Foto bij Hoofdstuk 12

Dit hoofdstukje heb ik in de ik vorm geschreven om te kijken of dit misschien wat beter is. Laat me weten wat jullie het leukste vinden om te lezen. Als deze vorm het fijnst is zal ik de oudere hoofdstukjes aanpassen en op deze manier verder schrijven.
En mijn excuses voor mijn plotselingen stop. Ik voel me de laatste paar maande niet echt geweldig en er zijn een hoop dingen gebeurd. Maar ik wil het schrijven graag weer op pakken.

Het gesprek met Ronin was maar voor een korte duur. Naar dat hij me niet meer wou vertellen over het dorp hadden we geen woord meer tegen elkaar gesproken. Beide staarde we naar de blauwe lucht die nooit leek te veranderen. Het was echt een mooie dag.
Door de rust en stilte om me heen dwaalde mijn gedachtes af naar het gesprek met Ronin die ik net met hem voerde. Hij had me nieuwe dingen verteld dat ik zonder hem nooit te weten was gekomen. Maar er was iets anders aan hem. Zijn gedrag, zijn houding en blik. Het was heel anders dan de Ronin die ik kende. Hij deed best moeilijk over de vragen en hij vertelde de informatie zo kort mogelijk. Had hij iets te verbergen? Of zie ik spoken?
Aish, wat een begin van de dag. Eerst die vreemde jongen op de gang en nu dit.
Bij de gedachtes aan de jongen voelde ik mijn wangen lichtjes rood kleuren. Hij raakte me aan, zo zachtjes en teder. Het leek alsof zijn vingers mijn gezicht nooit hebben aangeraakt. Het gaf me een vertrouwd gevoel die ik niet kon verklaren of in woorden kon uitdrukken. Ondanks alles kon ik niet zegen dat ik het erg vond wat hij deed. Ah, wat denk ik nu weer?

Hey, jij daar'
Geschrokken keek ik om. Welke klootzak gooide er een steente naar tegen mijn hoofd. Oh, hij was het. Ja, het was een klootzak.
'Sasuke, donder op! '
Boos liep ze verder vooruit.
'Dus jij kent hier de weg en weet wat je nu moet doen?'
Zonder te kijken wist ik als dat er een spottend lachje op zijn gezicht was af te lezen.
'Volg me, ik breng je wel naar de rest'
Ik hiel hald en en lied Sasuke mij inhalen.
'Ik hoef jou hulp niet.'
Ondanks dat ik dat zei bleef ik stilstaan. Sasuke bleef daar in tegen door lopen. Moet ik hem toch maar achter naar? Misschien is het wel een slim idee. Twijfelend keek ik hem na. Met een hand gooide hij steeds een steentje op en neer. Ja, ik volg hem, maar blijf op een veilige afstand.
'Denk maar niet dat ik jou volg, ik moet ook die kant op.'

We liepen al een tijdje en we waar in de zij straatjes van het dorp beland. Sasuke liep nog steeds voorop, zonder een woord te spreken.
'Konohamaru!' Hoorde we verschillende stemmen opeens roepen. Daarop volgde een paar anderen stemmen die bekend voorkwamen. Naruto? Sasuke stond stil en maakte een teken dat ik stil moest zijn. Hij sloop was naar voren en keek door een gaatje door de schutting. Hij probeerde te raden wat de situatie was en waarom naruto (?) er bij betrokken was.
'Simpel, ik haat kleine mensjes'
Sasuke verliet zijn plek en kroop de boom in. Hij was voorzichtig zodat niemand hem zag aankomen. Op de plek waar Sasuke net stond ging ik nu staan. Door het kleine gaatje kon ik een vreemde jongen zien die een klein kindje in een stevige greep vast hield. Hij was donker gekleed en had een soort muts op die katten oortjes had. Aan zijn hoofdband te zien was hij niet van hier.
De kattenjongen haalde zijn vuist uit en stond op de punt het kleintje te slaan. Maar een steen dat tegen zijn hand werd gegooid stopte hem.
'Auw!' riep hij uit.
Ik keek omhoog en zag Sasuke op in de boom zitten. Hij was de genen die de steen had gegooid, de steen die hij al de hele tijd in zijn hand had. Zijn houding straalde volle arrogantie uit. 'Wat doen jullie klootzaken in ons dorp?'
'Sasuke' De hoge stem liet me al gelijk weten dat het Sakura was. Ah, ik wil dit alles ook kunnen zien. Ik ging op mijn tenen staan maar veel hielp het niet. Nog steeds zag ik zowat niks. Ik pakte met beide handen het hek vast en trok mezelf omhoog. Nu kon ik alle personen zien. Twee vreemdelingen, drie kinderen en de twee die ik al kende.
'Hé, onderdeur, kom naar beneden.' 'Ik haat uitslovers zo als jij het meeste'
Kattenjongen haalde een vreemd voorwerp, die ik nu pas zag, te voorschijn. 'Hey, ga je zelfs Karasu gebruiken?' Het meisje probeerde hem te stoppen.
'Kankuro stop'
Geschrokken liet ik mijn handen van de hek los en lande op de grond. Waar kwam die stem vandaan? Niemand sprak. Ik keek naar waar het geluid vandaan leek te komen en zag een jongen onderste boven in de boom hangen.
'Je geeft onze dorp een slechte naam'
Ik keek nog eens goed naar hem en mijn hart begon harder te kloppen. Hij was het. De jongen met het rode haar. De jongen die ik in de gang had gezien.

Reageer (1)

  • Luckey

    nani!!
    snel verder please

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen