Mint zuchtte opgelucht, hij was ongedeerd en dat deed haar veel, veel meer dan het zou moeten. Ze voelde zich speciaal bij hem, ze wist wat het was: Ze was gewoon verliefd.
Vreemd, dat was het ja, maar waar. Ze hield hem goed vast, aangezien hij nog niet overeind kom komen. De voordeur ging open, dat kon je horen.
De voetstappen hoorde heel snel dichterbij komen en de keuken deur ging open. ‘Tatsuko-san?’ zei een heldere meisjesstem. Opeens vloog Jameson overeind. Mint was direct in gedachte gezonken.
Tatsuko? Tatsuko Jameson? Tatsuko Mint…
Haar droom werd ruw verstoord, Jameson en het onbekende meisje begonnen opeens voor haar neus te zoenen. Nu zou ze er ook nooit meer over dromen, haar hart zonk als een baksteen naar de bodem van de oceaan, zo voelde het.
‘Miharu-chan, er is niks aan de hand,’ zei Chanou geruststellend tegen het meisje, toen zij en Jameson elkaar loslieten. ‘Mooi, ik zou het mezelf nooit vergeven als mijn verloofde iets overkwam,’ zei het meisje Miharu opgelucht en met een glimlach.
Verloofde? Ging er door Mint heen, hij was nog maar 14 of 15! Jameson grijnsde en streelde Miharu’s haren. De vader van Jameson, James namelijk, had in no-time alles gerepareerd.
Later op de dag gingen de andere weg, inclusief Miharu en Jameson, want die hadden een afspraak bij een buidloft taarten winkel. Chanou liep wat rond in de stad, ze had het wel gehad thuis en had ook geen zin om met vermomming te lopen, die ze meestal toch weggooide en loog dat ze het kwijt was geraakt.
Mensen waren aan haar gewend en ze dreigt altijd als mensen naar haar toe komen, zwijmelend en al. Die zijn opeens een stuk minder fan… Ze wilde net een winkel binnen komen en werd opeens weggetelepoteerd.
Ze schrok even en in een oogwenk stond ze op een dak. Ze probeerde evenwicht te houden en keek toen op. Kisshu stond voor haar, grijnzend.
‘Kisshu!’ zei ze geschrokken. Ze deed een paar stappen achteruit. Ze wist namelijk niet, of alles wat hij tegen haar zei waar waren of al zijn daden waar waren.
‘Ik doe je niks,’ zei hij simpel en dat stelde haar al gerust. Ze sloeg haar armen over elkaar. ‘Wat is er?’ vroeg ze toen. ‘Ik vroeg me af… die tweede kracht.. Hoe kan dat?’ vroeg Kisshu op een nieuwgierige toon, die hij hoorbaar probeerde te onderdrukken.
Chanou glimlachte daardoor. ‘Ik, Laura en Mairu hebben blijkbaar meer energie dan de andere, die energie creërd een tweede kracht,’ vatte ze kort samen. Kisshu vond het blijkbaar maar vaag.
‘Dat neefje van jou he, die Uflon… Hij is eng,’ zei Chanou toen grijnzend en er ging een rilling over haar rug heen. ‘Ja, hij is als baby nogal vaak van de trap afgedonderd, toen kon hij nog niet vliegen,’ zei hij grijnzend en ze begon te lachen.
Daardoor verloor ze haar evenwicht en kantelde. Ze was vast van het dak afgevallen als Kisshu niet razendsnel naar haar toe kwam en haar ondersteunde. Ze glimlachten.
Opeens werd Kisshu een paar meter verder tegen het dak aangeslagen. Chanou kon nog maar net haar evenwicht behouden en draaide zich om.
Zakuro in haar Mew Mew vorm stond daar opeens. ‘Zakuro-chan!’ riep ze geschrokken en zonder iets te zeggen sloeg Zakuro haar spear weer af op Kisshu, die het nog maar net kon ontwijken.
‘Zakuro-chan! Stop!’ riep Chanou maar ze hield niet op en voor ze het wist liepen ze tegen elkaar te strijden. ‘Ik zei STOP!’ gilde Chanou opeens.
Ze kwam tussen beide, getransformeerd en al en sloeg net een aanval af met haar sceter, van Zakuro. ‘Zakuro-chan, laten we gaan!’ zei ze, toen er een stilte bleef hangen.
Ze keek even om naar Kisshu en toen naar Zakuro, die zich omdraaide en wegliep. Chanou liep achter haar aan en zuchtte diep.

Ze waren terug gegaan naar het Mew Café. Ookal ontbraken Ichigo en Masaya. Zakuro had blijkbaar alles verteld want Chanou werd toch eens aangevallen.
‘Besef je wel dat hij je alleen maar gebruikt!’ zei Mint. Chanou antwoordde niet. ‘Hij heeft je goede vriend bijna vermoord, en jou! En hij doet ons alleen maar pijn!’ mompelde Mairu.
Chanou liet ze maar een eind weg praten, ze wist ieder geval zeker dat Kisshu hun nooit zomaar iets aan deed. Maar toen bemoeide Shirogane zich er mee en vond ze het wel genoeg geweest.
‘De kans is zeer klein dat hij ons helpt,’ had hij gezegd. Als ze er één had, had ze een bijl naar zijn hoofd gegooit. ‘En wat kan het jou schelen? Zolang de wereld voor jou hetzelfde blijft maakt het toch niks uit wat er is met andere dus wat zou het als ik samenheul met de vijand!’ zei ze eens flink pissig.
Toen rende ze het café uit, weg van alles wat haar dwars zat. ‘Chanou-sama!’ hoorde ze achter zich. Ze draaide zich even om en zag Laura en Pudding aanrennen. ‘Chanou onee-chan!’ riep Pudding nog.
Ze ging een steegje in en knalde tegen iemand aan. Ze keek op en zag, tot haar verbazing Kisshu. ‘Chanou!’ riep hij. Snel deed Chanou haar hand voor zijn mond en ging een nog kleiner steegje in zodat ze niet gezien werden door Pudding en Laura.
Ze keek even om het hoekje en zuchtte opgelucht toen ze hun voorbij zag rennen. Ze draaide zich om, Kisshu keek haar verbaasd aan. ‘Ze willen dat ik je met rust laat, ze denken dat je me misbruikt voor je eigen snode plannetjes ofzo,’ mompelde ze.
‘Belachelijk,’ zei hij met een grijns en ze knikte. ‘Ze houden maar niet op! En ik wil je juist blijven zien,'zei ze terwijl ze tegen de muur aan ging staan. De gedachte dat ze hem alleen nog maar zag in gevechten tegen elkaar deed haar meer dan alleen maar pijn. ‘De oplossing is makkelijk,’ zei hij toen.
Ze keek hem verwachtingsvol aan. ‘We houden het geheim, wat er ook gezegd word of gebeurd, we blijven elkaar zien,’ zei hij grijnzend en Chanou glimlachte.
‘Beloofd?’ vroeg ze. ‘Beloofd!’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen