~Rose~ 3O
Ik kwam aan bij het kamertje waar de directeur zat. Ik klopte aan en wachtte geduldig op een antwoord. Na een minuut mocht ik eindelijk naar binnen. Geloof me, een minuut is lang als je moet wachten. Zestig hele seconden! De directeur herkende me meteen en gebaarde dat ik moest gaan zitten. Ik ging zitten en voor even was er een onaangename stilte.
“Waarschijnlijk hoef ik je niet te vragen ofdat je weet waarom je hier bent? Want dat is namelijk logisch aangezien je toch een aantal weken niet op school bent geweest door een naar.. voorval.” Hij liet tussen naar en voorval een korte stilte. Misschien bedoelde hij het niet zo, maar het klonk voor mij al meteen bespottend, alsof hij het woord uitspuugde van afgunst, alsof.. alsof..
“Jenna? Ga je nog antwoord geven op mijn vraag?” Ik schrok op uit mijn gedachten.
“Sorry meneer, zou u de vraag kunnen herhalen?” De man knikte en herhaalde zijn vraag.
“Waarom zou je zelfmoord willen plegen? Of is er een andere reden dat je door een overdosis in het ziekenhuis kwam?” Ik zuchtte geïrriteerd, die vraag kenden we nu wel.
“Meneer het was geen opzettelijke poging tot moord, ziet u ik had op meerdere plekken pijn en had al vaker die dag aspirientjes geslikt. Toen ik er op het toilet nog twee nam was het fataal.” Ik bracht het er erg geloofwaardig uit en ik zag dat de man toch even leek te twijfelen.
“Jenna, vertel geen leugens tegen me, de doctoren en je ouders hebben mij beiden ingelicht.
“Wat heeft u dan gehoord?” Hij vertelde alles, en alles daarvan was de waarheid, zelfs meer dan de waarheid, naar mijn idee wist ik meer dan nodig was.
“En ik ga er van uit dat de sneden op je polsen geen krassen zijn van je kat die je steeds daar blijft aanvallen..”
“Ik snijd mezelf niet meer, ik ben gestopt..” De man keek me niet vertrouwend aan.
“Sorry Jenna, maar ik geloof je niet..”
“U kunt mijn ouders bellen! In het ziekenhuis kon het niet, en nu hebben ze in huis ook alles weg gehaald! Het kan niet eens! En ik heb mezelf verplicht het niet meer te doen, ik wil het niet meer.” Ik ging op in mijn toneelstuk, ik had het gehad, met iedereen! Ik liet mijn polsen aan hem zien, hopend dat hij er weinig over wist en de verse sneden er niet uit kon halen. Helaas was hij slimmer dan ik dacht. Hij wees de verse aan.
“Deze en deze zijn nieuw Jenna, houd mij en jezelf niet voor de gek.” Ik balde mijn vuisten. Mijn knokkels werden wit en tranen sprongen in mijn ogen.
“Jenna, je ouders hebben mij ingelicht voor je eigen veiligheid, ik ben er ook verantwoordelijk voor dat je niks overkomt, je hebt geluk gehad dat Amber je vond in de toiletten en niet iemand anders, dan had de hele school het geweten. Ook wist Amber op tijd een conciërge erbij te halen zodat hij meteen 112 kon bellen. Amber heeft je gered.”
“Oftewel, had Amber maar nooit bestaan, dan was ik nu beter af geweest.” Zei ik kil. Ik zag de adamsappel van de man heen en weer schieten wat verklapte dat hij slikte. Het was even stil en de man wist duidelijk niet te antwoorden.
“Waarom zeg je dat over Amber? Ze is toch je vriendin?”
“Ten eerste, Amber is niet mijn vriendin, ten tweede ik haat de wereld! Ten derde ik wil niet meer leven! Waarom begrijpt niemand dat?!” Ik schreeuwde het bijna, net niet hard genoeg zodat het binnen dit kamertje zou blijven.
“Jenna, ik laat je door een conciërge naar huis brengen en ik bel je ouders op, dan overleg ik verder met hun.” Ik zei geen woord meer tegen hem en liet alles over me heen komen. Toen ik met de conciërge op weg was naar huis besefte ik me wat, hij zou mijn ouders zeker gaan vertellen van de verse sneden. Ik was zo dom, een sukkel, niets waard..
Reageer (2)
Ze mag geen minderwaardigheidsgevoelens krijgen
1 decennium geledenSnel verder
1 decennium geleden