Foto bij 4 ---- TO WATCH THE SUNRISE

http://www.youtube.com/watch?v=sPwjcF4YuBk

vrijdag
Julian sprak me aan toen in de fietsenstalling en hoewel we elkaar nog nooit gesproken hadden, kon ik niet zo wegfietsen zoals ik normaal gedaan zou hebben. Dus luisterde ik naar heb, terwijl ik besefte dat hij er goed uit zag. Vooral zijn lange vingers (zou hij pianospelen?) trokken steeds opnieuw mijn aandacht, maar ik probeerde het te negeren. Het gaat nu juist zo goed tussen mij en Dan. Toen ik hem liet uitpraten, bleek dat hij ook bij Dan op bezoek wilde, maar dat hij bedacht had dat ik daar waarschijnlijk heen ging, dus of ik het een probleem vond als hij meekwam.
Ik schiet bijna weer in de lach nu ik terugdenk aan zijn benauwde gezicht tijdens die vraag. Natuurlijk, ik ben niet het liefste meisje van de school, maar ik bijt echt niet. Tenminste, meestal bijt ik niet.
In elk geval staan we nu samen voor Dan’s deur te wachten en zoals altijd duurt dat wel even. Hij zit waarschijnlijk op zijn kamer, dus moet hij eerst twee trappen af en dan nog de reusachtige woonkamer door, om bij de voordeur te komen. En zeker als hij moe is, kan dat behoorlijk lang duren.
De voordeur gaat open en ik zie dat Dan’s oog op Julian valt. Zijn blik wordt donkerder en hij grijpt de deur steviger vast, alsof hij hem wil dichtgooien, maar dan ziet hij mij ook staan. Nog heel even lijkt hij te twijfelen en dan gaat de deur verder open en hij wenkt ons naar binnen. Als we in de woonkamer op de bank zitten, begint hij pas te praten.
‘Wat doe jij hier, Julian? Vond je het ineens nodig om je oude vriend weer een keer op te zoeken? Ben ik nu geen schande voor je imago meer?’ Ik schrik van de felheid van zijn stem, maar vooral door de kwetsbaarheid. Hij klinkt nog een stuk zwakker dan gistermiddag.
‘Het spijt me echt heel erg dat ik je zo in de steek gelaten heb, Dan. Ik had dat nooit mogen doen en er is ook geen manier waarop ik het goed kan maken. Maar kan je het me vergeven?’ Naar het einde toe wordt Julians stem steeds zachter en ga zit naar de tenen van zijn schoenen te staren. Ik snap niet goed wat er aan de hand is, voor zover ik wist waren ze gewoon vrienden.
‘Gezien de omstandigheden kan en wil ik niet boos blijven, dus ik zal proberen je te vergeven’, even leek Dan weer te twijfelen, ‘maar hoe kwam je op het idee om nu ineens weer langs te komen?’
‘Lach me niet uit, wil je? Ik droomde vannacht dat we elkaar weer tegenkwamen en toen besefte ik dat ik je in de steek gelaten had. En omdat ik te laf was zelf te komen, besloot ik mezelf met Nina mee naar binnen te smokkelen.’
Dan’s gezicht werd zo mogelijk nog witter dan het al was, en enigszins verbaasd antwoordde hij: ‘Absurd. Ik droomde ook zoiets, volgens mij. Maar het was in elk geval verstandig met Nina mee te komen, anders had ik je nooit binnengelaten. Nu je er toch bent, kan je jezelf trouwens wel nuttig maken. Wil je voor mij thee maken en voor Nina koffie? Je weet de weg toch?’
Terwijl Julian de kamer uit loopt, lijkt Dan nog verder in te storten en ik besef dat het een afleidingsmanoeuvre was. Ik ga naast hem zitten en sla een arm om hem heen, waarna hij begint te praten.
‘Ik wilde het niet met Julian erbij zeggen, de klootzak!’ Zijn kaak is sterk aangespannen en even komt de frustratie naar buiten, dan herpakt hij zichzelf. ‘Maar ja, hij is er nu, daar kan ik ook niets aan doen. Wat ik wou zeggen is dat het helemaal niet goed gaat, maar dat had je misschien al gezien.’ Hij slikt en knijpt in mijn hand, waarna hij nog zachter verder gaat. ‘Ik was vanmorgen in het ziekenhuis en ze als ik geen levertransplantatie kan krijgen, geven ze me nog maximaal twee weken’
Dat komt binnen met een enorme klap en even dreig ik in paniek te raken. Dan besef ik dat ik degene ben die sterk moet zijn. Ik moet sterk zijn, ik moet Dan steunen, ik moet sterk zijn, ik moet…
Ik zie dat er een traan over zijn wang loopt en voorzichtig veeg ik hem weg, waarna ik hem een zoen geef. Het is misschien een vreemd moment, maar het voelt als het enige wat ik kan doen en Dan beantwoordt de kus op een bijna wanhopige manier.
Voorzichtig leun ik een stukje naar achteren, zodat ik Dan in zijn ogen kan kijken. ‘We gaat hier samen voor vechten, dat weet je hè? Het is nog niet over, zolang we samen zijn zullen we samen blijven vechten!’
En diep in mijn hart bedenk ik dat we niet alleen samen gaan vechten. Hoewel ik weet dat Dan het niet wil, ga ik ook in mijn eentje vechten. Ik zou alles geven om zijn leven te redden, desnoods een deel van het mijne. 

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen