Schrijfwedstrijd Demyx opdracht 1 - Macht
Ik heb gekozen voor:
* Een leven in de lucht. Jij leeft tussen de wolken. De witte schapenwolkjes trekken dag aan dag aan je voorbij. Aangezien in de lucht zich alleen wolken bevinden, mag je natuurlijk van alles verzinnen. Toch wil ik dat je in dit Thema blijft (lucht). Beschrijf dus geen gewone huizen in de lucht, want die kunnen nooit op een wolk blijven staan. Beschrijf hoe het daarboven uitziet en je leven daarin.
Min aantal woorden: 800
Max. Aantal woorden: 1200
"Hayley, kom nu eens hier!" hoor ik mijn buurvrouw roepen vanaf de overkant van de straat.
Een zucht rolt over mijn lippen, want het zal ook eens niet zo zijn dat haar kind iets verkeerd doet. Er zijn hier bepaalde regels waaraan je moet voldoen en Hayley is alles behalve een gehoorzaam meisje, maar ergens bewonder ik dat wel. Ze luistert niet zomaar naar alle regels en heeft ook haar eigen wil. Eigen wil… Het woord schiet net zo snel weer uit mijn gedachten als dat het in mijn gedachten opkwam. Ik vraag me af wat Hayley heeft misdaan. Misschien heeft ze weer teveel gegeten of dat haar kleding niet aan de voorschriften voldeed?
“Wat zit jij te dromen?” hoor ik ineens een bekende stem tegen me zeggen.
“Ik zat gewoon even na te denken, Micah,” zeg ik met een glimlach.
Hij lacht en wanneer hij dat doet, verschijnen er kleine kuiltjes in zijn wangen.
“Te veel denken is niet goed voor je,” zegt hij en nu is het mijn beurt om te lachen.
“Te veel eten is ook niet goed voor je,” zeg ik grijnzend terwijl ik doel op het broodje in zijn handen.
Hij kijkt schuldbewust naar het broodje in zijn handen, hij haalt dan zijn schouders op en hij neemt een hap van zijn broodje.
“Het is ongezond om te weinig te eten en ik zal heus niet te zwaar worden.”
Beiden kijken we naar de wolken onder ons en er trekt een rilling door mij heen als ik denk aan het ongeval van drie maanden geleden. Het zijn wolken en die kunnen niet teveel verdragen. Wanneer iemand te zwaar wordt, zak je door de wolken heen. Het enige wat je dan nog doet, is vallen totdat je op de aarde inslaat. Het enige wat daarna volgt, is de dood. Dit is gebeurd bij een meisje. Iedereen vreesde er al voor dat ze boven de 55 kilo uit zou komen spoedig en zo geschiedde het. Ze nam een hapje van haar broodje, net zoals Micah dat daarstraks deed, en dat was haar galgenmaal.
“Kom, dan gaan we naar mijn huis, Maia,” zegt Micah.
Ik knik en loop dan met hem mee. De wolken kietelen onder mijn blote voeten terwijl we richting zijn huis lopen. In de verte zie ik het al. De witte, vederlichte panelen waaronder uiteindes zitten die zoveel lucht uitblazen dat het huis zweeft. Het lijkt op een gewoon huis, maar het staat niet op de wolk zelf en is gebouwd met lichte materialen. Alles hier is van licht materiaal en ook in lichte kleuren. Voornamelijk wit. Je zou hier gemakkelijk tegen een muur aan kunnen gaan staan en dan haast niet opgemerkt worden, doordat onze kleding ook wit is. Luchtige kleding, zodat we niet zwaarder worden dan we zijn. Weer iets wat ons is opgedragen allemaal.
“Maia, je weet dat ze ook gedachten kunnen lezen,” fluistert Micah tegen me wanneer hij aan me ziet dat ik weer aan het denken ben en we lopen zijn huis binnen.
“Ja, dat weet ik,” zeg ik zacht terug, “maar ik ben er gewoon klaar mee dat alles is vastgelegd om hier te kunnen leven. Zelfs onze kledingkeuze en hoeveel we verdomme moeten eten!”
Hij knikt begrijpend en hij slaat een arm om mijn schouders.
