47. Scars remain, even after the battle has ended
Please look forward to my next chapter
Ik kneep mijn ogen dicht om me meer op het liedje te concentreren, in plaats van op het publiek dat verward toekeek. Dit was zo anders dan de perfecte georganiseerde muziek, die gemaakt was om slechts goed te verkopen, die zij luisterden.
Ik was me er maar half van bewust dat mijn hand mee bewoog op muziek en mijn gevoelens verklapte aan iedereen die toekeek. Als ik stopte met zingen, was het muisstil. Alle leerlingen staarden me met uitgestreken gezichten aan, waardoor ik niet kon zeggen of dat positief of negatief was – alhoewel ik gokte op het laatste.
Wanneer de leerkracht juist zijn mond opende om iets te zeggen, werd er op de deur geklopt. Director Lee’s hoofd verscheen om de hoek. Zoals gewoonlijk voerden de twee een onverstaanbare conversatie, die deze keer eindigde met Director Lee die gebaarde met hem mee te komen.
“Waar gaan we naartoe?” vroeg ik niet echt nieuwsgierig. Ik was nog aan het bekomen van mijn zenuwophoping van het zingen. Het enige wat er nu toedeed, was dat ik uit dat vreselijke klaslokaal was.
Director Lee knikte alleen maar, keek nog niet eens om. Misschien had hij het niet fatsoenlijk verstaan, maar schaamde hij zich te hard om het toe te geven? Was dat niet vaker het geval? Dat was toch hoe ik me soms voelde, zou ik het nog eens vragen?
Mijn hoofd bleef vol mogelijke, subtiele zinnen stromen als hij een deur opende, waarachter zich een kleurloos lokaaltje bleek te bevinden. Hier moesten we zijn, constateerde ik toen ik haast op Lee aanbotste door zijn plotse halt.
Hij nam een stapje opzij waardoor ik de ruimte goed kon bekijken. Ik merkte op dat we hier niet met zijn tweeën alleen waren. Een kleine, getaande man – nou ja, gemiddelde lengte voor een Aziaat – in een witte doktersjas bekeek me van kop tot teen. Zijn volgende vraag was natuurlijk aan director Lee gericht.
Ik werd als zo vaak eerder genegeerd. Niet dat ik er ook maar iets van zou begrijpen, moesten ze mij iets vragen, maar toch stoorde het me dat ik zomaar werd overgeslagen. Ja, ik was een egoïst.
“Seven,” riep Lee een halt aan mijn gedetailleerde onderzoek van deze kamer, “dit is dokter Go.” De oude man knikte me vriendelijk toe. “Hij gaat je lichaamsomtrekken meten, je een dieet voorschrijven en je misschien nog enkele andere informatie geven.”
“Ah, oké,” knikte ik verveeld. Wat, wacht, schrok ik ineens op. Dieet? Ik slikte. Misschien werd ik toch nog dun! Een klein vlammetje van hoop flakkerde in me op. Ik had mijn eerste positieve puntje aan deze training gevonden.
“Cha, laten we eens zien,” mompelde dokter Go in gebrekkig Engels. Hij gebaarde naar mijn kleren: “Uit! Behalve ondergoed, natuurlijk.”
W-wa-wat? Mijn kleren uit? Mijn ogen schoten naar director die onverstoord een andere kant opkeek. Ik hoorde hoe de dokter met het geklak van zijn tong weer mijn aandacht probeerde te winnen. Ik negeerde hem. Ik ging mij níet uitkleden – nooit.
“Heb je hem niet gehoord?” vroeg Lee geërgerd na een tijdje. Dan zag hij mijn blik en zuchtte diep. “Ik zal de kamer wel uitgaan als je wilt.” Blijkbaar had hij eerder meisjes gehad die hem niet in de buurt wilden hebben…
Mijn gezicht vertrok. Dat was het niet…of toch wel? Ik wilde me gewoon niet blootstellen. Die roze strepen waren nog steeds niet verdwenen. Ook waren er die dikke repen huid die lichter afstaken tegen de rest – iets wat voor eeuwig een litteken zou blijven, vreesde ik.
Ook had ik een automatische reflex ingebouwd tegen mannen. Ze mochten niet te dichtbij zijn, al helemaal niet kijken… En mezelf uitkleden, als was het tot mijn ondergoed, was compleet uit den boze. Ik slikte nerveus, lichtelijk in paniek. Zouden ze me het gebouw uitsmijten als ze mijn automutilatie ontdekten?
Ik sloeg mijn ogen neer. Wat kon ik anders doen? Weigeren me uit te kleden? Hen vragen me met kleren te wegen? Dat was allemaal zo…veeleisend. En voor wat? Omdat ik bang was. Vroeg of laat zouden ze erachter komen of ik dat nu wilde of niet.
Voor dat mijn hoofd mijn lichaam kon verlammen van de angst, schopte ik mijn schoenen uit en trok langzaam mijn sokken uit. Ik stroopte mijn broek naar beneden, mijn benen zo gebogen dat je de littekens helemaal van boven niet zo zag. Ik kneep mijn ogen dicht als ik mijn vest uittrok.
Ik wilde hun reacties niet zien. Ik stond nu in een T-shirt. Alles was zichtbaar. Met alleen mijn oren als waarneemzintuig, wachtte ik af tot de eerste reacties zouden binnenstromen.
“Director Lee…” hoorde ik de aarzelende stem van de dokter.
[NEXT TIME ON: ‘I CAME FROM NOTHING TO BECOME EVERYTHING’]
“Wat is dit?” vloog de stem van de director de hoogte in. “Wat is dit?” Zijn ogen, wijd open gesperd, bleven maar naar de roze strepen staren.
Ik slikte schuldbewust en staarde naar mijn voeten. Nu pas besefte ik hoe hard ik hen had voorgelogen.
“Waarom, waarom? Waarom moet elke keer dat ik iemand scout iets misgaan? De ene kan toch niet zingen, de andere heeft autisme en dan is er dit!”
“Stop meteen.”
“Ik wil niet dat we nog meer geld gaan verspillen. Ik wil met de president spreken, nu!”
Reageer (1)
Zo gemeen...
1 decennium geleden