My memory has run away
De Cullens stonden met hun mond vol tanden. Morani en Marie waren heel vriendelijk, maar je mocht niet aan hun familie komen. Je speelde anders met je leven, neem maar van mij aan. Blijkbaar kende ik ze in mijn mensenleven maar hadden ze mij op een moment onbeschermd gelaten.
'Hoe ben je je geheugen kwijtgeraakt Arya?' vroeg Carlisle aan mij.
'Na mijn transformatie kon ik mij niets meer herinneren, hier en daar een flard van een herinnering, maar meer niet,' antwoordde ik eerlijk.
'Haar geheugen zal waarschijnlijk nooit meer terug komen,' zei Morani. Harde taal, maar mijn geheugen was van mij weggelopen.
'Het is het best dat jullie nu weg gaan,' zei Marie. Carlisle knikte. Nog geen seconde later waren ze allemaal weg.
'Das snel,' zei ik. Morani en Marie knikten.
'Kom we gaan naar huis,' zei Morani. We renden alle drie naar huis. Toen we ons huis hadden bereikt, liepen we direct naar de woonkamer. We gingen in de zetels zitten.
'Wat is er nu gebeurd?' vroeg Marie. Ik ging goed zitten en begon met vertellen. Van mijn vertrek tot mijn thuiskomst. Ze luisterden en onderbraken mij niet.
'Maar van waar kende ik ze?' vroeg ik. Morani en Marie keken elkaar moeilijk aan.
'Je bent er nu nog niet klaar voor,' zei Morani. Ik keek hem ongelovig aan.
'Waarom ben ik er nog niet klaar voor?' vroeg ik.
'Je hebt vandaag al genoeg meegemaakt,' zei Marie.
'Maar...' begon ik.
'Nee Arya!' Morani keek me streng aan. 'We bespreken het een andere keer, oké?' Zijn toon zorgde er voor dat ik wijs mijn mond hield.
'Er is vandaag al veel gebeurd. Laat het even rusten. Verwerk eerst de informatie die je al hebt gekregen,' zei Marie moederlijk tegen mij. Ik knikte.
'Is het goed als ik even een luchtje schep?' vroeg ik ze.
'Is goed schat, wees op tijd terug voor je wachtronde hé?' zei Morani. Ik knikte. We hadden wachtrondes om ons gebied te beschermen. We hadden een redelijk groot gebied voor drie vampiers. Je moest wel je gebied beschermen anders gingen er andere vampiers in je gebied jagen en soms, wel meestal, gaf dat problemen.
Ik liep de veranda af en liep naar het bos. Ik keek in het rond. Er verscheen een lachje op mijn gezicht. Wat had ik toch mijn thuis gemist. Ik stapte rond. Plots rook ik een vaag bekende geur. Ik besloot om de geur te volgen. Ik zorgde er voor dat degene van wie dit spoor was niet in de gaten had dat ik hem volgde. Het geurspoor stopte bij een boom ik keek omhoog, maar kon de persoon niet zien. Ik wist wel dat het niet Morani of Marie was. Hun geur zou ik herkennen. Ik ging door mijn knieën en sprong in de boom. Toen ik landde op de tak wist ik wie er op zat.
'Jasper was het toch?' vroeg ik aan de jonge man. Hij knikte.
'Je bent wel nog in ons gebied,' zei ik.
'Echt? Dat wist ik niet. Sorry.'
'Geeft niet.' Ik ging naast hem zitten. 'Waarom zit jij hier?' vroeg ik.
'Ik wou even alleen zijn, mijn gedachten ordenen, je kent het wel.' Jasper keek me niet aan. Hij zuchtte.
'Waarom zit jij hier?' vroeg Jasper oprecht geïnteresseerd aan mij.
'Ik wou gewoon alles op een rijtje zetten,' zei ik.
'Ik begrijp het,' zei hij. Hij keek me nog altijd niet aan.
'Jasper, wat is er echt aan de hand?' Ik keek naar hem. Uit zijn ooghoeken keek hij bedenkelijk naar mij.
'Er is niets aan de hand,' beantwoordde Jasper mijn vraag. Ik trok bedenkelijk mijn wenkbrauw op. Plots begon het te waaien. Mijn haar vloog naar voor. De wind streelde mijn nek. De wind kietelde ook een beetje. Toen de wind was gaan zakken, stak Jasper plots zijn hand uit.
'Je haar zit in de war,' zei hij geamuseerd. Hij strekte zijn hand uit. Zijn hand raakte mijn wang even aan. Hij verstijfde. Hij keek me peilend aan. Ik bewoog niet. Ik keek recht in zijn ogen. De plek waar zijn hand mijn huid had ontmoet, brandde. Ik had weeral het gevoel dat ik deze situatie al eens had meegemaakt. Wat was er aan de hand met mijn geheugen? Jaspers hand ging naar boven. Hij nam een lok haar, het was losgekomen, en stak het achter mijn oor. Hij kwam dichterbij. Ik had weeral het gevoel dat ik dat al eens had meegemaakt, alleen was het iets sterker. Ik hoorde dat er een paar vampiers naar hier kwamen, maar ik kon me niet bewegen. Ik kon zelfs niet meer praten. Wat gebeurde er? Ik keek recht in zijn o zo vaag bekende ogen. Hij kwam langzaam dichterbij. Zijn gezicht was zo dichtbij. Ik verdronk in zijn gouden ogen.... Bijna.
'Ik heb je gemist Arya,' zei hij zacht tegen mij. Ik verroerde me niet. Zijn hand gleed langs mijn wang. Met zijn duim gleed hij langzaam langs mijn jukbeenderen. Hij kwam nog dichter met zijn hoofd. Hij keek me zo liefdevol aan. Zijn hand lag nog altijd op mijn wang. Hij streelde met zijn duim mijn wang. Zijn gouden ogen, ik verdronk er in... Bijna. Plots boog hij zich voorover. Zijn lippen raakten de mijne. Hij kuste me zo liefdevol en voorzichtig. Ik had weeral het gevoel dat ik het al een keer had meegemaakt. Ik snapte er niets meer van. Ik sloeg plotseling mijn armen om zijn nek en ik sloot genietend mijn ogen. Vijf seconden. Plotseling ging er een lichtje branden! Ik zat hier een wildvreemde te zoenen! Ik verbrak de kus en sprintte weg. Ik voelde Jaspers verbaasde blik in mijn rug branden.
Reageer (2)
Ze moest blijven!!
1 decennium geledenSNEL VERDER!!!
auwh
1 decennium geleden