“Ik houd me daar ook niet aan, aan hoeveel we moeten eten en je ziet dat ik gewoon nog leef.”
Er zijn weleens verhalen rondgegaan over hoe mensen gemarteld werden wanneer ze zich niet aan de regels hielden. Degene die hier over de wereld heerst, is koningin Averia. Zij presenteert het alsof deze regels voor het voortbestaan van de wereld goed zijn en ons te beschermen tegen gevaren, maar ik zie het alsof we gevangenen zijn. Haar slaven. Micah weet hoe ik over haar denk.
“Het kan me niet eens iets schelen als haar mannetjes horen wat ik denk,” mompel ik, “al die verhalen over martelingen zijn onzin. Ik heb het nooit van iemand bevestigd gehoord.”
Een zucht rolt over mijn lippen.
“Ik weet dat we pas net hier zijn, maar kunnen we anders even gaan wandelen?” vraag ik aarzelend aan hem.
Hij haalt zijn schouders op als gebaar dat hij er oké mee is.
“Natuurlijk, waar wil je heen gaan?”
“Dat maakt me niets uit, zolang we maar even weg gaan van de huizen.”
Samen lopen we weer zijn huis uit en ik zwijg. We komen voorbij witte vlaktes.
“Laten we even gaan zitten,” stelt Micah dan voor en ik knik.
“Hier kunnen ze ons toch niet horen.”
We nemen plaats en ik staar voor me uit. Mijn aandacht wordt getrokken als ik iets in mijn ooghoek zie.
“Maia, wat is dat?” vraagt Micah aan me op het moment dat ik ook in de richting kijk van wat voor mij onbekend is.
Totdat ik beter kijk.
“Het zijn wachters van Averia,” mompel ik en ik spring snel overeind.
Ze komen deze kant op gemarcheerd en ze kijken onze kant op.
“Het heeft geen zin om weg te rennen,” wordt naar ons geroepen en we blijven ook staan.
Nog een regel die bestaat hier: je mag niet rennen, want anders heb je de kans om een wolk uit te dunnen. Belachelijk. Even kijk ik naast me naar Micah en hij kijkt terug naar me.
“Volgens mij, Maia, zitten we in de problemen,” zegt Micah en ik kan het niet laten om even zacht te lachen.
Gewoon door de manier waarop hij het zegt.
“Maia Johnson, wij hebben uw gedachten vernomen,” begint er één te spreken zodra ze bij ons staan.
Het zijn vier mannen in hun werkkleding. Ik slik een keer en ik knik dan als teken dat ik begrijp wat ze zeggen.
“Daarom moeten wij maatregelen nemen.”
Weer knik ik en ik houd mijn adem in. Wat gaat er gebeuren? Gaan ze me martelen? Zijn de verhalen dan toch waar? Dan draaien ze tot mijn verbazen zich naar Micah.
“U moet dit eten,” zeggen ze en ze geven hem iets, maar ik kan niet zien wat, “als dat gedaan wordt, dan is de straf van Maia gedaan.”
Ik kijk Micah aan en hij haalt zijn schouders op. Maken ze soms een grapje? Dit is toch geen straf te noemen? Micah begint er van te eten en langzaamaan begint zijn lichaam op te zwellen.
“W-wat gebeurt er?” vraagt Micah in paniek.
De mannen blijven met een strak gezicht staan. Dan ineens is Micah er niet meer en ik realiseer me niet gelijk wat er gebeurt. Het kwartje valt. Micah is te zwaar geworden en daarom door de wolken gezakt.
“Ik hoop dat u begrijpt welke macht Averia heeft,” hoor ik achter me.
Langzaam laat ik me op mijn knieën zakken terwijl mijn wereld instort. De straf is dat ik heel mijn leven met een schuldgevoel moet rondlopen. Vanbinnen ontstaat een pijn en tranen komen op. Micah is dood en dat is mijn schuld. Ik ben hem kwijt. Voorgoed. Dit is hun manier van straffen. Een marteling was gestopt zodra ze klaarwaren, maar de schuld zal heel mijn leven blijven.
Reageer (1)
N'aww, dat einde.
1 decennium geleden