De tijd in Hawaï was zo snel voorbij gevlogen. We moesten zo snel naar huis, ik wou niet. Ik had met Joe afgesproken dat ik in de vakantie weer zou komen. Het leifst was ik nu gewoon bij hem en voelde zijn warme lippen tegen de mijne. Maar het leven kon niet altijd aan mijn kant liggen. Laten we maar gewoon zeggen dat het leven nooit aan mijn kant staat.
Ik werkte bij de bloemenwinkel en het was totaal niet druk. Ik moest zo weer bezig met min studie en ik had er totaal geen zin in. Toen zag ik buiten dat Siyana kwam. Ik haastte me naar buiten en gaf haar een knuffel.
‘Ben je vrij?’, vroeg ik en keek haar terwijl ik een aantal rozen uit een pot haalden. Die waren niet zo mooi meer.
‘Nee, ik kwam alleen even zeggen dat Nick nog had gebeld’, zei Siyana. Ik keek haar aan. Joe had mij al in dagen niet gebeld. Al vanaf we weg waren. Wat was er met hem aan de hand. Ik maakte me er eigenlijk niet zo druk om, hij had vast een andere leuke meid gevonden die stukke leuker was dan mij.
‘Joe heeft mij al in dagen niet gebeld’, zei ik en ik gooide de rozen in de prullenmand. Ik pakte mijn kettinkje. Hij had wel beloofd dat hij altijd de mijne zo blijven. ‘Ik moest nog vragen of ik bij de Hitkrant stage kon lopen voor school’. Ik keek naar Siyana, die naar mij keek.
‘Ik denk dat dat wel mogelijk is’, zei Siyana. Ze greep naar haar nek. Nick bleef haar trouw, van Joe had ik nog niks gehoord.
‘Zou je dat voor mij willen vragen?’, vroeg ik. Siyana knikte.
‘Maar ik moet nu weer weg’, zei Siyanba. ‘Er is werk te doen’. Siyana liep weer terug naar het Hitkrant gebouw. Ik pakte de zonnebloemen deed ze in een pot. Waarom eigenlijk? Ik ging naar binnen om een klant te helpen. Die wou te veel, gelukkig kon ik dan tijd rekken. Eindelijk was ik vrij en ik ging naar huis. Mijn moeder was erg blij dat ik weer gezond en wel thuis was. Maar met haar ging het niet zo goed, ze was ziek geweest.. Het was net Nick, alleen zij had geen diabetes. Zij had kanker, net als mijn oma en overgroot opa. Het deed mij zeer. Ik wou haar niet verliezen. Echt niet verliezen. Net zo erg als Joe verliezen, of Siyana. Ik maakte me veels te druk. Dat moest ik niet doen. Ik liep de straat uit. Ik zag het huis van Siyana staan, maar daar moest ik niet heen, morgen weer. Ik liep naar mijn huis waar mijn moeder me verwelkomde met thee. Dat is iets wat ik graag dronk. Ik lachte naar haar en ging zitten. Mijn zusje die lette niet op mij en die keek gewoon tv.
‘Hoe was het werk?’, vroeg ze.
‘Te saai’, zei ik. En ik dronk mijn thee. Ik moest nog studeren, wat tekst instuderen voor mijn opleiding, dat deed ik vanavond wel.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen