[4] Obscurum
Ik stond op, liep naar het pad opweg naar huis. Ik zou mijn spullen pakken en gedag zeggen tegen mam, ze zou wel begrijpen waarom ik weg moest. Misschien kon ze zelfs mee! "O nee, zeker niet!" Zei Sue achter me. Eerst begreep ik niet waarom hij dat zei, maar na een paar seconden wel. "Waarom niet?! Het is mijn moeder! Ze heeft niemand anders meer!" Zeg ik. Sue liep op me af, bleef voor me staan. "Ik weet het. Maar we komen terug, als we zeker weten dat Sander hier ver vandaan is. Hij zal je moeder geen pijn doen, dat beloof ik." Zegt Sue begrijpend terug. "Ik haal mijn spullen." Zeg ik, en draaide me om, maar een sterkte, pijnlijke greep bij mijn schouder hield me tegen. "Nee! Als jij dat doet, en Sander ziet je weet hij dat we vertrekken!" Zegt Sue kwaad. "Maar... Ik moet nog afscheid nemen van mam! En ik moet het nog goedmaken met mam!" Zeg ik huiverend terug. Het laatste wat ik tegen haar zei was dat ze op moest rotten... Maar dat was toch niet serieus! Bestaat dan ook echt alles? Komen er zometeen ook elfjes? Ogers? En Bigfoot ook nog? Hoe moeilijk kan het zijn om een normaal leven te lijden? "Ik snap dat je dat moeilijk vind..." Zegt Sue. "Maar het is voor iedereen zijn veiligheid hier. Door terug te gaan naar je moeder, dat verwacht hij! Ik snap het, echt!" Eerst begreep ik hem, het was beter zo. Door terug te gaan zou het voor Sander alles behalve moeilijk maken om mij op te sporen. En als hij mam aan de praat kreeg, en ik zou haar vertellen waar ik heen ging, zou mam zich voorbij kunnen praten, want liegen kan ze niet. Het is wel duidelijk van wie ik het heb. Maar de gedachte om haar en mijn paard hier onbeschermd achter te laten, nooit. "Nee! Nee je snapt het helemaal niet! Wat weet jij er nou van, Sue?!" Schreeuw ik terug, en plof weer neer naast Seth, hij kijkt me bezorgt aan. Achter me hoorde ik Sue zijn woede inhouden. Kwaad zegt hij: "Als Seth zou kunnen praten zou hij het tegen je zeggen, kneus. Maar helaas. Ik ben al veel meer verloren dan jij nu, Mila! Ik zou uitkijken met wat je zegt! Niemand van mijn familie kan ik ooit nog zien door die verschrikkelijke stinkende weerwolven, jij hebt nog geluk!" Toen hij daar klaar mee was rende hij weg, veranderde in een wolf en was snel uit het zicht verdwenen. Jemig... Ik had zoiets nooit mogen zeggen... Ik zucht. "Alleen ik kan de verkeerde dingen zeggen." Zeg ik tegen Seth. "Ach, hij draait wel bij." Hoor ik naast me, Ali is daar komen zitten. "Al vaak genoeg heeft hij het gehoord, en het is alweer 20 jaar geleden. Hij heeft niet eens zijn ouders gekend. Ze vonden hem in het bos, jouw vader en Jamar. Al gauw bleek dat hij ook een wolf was, en wat er met zijn ouders was gebeurd. Zo ver zal het bij jou niet komen!" Zegt hij. Opluchting komt in me naar boven, al zit het nog steeds niet lekker. Ik denk nooit na voor ik wat zeg en daardoor mogen veel mensen me niet. En als ik wat moet zeggen dan moet het ook gelijk, anders flip ik zowat. "Waarom ben ik zo belangrijk voor jullie? Ik bedoel, boeien als ik dood ga, wat voor een leven heb ik nou eigenlijk..?!" Zeg ik. Ik hoor Seth naast me grommen. "Mila! Alsjeblieft zeg dat niet... Je weet heel goed waarom we jou laten leven! En trouwens, je bent al helemaal lid van de familie omdat je.. Eh.. Met Seth gaat. Denk er eens aan als hij zonder jou moest leven!" Zegt Ali. Oja, een meisjes-roedel-leider, daar gaat het nu eigenlijk om. Maar hij heeft wel gelijk, wat ik Seth niet aan zou doen...
"We vertrekken over een klein uur, verwissel jij het verband van Seth's poot? Dan ga ik Sue terug halen, we verzamelen hier." Zegt Ali kortaf, en rent in de richting waar Sue net heen rende. Ik zucht diep, ik wil gewoon een normaal leven.
Er zijn nog geen reacties.