Foto bij Het huisje

Ik vindt dat het wel zo eerlijk is om dit verhaal af te maken hierom het een na laatste hoofdstuk. Waarin de vijand eindelijk een gezicht krijgt

Peter was flauwgevallen tijdens het zoeken naar fleur en na het krijgen van een telefoontje dat Roos is ontvoert voor het hart van de zee. Tijdens het bewusteloos zijn krijgt hij een visioen, waarin hij moet beloven dat hij de tweeling zal beschermen nadat Fleur hierin is gefaald.

`Julliët, ik ben oké,' fluister ik, maar wanneer ik op kijk besef ik me dat het niet Julliët is die aan mijn schouder staat te sjorren. Ze staat een paar meter verderop tussen twee gespierde mannen ingeklemd. De twee mannen hielden haar stevig vast, terwijl zij wild tegen aan het spartelen was. Toen ze zag dat ik was bijgekomen, begint ze heviger te worstelen. `Peter! Ben je oké?' Haar stem was vol paniek. Ze was vast erg geschrokken toen ik op de grond was neergevallen. Woest schuift ze haar elleboog in een van de mannen zijn buik en hij duikt in elkaar, waardoor hij zijn grip op haar arm verliest. Vlug draait ze zich naar de andere man en trapt op zijn tenen. Dit alles ging zo snel dat de man meer overrompelt was door verbazing dan door pijn. Je zou denken dat zo'n klein meisje in vergelijking met twee van zulke kleerkasten nooit zou kunnen winnen, maar de man kwam erachter dat het toch mogelijk was, alleen te laat zijn handen waren al om zijn voet gevouwen en Julliët spurtte naar mij toe. Net toen ze mij bijna aan kon raken werd ze onderschept. Een derde kleerkast verscheen en tilde haar zo omhoog.`Zet me neer, grote bullebak,' gilt Julliët, maar het had geen zin, hij luistert toch niet.
`Zo iedereen is er weer,' Een stem bracht stilte tot Julliët's tirade. Een persoon in een zwarte hoodie en spijkerjeans loopt naar voren. De hoodie bedekte zijn gezicht en maakte het onmogelijk hem te herkennen.
`Lafaard!' Julliët had zichzelf herpakt en kijkt de gedaante nijdig aan. De gedaante ,hoewel zijn ogen niet te zien waren, keek zeker weten Julliët aan.
`Je durft niet eens je gezicht te tonen,' De gedaante buigt zich voorover en een zacht gegrinnik is hoorbaar.
`Lafaard? Ik moet u wijzen op uw manieren. Zo begroet een gast zijn gastheer niet, maar ik zie het dit keer door de vingers. Wat mijn uiterlijk betreft,' de gedaante stopt in het midden van de zin. Zijn handen raakte naar de capuchon van de hoodie en in een sierlijke beweging onthult de gedaante zijn gezicht. Ademloos kijkt Julliët toe. Afgrijzen en verbazing is van haar gezicht af te lezen. Ik hap naar adem. `Jij?'

