Hoofdstuk 4.
maaar anders zou alles heel snel achter elkaar gebeuren. Ik hoop dat jullie 'm leuk vinden!
x
Sapphire - District 1
Het was nacht. De lucht was donker, inktzwart zelfs, maar werd verlicht door schitterende sterren. Het was doodstil, op het waaien van de wind na. Woelend lag ik in mijn bed, wanhopig proberend om in slaap te vallen, al was het maar voor een paar uurtjes. Ik zuchtte. Wie hield ik voor de gek? In slaap vallen op deze avond was een onmogelijke opdracht, niet met zo'n dag voor de boeg. Ik slikte. De Stemming. Het was zo ver. Morgen zou er bekend worden gemaakt welke jongen en welk meisje de meeste stemmen hadden gekregen. Ik probeerde het me voor te stellen - dat ik daar stond, dat het mijn naam was waarop de mensen hadden gestemd. Onmiddellijk kreeg ik medelijden met het meisje en de jongen die gekozen zouden worden. Naar de Arena moeten was één ding, maar verraden worden door je burgen, je vrienden? Dat was onbeschrijflijk. Ik probeerde de gedachte van me af te duwen. Ik zou niet gekozen worden.
Dat kon niet. Toen zuchtte ik opnieuw. Nee, ik zou niet gekozen worden, maar ik zou toch naar de Arena moeten.
Mijn gedachten vlogen naar vanmiddag. De zon stond hoog aan de hemel en scheen fel door de ramen van het trainingscentrum naar binnen. De lucht was klam en stonk naar zweet. Hier en daar waren een aantal Beroeps aan het kletsen, anderen waren nog hard aan het werk. Dit was de laatste dag voor de Stemming. Over een paar uur zou Amados - onze hoofdtrainer - ons bij elkaar roepen en vertellen welke mannelijke en welke vrouwelijke Beroeps waren uitgekozen en zich morgen vrijwillig - of iets minder vrijwillig - aan zouden moeten bieden om naar de Arena gaan, in plaats van de arme stakkers die gekozen waren door de Stemming. Het was duidelijk te zien welke Beroeps de moed al hadden opgegeven om de beste te zijn, en welke nog dachten dat ze een kans maakten: de ene helft was aan het praten of drinken, en opgelucht aan lachen - morgen zou alles voorbij zijn en zouden ze nooit meer hoeven te trainen. De andere helft was fanatiek aan het rennen, speerwerpen of messen gooien. Ik hoorde bij de laatste groep. Ik moest en zou uitgekozen worden.
Met de achterkant van mijn hand veegde ik het zweet van mijn voorhoofd terwijl ik verschillende bogen uitprobeerde. Jaloers keek ik naar Jadis, een meisje met lang zwart haar. Ook zij was met pijl en boog bezig en schoot ze met veel behendigheid weg naar verschillende doelen. Ze miste nooit. Zelf was ik aardig goed met pijl en boog, maar ik zou nooit zo goed kunnen schieten als haar. Mijn specialiteit waren de messen. Het was meestal zo dat je wanneer je twaalf was een specialiteit koos - pijl en boog, messen of worstelen - en dat je je daar dan op oriënteerde voor de rest van je leven. Ik had gekozen voor de messen en mijn hele leven had ik daar op geoefend tot ik perfect kon mikken. Toen ik dat eindelijk had bereikt, besloot ik om me op zoveel mogelijk wapens te specialiseren. Pijl en boog was lastiger, en worstelen was al helemaal niets voor mij. Ik schrok op uit mijn gedachten toen Jadis met volle kracht een pijl in een dummy schoot. Recht in het hart. Vol bewondering keek ik haar aan.
Ze leek mijn blik te voelen en keek opzij. 'Kun je 't zien?' vroeg ze opstandig.
Ik bloosde, draaide me om en liep naar een klimparcours. Het klimparcours bestond uit verschillende onderdelen. Kleine bomen met veel takken en lange, dunne bomen die bijna kaal waren. De bomen waren lange ijzeren palen die groen geverfd waren, met dunne stalen pijpen als takken. Ik haalde diep adem en begon te klimmen. Ik klom hoger en hoger, totdat alle Beroeps ver onder me waren. Ik zuchtte. Had het überhaupt nog zin om te trainen? De trainers gingen hun keus heus niet veranderen op de laatste dag. Wie er uitgekozen zouden worden, hadden ze vast allang besloten. Ik ging zitten op een tak en sloot mijn ogen. Mijn ogen vlogen open toen ik de felle stem van Amados hoorde. 'Dames en heren,' zei hij met z'n zeurderige stem, 'Zouden jullie je allemaal even willen verzamelen hier?'
De zenuwen gierden in m'n buik toen ik naar beneden klom. Dit was het moment. Hier had ik de afgelopen jaren naar uitgekeken. Zo snel als ik kon klom ik naar beneden. Toen ik op de grond stond leken mijn benen niet te kunnen bewegen. Ik probeerde de zenuwen te negeren en strompelde naar Amados. Trillend stond ik naast verschillende andere Beroeps. Opeens begon ik te twijfelen. Zou ik wel uitgekozen worden? Tuurlijk, ik was goed. Maar met goed kwam je er niet, je moest de beste zijn. Was ik dat wel? Ik kon aardig goed met messen overweg, maar ik zou nooit zo goed kunnen schieten als Jadis, of zo snel kunnen klimmen als Mordan, of zo hard kunnen rennen als- 'Al zenuwachtig, Saph?'
Geschrokken keek ik in het lachende gezicht van Jason. Ik schudde mijn hoofd. 'Nee hoor,' zei ik zwakjes. Ik probeerde zelfverzekerd te kijken, maar Jason had me door.
'Ik ook hoor,' grinnikte hij. 'Maar jij gaat vast wel winnen. Ik ken niemand die zo hard traint als jij. Ik heb nu al medelijden met de andere Tributen.'
Ik deed mijn mond open om iets terug te zeggen, maar Amados onderbrak me.
'Dames, heren. Samen met de andere trainers hebben we de afgelopen jaren met jullie mogen werken, en hebben we jullie zoveel mogelijk en zo goed mogelijk getraind. Het was een eer. Maar het moment is daar, we mogen de namen bekend maken van de jongen en het meisje dit wij het beste vinden.'
Jason kneep in mijn hand en glimlachte bemoedigend. Ik lachte trillend terug.
'Laten we er geen doekjes omheen winden,' ging hij verder, 'Het meisje dat wij het beste vinden, en dat zeker weten een goede kans zal maken, is...'
Mijn hart begon sneller te kloppen. Saphire, Saphire, zeg alsjeblieft Saphire.
'Saphire!'
Mijn ogen werden groot. Ik voelde dat Jason me omhelsde en 'Ik zei het toch' in m'n oor fluisterde. Het was me gelukt. Ik had het gedaan. Morgen zou ik me vrijwillig aanbieden, en dan zou ik naar de Arena gaan.
'En de jongen...' ging Amados verder. Maar ik lette niet meer op. Ik was de beste, en daar ging het om. Ik zou dit winnen.
'dus kozen we voor... Jason!'
Mijn adem stokte. Nee. Dit kon niet. Jason liet mijn hand vallen. Geschrokken keken we elkaar aan. Dit kon niet. De afgelopen jaren was hij mijn beste vriend geweest, mijn enige steun en toeverlaat. Ik hield van hem als een broer. Maar na vandaag waren we gezworen vijanden. Ja, we gingen allebei de Arena in. Maar er kon er maar eentje uitkomen.
Er zijn nog geen reacties.