’ Vraagt Jay.
‘Wij!’ Schreeuwt Elizabeth.
Lachend gaan we richting buiten, maar halverwege bedenk ik me.
‘Moeten we Adam niet meenemen?’ Vraag ik.
‘Ik ben hier,’ zegt Adam.
‘He broer,’ grijns ik. ‘Sorry, ik wist niet dat je er was.’
‘Maakt niet uit zus,’ zegt hij. ‘En ik heb net mijn schouders nonchalant op gehaald.’
Lachend schud ik mijn hoofd.
‘Fijn om te weten.’
Hij slaat zijn armen om me heen en ik voel de wind om me heen slaan, als de deur naar buiten open wordt gedaan. Het waait hard, maar de zon schijnt op mijn gezicht. Stom genoeg vergeet ik het trapje en trek Adam met me mee, als we op de harde grond vallen.
‘Oeps,’ zeg ik lachend. ‘Sorry Broer.’
‘Geen probleem zus,’ zegt hij lachend en hij trekt me overeind. Ik weet waar we heen gaan. We zitten altijd onder de zelfde boom bij het meer. We ploffen neer en ik voel me een beetje triest. Dit soort momenten zijn altijd mijn favoriet geweest. Staren over het meer en een beetje lachen, maar het is allemaal anders. Ik kan niet meer over het meer staren. Cedric is er niet meer bij. Ik mis hem op dit moment het meest. Hoe we samen aan de oever zaten, starend over het meer. Zijn armen om me heen geslagen, lachend over stomme dingen die we gedaan hadden. Ik probeer me het weer even voor te stellen. Hoe het meer de uitzag en Cedric. Het lukt me niet. Het voelt niet hetzelfde zoals het toen altijd voelde. Veel mensen dachten dat we iets hadden, maar dat was helemaal niet zo. We hadden Cho heel wat moeten uitleggen, maar uiteindelijk had ze ons geloofd. We waren gewoon super goede vrienden. Ik zucht diep. Ik mis mijn zicht en ik mis Cedric. Ik hoor geschuifel achter me, maar ik reageer er niet eens op. Ik voel hoe twee armen zich om me heen slaan.
‘Cedric,’ fluister ik terwijl ik weet dat hij het niet kan zijn. Hij is dood. Ik snuif zijn geur op, maar het is niet de vertrouwde geur van warme chocomelk en slagroom. Het is de geur van sinaasappel en hout. De geur van Jake.
‘Jake?’ Fluister ik zachtjes.
‘Ja,’ fluistert hij. ‘Ik weet dat je Cedric mist. Je mag best huilen lieve schat.’
Ik schud mijn hoofd. ‘Ik wil niet huilen.’
Ik voel hoe Jake over mijn rug wrijft en ik zucht nog eens diep. We zeggen niets, we luisteren naar het waaien van de wind.
‘Weet je,’ zeg ik. ‘Het is gewoon allemaal klote op dit moment.’
‘Dat weet ik, lieverd. Dat weet ik. Het is moeilijk.’
Reageer (1)
OHHH ik heb dit stukje echt al tig keer gelezen
1 decennium geledenen elke keer wist ik niets om voor een reactie te schrijven
ik denk gewoon dat dit stukje te serieus is
maar goed nieuws
ik heb me aangemeld voor de musical ik ga grime doen !!!
OMG
maar ik wilde eigenlijk vertellen dat ik dit een heel erg mooi stukje vind
oja
en morgen weer een nieuw stukje
SNEL VERDER