Vampire Venom ~ Twilight Story ~ 15 ~
Ik loop op dit verhaal ver voor. Ik moet meer schrijven aan 'I'll fix you'..
Daar loop ik echt niet zo ver voor, net een hoofdstuk ofzo.
The End is near,
Alice [POV]
Geschrokken kom ik overeind, mijn adem schokt, en ik kijk rond.
Jasper zit aan mijn zijde, die hij bijna nooit verlaat.
‘Goede avond.’ Zegt hij kalm, een glimlach verspreid zich over zijn gezicht.
‘Het zelfde.’ Blaas ik uit, hij pakt mijn hand, en strijkt erover.
‘Het spijt me dat je zo’n rot leven had.’
Rot leven? Ik had het fijn.. Totdat ze mij opsloten in een inrichting.
Hij aait door mijn haar.
‘Je hebt bijna geen koorts meer.’ Hij glimlacht, en mijn dode hart maakt een sprong.
Ik ga terug liggen, en denk na.
Zou hij echt de Jasper zijn waar ik van gedroomd had?
De Jasper, waardoor Casper mij ging haten?
Mijn verleden komt me zo helder voor.
‘Jasper, ik voel iets. Over jou. In mij.’ Zeg ik zacht, hij kijkt verbaast, en strijkt een plukje uit mijn gezicht.
‘Dat voelde ik al een eeuw voor jou, Mary Alice Brandon.’ Hij komt dichterbij, en drukt zachtjes een zoen op mijn mond. Het is eerst zacht, totdat ik me erbij bemoei. De zoen word speelser, krachtiger, en ik eindig buitenadem.
‘Alsjeblieft, gewoon Alice.’ Zucht ik buitenadem.
‘Oké. Gewoon Alice.’ Hij grinnikt, en drukt zijn lippen nogmaals op die van mij.
Ik grom, en zoen hem hevig terug.
* * * * * *
De sneeuw voelt heerlijk tegen mijn huid, en plots krijg ik een sneeuwbal tegen mijn hoofd gegooid. Jasper staat triomfantelijk te lachen, terwijl ik met mijn armen over elkaar naar hem sta te kijken.
Als dat geen effect heeft, maak ik een pruillipje.
Jasper lacht, en hij is in één seconde bij me. Hij strijkt over mijn wang.
‘Sorry hoor, het kind in mij sprak even.’
‘Ja en dit kind, wil je terug pakken.’ Ik glimlach zoetjes, voordat ik een sneeuwbal in zijn gezicht druk.
Ik verstijf, als ik een benauwt gevoel krijg.
Een tinteling kruipt in mijn achterhoofd.
‘Bella! Ren! Wij houden ze tegen!’
En hier sta ik weer, mijn adem op te vangen.
‘Gaat het?’ Vraagt Jasper bezorgt, ik knik, en kijk hem aan.
‘Er is iets met Bella.’ Jasper fronst, en pakt mijn hand.
‘Nou dan, wat staan we hier nog. Bella heeft niet de eeuwigheid.’
In volle snelheid rennen we een leeg veld op, de bruinharige jongen hangt over Bella heen, en in een schok, gil ik zijn naam.
‘Edward! NIET DOEN!’ De jongen schiet overeind, Bella kijkt ook verward omhoog.
Ik voel mijn gewicht verplaatsen, herinneringen duiken op, maken mij in de war.
Mijn adem word nauwer, en het beeld voor mijn ogen verdwijnt en komt weer terug.
Steeds zie ik Jasper bewegen, de herinneringen vliegen door me heen alsof ik word aangevallen door kogels.
Aaron..
James..
Edward..
Rosalie..
Emmett..
Jasper..
Alle herinneringen komen op het zelfde moment, en laten mij ademloos achter, ik heb geen tijd om te herstellen, of er vliegt er nog een tegen mijn hoofd.
Zinnen komen als een bombardement op mij af, herinneringen die ik ken, die geen vreemdelingen meer voor mij zijn.
Mary Alice Brandon.. Alice Cullen..
Ik voel armen mij vast pakken, alsof dat nut heeft.
‘De wolf! Hij heeft Bella!’
‘Niet dood gaan Bella! Je red het wel!’
‘Het spijt me Bella..’
Ineens sta ik weer in de sneeuw, herinneringen dwarrelen rond mij heen, en ik zie Edward en Jasper bezorgt naar mij kijken.
‘Alice, gaat het?’
Het blijft een beetje draaien, ik glimlach zwak, totdat mijn ogen groter worden.
Ik ruik een wolf..
Vlug ruk ik me los in Jasper’s greep, en ren naar Bella.
Mijn armen spreiden zich wijd, en ik grom gevaarlijk.
‘Wat is er Alice? Wat zag je?’ Edward schiet aan mij zijde, kijkt even serieus, en zijn blik valt dan op een stuk donker bos.
Edward, ik zag het gebeuren, Bella zou sterven. Zeg ik in mijn gedachte.
‘Sterven?’
Ja Edward, luister nou naar me. Deze wolf is net zo groot als een olifant.
Ik hoor Edward lachen naast me, en ik geef hem een gevaarlijke blik.
Wil je dat Bella veilig blijft? Of wil je dat ze word opgegeten door die wolf.
‘Sorry. Trouwens, hoe wist je dat ik Edward heet?’
Ik grom, mijn ogen blijven op het donkere bos gericht.
Geen tijd om te praten, daar is hij.
Jasper springt naast me, en we staan nu in een rij voor Bella.
Bella kijkt geschrokken naar de bijna ondoordringbare muur die wij vormen.
‘Wat is er?’ Vraagt ze angstig.
Een tinteling gaat door mijn achterhoofd, het beeld veranderd moeilijk.
En ik sta oog in oog met een aantal wolven.
Ze grommen, als ik om mij heen kijk zijn Edward en Jasper de andere aan het bevechten.
Bella staat achter mij, angstig. Te rillen, ik voel haar bloed koken onder haar dunne lichaam.
Ik grom ook, en neem een aanloop richting de wolven.
Met al mijn macht probeer ik ze tegen te houden, maar het zijn er te veel.
Ik word verslonden..
Ik schiet terug in de werkelijkheid, alsof er niets gebeurt is staan we nog in formatie.
Mijn adem stopt, en ik zie een wolf te voorschijn komen.
Mijn einde in zicht.
Reageer (4)
ze mag niet dood gaan
1 decennium geledenze is de leukste van alle
verder
Neeeeee niemand gaat dooooooooood vandaag!!!!!!
1 decennium geledenajb snel verder
Theartoflive
snel verder!!
1 decennium geledenalice mag niet sterven:'(!!
X
Snel verder
1 decennium geleden