1. Freezin'
Amicitia Emma Lonwel
‘Ami.’ ik maak een hummend geluidje en kijk richting mijn neefje van vijf, die aan mijn broekspijp trekt. Arthur zit midden in de kamer op het plastic wat ik die ochtend neer heb gelegd om te voorkomen dat ik met het schilderen knoei op mijn laminaat. Ik leg mijn kwast in het bakje met verf en kniel neer voor het kleine jongetje.
‘Wat is er, Arti?’ vraag ik, hij staart me met zijn grote sprankelende blauwe ogen aan.
‘Kun je een liedje zingen?’ met zijn handjes grijpt hij naar mijn schouders en liefdevol til ik hem op. Ik draai een rondje met het ventje in mijn armen en zet hem dan op de grond.
‘Natuurlijk Art.’ Ik neurie een vrolijk wijsje van een liedje dat ik dagen geleden op de radio heb gehoord. Ik zing zachtjes de tekst die ik me nog kan herinneren en voeg wat zelfbedachte coupletten toe. Mijn zangtalent is alles behalve verbazend of exceptioneel maar Arti wil altijd dat ik zing.
Arthur giechelt en gooit zijn armpjes in de lucht, ik geef hem een brede glimlach. Ik kan het niet helpen het kleine jongetje schattig te vinden, ondanks dat hij vijf is en al naar de basisschool gaat -is hij nog steeds vrij klein (net als ik overigens) en heeft hij nog iets molligs van een peuter. Ik zie Arthur meer als een broertje dan als een neefje, ik hou ongelooflijk veel van het kleine opdondertje. Ik pak mijn kwast weer op en verf de laatste randjes om mijn muur de laatste finishing-touch te geven. Ik ben al een week bezig met alle muren van mijn kamer te schilderen, en vandaag wil ik het werk echt af hebben.
Desondanks vind ik het geen probleem om op Arti te passen, ik aai het blonde jongetje over zijn haren als ik langs hem loop. Ik was mijn kwast af en berg de rest van de verfspullen op. Arthur volgt me op de voet en ik struikel bijna over hem heen als ik me omdraai. Hij schrikt zich een ongeluk en met een zacht piepje springt hij opzij. Zachtjes snikt Arti en met tranen in zijn oogjes strekt hij zijn armpjes uit, ik til hem op en sla mijn armen beschermend om hem heen.
‘Schrok je zo erg?’ gniffel ik gedempt door zijn blonde haartjes. Ik voel hoe hij knikt en ik aai over zijn wang heen. De deurbel schalt luid door mijn huis heen en ik krijg de neiging om mijn handen over mijn oren heen te doen (ik snap niet dat mijn ouders die bel niet vervangen). Arthur begint wild te spartelen en als ik hem neer zet rent hij meteen naar de trap die naar de voordeur leidt toe.
‘Mama!’ de kleuter neemt voorzichtige stapjes van de trap af en ik volg hem ietwat bezorgd op de voet. Ik open de deur en het jongetje vliegt de armen van mijn tante in. Ik grinnik zachtjes om zijn reactie, ik pak zijn jas, sjaal en muts van mijn kapstok en kleed Arti aan.
‘Zo was het leuk Arthur?’ vraagt mijn tante Grace geïnteresseerd aan het kleine mannetje, Arthur knikt zo hevig dat hij bijna omvalt.
‘Echt heel erg bedankt dat je even op wilde passen Ami.’ bedankt Grace me gemeend en ik tover een klein glimlachje op mijn gezicht. Ze loopt terug naar haar fiets, en enthousiast hobbelt Arthur op zijn korte beentjes achter haar aan. Hij glijd bijna uit over de gladde platgestampte sneeuw, maar het lijkt hem allemaal niet te deren. Ik weet waarom hij zo graag naar huis wil, al heel de middag heeft hij wilde verhalen verteld over het konijn dat hij vanmiddag mag uit kiezen. Grace tilt Arthur in het kinderzitje en met rode wangetjes van het rennen en de kou kijkt hij me na als ze weg fietsen.
Ik zwaai het duo nog na, huiverend van de winterkou doe ik de deur achter me dicht. Niet veel later kruip ik met een warme kop chocomel en een bakje mini-marsmellows in een hoekje van de bank. De verwarming staat hoog en de warmte zorgt ervoor dat mijn wangen een lichtroze kleur krijgen. Ik hoor de deur open gaan en kijk nieuwsgierig naar de deuropening, waar mijn moeder in verschijnt. De sneeuw op haar zwarte jas smelt door de warmte in de woonkamer en ze kijkt me glimlachend aan. Ze hangt haar jas om het hoekje en komt dan naast me op de bank zitten. Ik kijk op haar horloge en mijn ogen worden groot.
‘Shit!’ mijn moeder kijkt me aan met een blik die zegt; Dit soort taal gebruiken we hier niet jongedame! Normaal had ik haar een verontschuldigende blik terug gegeven, nu heb ik daar geen tijd voor. Ik spring op en grijp mijn jas en sjaal van de kapstok, terwijl ik mezelf inpak stommel ik terug de kamer in en drink snel de laatste paar slokken chocolademelk op. Ik geef mijn moeder een kus op haar wang en vlieg na een snel afscheid de deur uit. Ik glij onderweg naar mijn werk bijna drie keer onderuit met mijn fiets, ik tril helemaal als ik (gelukkig heelhuids) bevroren het kleine snoezige fotowinkeltje waar ik werk binnenstap.
Er zijn nog geen reacties.