Mijn wereld stond onderste boven. Het ene moment wist ik zo zeker wat alles was, wat eraan de hand was, maar nu... Alles wat ik dacht wat waar was bleek een leugen te zijn. Hoe?
`Ja, ik.'grijnst de gedaante.
`Wil jij de tweeling iets aandoen?'
`Oh maar dat heb ik allang gedaan, herinner je dat niet meer,' grinnikt de gedaante `of ben je alles vergeten, broertje?' Voor mij stond Roos, mijn zus Roos.
`Hoe bedoel je?' vraag ik haar angstig.
`Je weet het echt niet?!?!' haar stem klinkt verbaast.
`Wat bedoel je?' Ze begint mij op de zenuwen te werken met al haar raadselachtig gepraat.
`En ik maar bang zijn dat je het herinnert had,' Ze begint in zichzelf te lachen.
`En ik maar denken dat je erachter was gekomen. En Fleur,' ratelt Roos verder terwijl ze rond begint te lopen.
`Wat is er met Fleur? Wat heb je haar aangedaan?'mijn stem sloeg over. Roos blik richt meteen op en een glinstering verschijnt in haar ogen.
`Fleur, Fleur, Fleur. Het gaat altijd maar om haar.' Ze klonk licht geïrriteerd.
`Het gaat niet om Fleur. Fleur is maar een pion in een spel. Mij gaat het om iets veel bijzonderder,'fluistert Roos en haar gezicht hangt voor de mijne. Ik voel haar adem op mijn huid. Vlug nam ze een paar passen terug.
`Nee, mij gaat het niet om Fleur,' vertelt Roos, terwijl ze mij de rug toekeert.
`Het hart van de zee,' fluistert Julliët in zichzelf, alsof ze een puzzel heeft opgelost. Als een bliksemschicht staat Roos voor haar. Ze bekijkt Julliët van top tot teen en glimlacht dan.
`Je bent slim, dat wist ik vanaf het moment dat ik je zag, maar niet slim genoeg,' fluistert Roos en grijnst.
`Ik moet zeggen dat juweel heeft inderdaad veel kracht en is ontzettend waardevol, maar er is iets dat mij meer interesseert dan een stuk kristal. Dat zou jij moeten weten, aangezien jij het masker op heb gehad. Het heeft al zijn geheimen prijsgegeven en nog steeds weet je het niet,' lachte Roos spottend. Hoe wist ze van het masker? Waarover heeft ze het de hele tijd, als het niet het hart van de zee is? Wie is Roos? Alsof ze gedachte kon lezen glijdt haar blik naar mij toe. Stap voor stap kwam ze dichterbij.
`Nee, Fleur is maar een pion. En ik wil ook niet het hart van de zee. Maar wat wil ik dan?' Ze houdt haar hoofd schuin terwijl er een gemene lach rond haar lippen speelt.
`Driemaal IS scheepsrecht,' grinnikt ze en zet nog een stap in mijn richting.
De man van de vlinder had mij vertelt hoe dan ook de tweeling te beschermen, maar wie was de tweeling. Roos had nooit ontkent dat ze de tweeling iets aan wou doen. Ze heeft het al gedaan. Wat had de man verteld. De tweeling was verdwenen, waarschijnlijk ontvoert! Dat bedoelde ze met dat ze ze al iets had aangedaan! Maar waarom zou ik mij dat moeten herinneren ik was er geen eens of...
`De tweeling,' fluisterend verlieten de woorden mijn mond.
`Wat?' vroeg Roos overrompelt.
`De tweeling!' Dit keer luid en duidelijk. Even was Roos overvallen bij mijn antwoord om vervolgens te glimlachen.
`Dus je hebt het eindelijk opgelost,'
`Wat opgelost?' vraagt Julliët verbaast, die niet betrokken was bij de geheime pact die Roos en ik nu hadden gesloten. Roos negeerde haar en blijft mij afwachtend aankijken. Ik ga stevig op de grond staan en bereid mijzelf voor om een uitleg te geven.

`Fleur doet er niet toe. Al die tijd dacht ik dat Fleur een helft van de tweeling was maar ik had het mis. Ook Julliët heeft hier niks mee te maken je hebt haar gebruikt als een pion. Jij hebt haar het masker gegeven, zodat zij Fleur en zo de dreiging werd vernietigt. Maar je plan mislukte toen Julliët weer bij zinnen kwam. Daarbij heeft het masker haar magische krachten gegeven, waardoor je jezelf alleen maar dwars zat.' Roos begint te lachen en ik onderbreek mijzelf.
`Het masker gaf haar magische krachten. Haha. Kom op zeg laat me niet lachen. Zonder het masker is ze nog steeds een normaal mens ZONDER magische krachten, evenals Fleur. Door een magische ketting of masker krijg je nog geen magische krachten. Je leent ze alleen maar. Zonder die voorwerpen zijn ze alleen een hoopje ellende,' grinnikt Roos terwijl ze een traantje weg pinkt.
`Oh ja?' kwam Julliët tussen beide. Behendig springt ze uit de grip van de man en steekt haar hand naar voren. Een klein vlammetje danst door de lucht om vervolgens door de eerste windvlaag te doven. Julliët zakt verslagen op de grond.
`Haha, schattig,'grinnikt Roos `Waar waren?' vraagt Roos en draait zich weer tot mij.
`Oh ja, de voorwerpen verlenen hun alleen wat "magie" zoals jij dat noemt, maar ga verder je was op het goede spoor. Ik ben geïnteresseerd, ik hou ervan om mensen te zien spartelen,' grijnst ze en doet leunt met haar hoofd op haar hand, in een poging geïnteresseerd te lijken.
`Uhm... De tweeling, is niet Fleur of Julliët, maar wel iemand anders. En ik weet wie?' begin ik en Roos ogen lichten op.
`Oh ja?' grijnst ze.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen